Inhoudsopgave
Advertenties
9.3.6 SMS hartslagfunctie
De hartslagfunctie wordt ingesteld in dit display.
De hartslagfunctie informeert de gebruiker dat de CU 362 kan
communiceren. De gebruiker kan één of meer dagen kiezen om
hartslagberichten te verzenden. Voer het tijdstip van de dag in dat
het hartslagbericht verzonden wordt.
Voorbeeld
Kies dag(en) voor verzending van hartslagberichten en tijdstip
van verzending.
Een SMS wordt verzonden op de gekozen dagen
•
Maandag
•
Dinsdag
•
Woensdag
•
Donderdag
•
Vrijdag
•
Zaterdag
•
Zondag.
Tijdstip van verzending
Het hartslagbericht wordt verzonden om 12:30.
Pad: Instellingen > Communicatie instellingen >
SMS hartslag bericht >
Afb. 98
SMS hartslag bericht
9.3.7 SMS-verificatie
In dit display is het mogelijk om verificatie van inkomende berich-
ten in te stellen zodat anderen geen SMS-berichten naar het
regelsysteem kunnen zenden.
Drie methoden voor verificatie:
•
Via tel.nr
•
Via PIN code
•
Beide (zowel via telefoonnummer als PIN-code).
Telefoonnummer
SMS-berichten worden alleen geaccepteerd vanaf speciaal geko-
zen telefoonnummers.
PIN code
Alleen SMS-berichten die beginnen met de juiste PIN-code wor-
den geaccepteerd.
De volgende SMS-berichten worden ontvangen:
•
ACK
Bevestigt een alarm-SMS zodat deze niet wordt doorgeleid
naar het secundaire nummer.
•
ALARMRESET of RESETALARM
Reset huidige alarmmeldingen. Hetzelfde als resetten via het
CU 362 bedieningspaneel.
•
GETALARMS
Verzendt een alarm-SMS voor elk alarm.
•
STATUS of STATUS1
Stuurt een SMS-bericht terug met de systeemstatus.
•
AUTO
Wijzigt van vergrendeld naar automatisch bedrijf.
•
INTERLOCK
Wijzigt naar vergrendeling, d.w.z. een soort uitschakeling.
•
FORCERELAY
Bedrijft het door de gebruiker gedefinieerde relais.
•
RELEASERELAY
Geeft het door de gebruiker gedefinieerde relais vrij.
•
SIGNALLEVEL
Stuurt de signaalsterkte voor het GSM-modem terug.
•
GPRS STATUS
Verkrijgt het IP-adres van de GPRS-aansluiting.
•
HELP of ?
Stuurt een lijst met commando's.
•
AOx y
x is het nummer van de door de gebruiker gedefinieerde uit-
gang (1 t/m 3).
y is een nummer tussen 0 en 100 en is het setpoint voor de
uitgang.
De ruimte tussen x en y is van belang om de func-
N.B.
tie te laten werken.
59
Advertenties
Inhoudsopgave
