Inhoudsopgave
Advertenties
12.3 XOR operator
De "XOR" functie wordt gebruikt wanneer een uitgangsignaal
gelijk aan laag (0) nodig is wanneer beide bronnen of hoog (1) of
laag (0) zijn. Als slechts één van de bronnen hoog (1) is, is het
uitgangsignaal hoog (1).
Wanneer het ingangsignaal van de twee bronnen
N.B.
een verschillende status heeft, is het uitgangsig-
naal hoog.
Zie afb. 138.
1ste bron
2de bron
0
1
1
0
1
1
0
0
1ste bron
2de bron
1ste bron
2de bron
Uitgangsignaal
Afb. 138 Logische XOR functie
Uitgangsignaal
1
1
0
0
≤ 1
Uitgangsignaal
12.4 Set/reset flip-flop
De "Set/reset flip-flop" functie (SR-FF) wordt gebruikt wanneer de
1ste bron moet worden gebruikt om een alarm in te stellen of
alleen om het uitgangsignaal naar hoog (1) te wijzigen. Het uit-
gangsignaal blijft hoog (1), zelfs als de 1ste bron wijzigt naar sta-
tus laag (0).
Het uitgangsignaal kan alleen worden gewijzigd naar status laag
(0) wanneer de status van de 2de bron wijzigt naar hoog (1).
Het uitgangsignaal blijft laag (0) zelfs als de status van de 2de
bron wijzigt naar laag (0).
Als zowel de 1ste als de 2de bron status hoog (1) hebben, dan
heeft de 1ste bron ("set" signaal) de hoogste prioriteit.
Zie afb. 139.
2de bron/
1ste bron/set
reset
0
1
1
0
1
1
0
0
1ste bron
S
2de bron
R
1ste bron
2de bron
Uitgangsignaal
Afb. 139 Logische Set/reset flip-flop functie
Uitgang-
Actie
signaal
Reset
0
Set
1
Set
1
Ongewijzigd
Geen wijziging
signaal
Uitgang-
Q
signaal
83
Advertenties
Inhoudsopgave
