03 Bestuurdersmilieu
Motor starten
Benzine- en dieselmotoren
03
Contactslot met transpondersleutel uitgetrokken/
ingeduwd en knop START/STOP ENGINE.
BELANGRIJK
De transpondersleutel niet verkeerd om
insteken – pak de sleutel beet aan het uit-
einde met het afneembare sleutelblad. zie
pagina 47.
1. Plaats de transpondersleutel in het con-
tactslot en duw deze tot aan de aanslag
naar binnen. Let erop dat u bij een auto met
alcoholslot eerst een goedgekeurde blaas-
test moet uitvoeren, voordat de motor kan
worden gestart, zie pagina 108.
1
Als de auto rolt is het indrukken van de knop START/STOP ENGINE voldoende om de motor te starten.
*
112
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
2. Houd het koppelingspedaal volledig inge-
1
drukt
. (Bij auto's met automatische ver-
snellingsbak – bedien het rempedaal.)
3. Druk op de knop START/STOP ENGINE
en laat deze vervolgens los.
De startmotor draait totdat de motor aanslaat
of totdat de beveiliging tegen oververhitting in
werking treedt.
BELANGRIJK
Als de motor na 3 pogingen niet gestart is,
wacht u 3 minuten voordat u een nieuwe
poging doet. Het startvermogen neemt toe
als de startaccu zich kan herstellen.
WAARSCHUWING
Haal na een motorstart of als de auto wordt
gesleept nooit de transpondersleutel uit het
contactslot.
WAARSCHUWING
Haal altijd de transpondersleutel uit het con-
tactslot als u uit de auto stapt en zorg ervoor
dat de sleutelstand 0 is, met name als er
kinderen in de auto aanwezig zijn. Voor
informatie over hoe u dit doet, zie
pagina 79.
N.B.
Tijdens de koude start is het mogelijk dat het
motortoerental merkbaar hoger ligt dan nor-
maal is voor bepaalde motortypes. Dit
omdat ernaar wordt gestreefd het uitlaat-
gasreinigingssysteem zo snel mogelijk op
bedrijfstemperatuur te brengen en tegelij-
kertijd de uitstoot te beperken van stoffen
die schadelijk zijn voor het milieu.
Keyless drive*
Loop de punten 2–3 door voor benzine- en die-
selmotoren. Voor meer informatie over Keyless
drive, zie pagina 52.
N.B.
Om de auto te kunnen starten dient één van
de transpondersleutels met Keyless Drive*-
functie in de passagiersruimte of kofferbak
aanwezig te zijn.
WAARSCHUWING
Haal nooit de transpondersleutel uit de auto
tijdens rijden of slepen.
Motor afzetten
Om de motor af te zetten: