Radarsensor en de beperkingen ervan
De radarsensor wordt, behalve door de adap-
tieve cruisecontrol, ook gebruikt door de func-
ties:
•
Collision Warning with Auto Brake, zie
pagina 176
•
Afstandswaarschuwing, zie pagina 167.
De radarsensor dient om personenauto's of
grotere voertuigen te registreren die in dezelfde
richting als u en in dezelfde rijstrook rijden.
Bij modificatie van de radarsensor is het moge-
lijk dat het gebruik ervan onwettig wordt.
WAARSCHUWING
De bestuurder dient altijd rekening te hou-
den met de verkeersomstandigheden en in
te grijpen, wanneer de adaptieve cruisecon-
trol geen passende snelheid of afstand aan-
houdt.
De adaptieve cruisecontrol leent zich niet
voor alle verkeers-, weers- en wegomstan-
digheden.
Neem dit gedeelte helemaal door om inzicht
te krijgen in de beperkingen van de adap-
tieve cruisecontrol en daarmee rekening te
kunnen houden, voordat u de adaptieve
cruisecontrol inschakelt.
De bestuurder is er altijd verantwoordelijk
voor dat de juiste afstand en snelheid wor-
den aangehouden, ook bij gebruik van de
adaptieve cruisecontrol.
WAARSCHUWING
Het is niet toegestaan accessoires of
andere voorwerpen voor de grille te monte-
ren.
04 Bestuurdersondersteuning
Adaptieve cruisecontrol*
WAARSCHUWING
De adaptieve cruisecontrol is geen systeem
dat botsingen voorkomt. Grijp zelf in zodra
u merkt dat het systeem een voorligger niet
registreert.
De adaptieve cruisecontrol reageert niet op
voetgangers of dieren noch op kleinere
voertuigen, zoals fietsen of motorfietsen
e.d. Tegenliggers, langzaam rijdende en stil-
staande voertuigen of vaste obstakels wor-
den eveneens genegeerd.
Gebruik de adaptieve cruisecontrol niet in
stadsverkeer of verkeersdrukte, op kruisin-
gen, bij gladheid, hevige regen- of sneeuw-
val of slecht zicht en evenmin op wegge-
deelten met een dikke laag water of
sneeuwmodder, op bochtige wegen of op
op- en afritten.
De radarsensor heeft veel meer moeite om een
voertuig voor u te ontdekken:
•
als de radarsensor gehinderd wordt door
bijvoorbeeld hevige regenval of als
sneeuwmodder of andere verontreinigin-
gen de radarsensor afdekken.
N.B.
Houd het oppervlak vóór de radarsensor
schoon - zie "Onderhoud" op pagina 180.
*
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
04
163