Menubalk
Het display heeft vier hoofdmenu's:
Status
Aanduiding van systeemstatus
Dagelijkse wijzigingen van bedrijfsparameters
Bedrijf
(wachtwoord-optie)
Alarm
Alarmlogboek voor het opsporen van storingen
Wijziging van systeemconfiguratie
Instellingen
(wachtwoord-optie)
Elk afzonderlijk display in de menu's heeft een uniek nummer
waardoor het eenvoudig is om door de displays te navigeren.
Het eerste nummer heeft betrekking op het hoofdmenu
(1 = Status, 2 = Bedrijf, 3 = Alarm, 4 = Instellingen).
Het tweede heeft betrekking op de submenu's.
Het derde nummer kan betrekking hebben op een submenu,
maar kan ook betrekking hebben op een functie of de actuele
systeemstatus.
Voor gebruik van de afzonderlijke menu's, zie hoofdstuk
5.
Hoofdmenu's.
Bovenste statusbalk
De bovenste statusbalk toont het volgende:
•
positie in de menustructuur (links)
•
status (actueel bedrijf, alarm) (rechts).
Onderste statusbalk
De onderste statusbalk toont het volgende:
•
systeemnaam (links)
•
datum en tijd (rechts).
Grafische afbeelding
De grafische afbeelding kan een status, een historische aandui-
ding of andere elementen tonen, afhankelijk van de positie in de
menustructuur.
De afbeelding kan het volledige systeem tonen, of een deel daar-
van, alsmede diverse instellingen.
Een grafische afbeelding wordt altijd weergegeven met een lijst
die de grafische elementen beschrijft (zie "Lijst").
Lijst
De lijst bevat één of meer regels met informatie, links en rechts
gegroepeerd.
Tekst staat aan de linkerzijde, en waarden staan rechts.
Koppen en lege regels kunnen niet worden geselecteerd.
Scroll-balk
Als de lijst met elementen niet in het display past, zullen de
"omhoog" en "omlaag" symbolen rechts in de scroll-balk verschij-
nen. Gebruik
of
om omhoog of omlaag te gaan in de lijst.
Het relevante element wordt met een kader aan-
N.B.
gegeven.
4.3 Functies
4.3.1 Een waarde wijzigen
Ga als volgt te werk om een waarde te wijzigen:
1. Selecteer de regel die gewijzigd moet worden.
2. Gebruik
of
om de waarde te wijzigen
(het kader blijft knipperen).
3. Druk op
om de waarde te aanvaarden, of plaats een vinkje
in het relevante hokje.
Afb. 3
Voorbeeld van het wijzigen van waarden
4.3.2 Hulpteksten
Druk op
om de relevante hulptekst weer te geven. Alle ele-
menten in het display beschikken over een selecteerbare hulp-
tekst.
Druk op
om het venster met de hulptekst te sluiten.
Afb. 4
Voorbeeld van een hulpvenster
4.3.3 Wachtwoord
In dit display is het mogelijk om de toegang tot de menu's Bedrijf
en Instellingen te beperken door middel van een wachtwoord.
Als de toegang is beperkt kan geen enkele parameter bekeken of
ingesteld worden in de menu's.
Een wachtwoord moet uit vier cijfers bestaan.
Afb. 5
Voorbeeld van het wachtwoord-venster
7