Starten met hulpaccu
Als de startaccu uitgeput is, kunt u de auto
starten met stroom van een hulpaccu.
Als u een hulpaccu gebruikt bij het starten
wordt geadviseerd de volgende stappen aan te
houden om kortsluiting en andere schade te
voorkomen:
1. Zet de transpondersleutel in sleutel-
stand 0, zie pagina 78.
2. Controleer of de hulpaccu een spanning
van 12 V levert.
3. Als de hulpaccu in een andere auto is
gemonteerd, moet u de motor van die auto
afzetten en ervoor zorgen dat de beide
auto's elkaar niet raken.
4. Bevestig de ene klem van de rode startka-
bel aan de pluspool (1) van de hulpaccu.
BELANGRIJK
Wees voorzichtig bij het aansluiten van de
startkabels om kortsluiting met andere
onderdelen in de motorruimte te voorko-
men.
5. Haal de clips op de voorste dekplaat van
de uitgeputte accu los en verwijder de dek-
plaat, zie pagina 353.
6. Bevestig de andere klem van de rode start-
kabel aan de pluspool (2) van de auto.
7. Bevestig de ene klem van de zwarte start-
kabel aan de minpool (3) van de hulpaccu.
8. Bevestig de andere klem aan een massa-
punt, bijv. een van de hijsogen (4) op de
motor.
9. Controleer of de aansluitklemmen van de
startkabels goed vastzitten om te voorko-
men dat er tijdens de startpoging vonken
ontstaan.
10. Start de motor van de "hulpauto" en laat
deze enkele minuten draaien op een toe-
rental dat iets hoger ligt dan normaal,
ca. 1500 omw/min.
03 Bestuurdersmilieu
Motor starten, hulpaccu
11. Start de motor in de auto met de uitgeputte
accu.
BELANGRIJK
Raak de aansluitingen niet aan tijdens de
startpoging. Er bestaat namelijk gevaar voor
vonkvorming.
12. Verwijder de startkabels in omgekeerde
volgorde - eerst de zwarte kabel en daarna
de rode.
> Zorg dat geen van de aansluitklemmen
aan de zwarte startkabel contact kan
maken met de pluspool van de accu of
met de aangesloten klem van de rode
startkabel!
03
119