4
Kopiëren
U kunt kleuren- en zwart-witkopieën van hoge kwaliteit maken op allerlei
papiersoorten- en formaten.
Opmerking Als er een fax binnenkomt terwijl u een document kopieert, wordt de
fax opgeslagen in het geheugen' van de printer totdat het kopiëren is voltooid.
Hierdoor wordt het aantal faxpagina's dat in het geheugen kan worden opgeslagen
misschien kleiner.
Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen:
•
Documenten kopiëren
•
Kopieerinstellingen wijzigen
Documenten kopiëren
U kunt vanaf het bedieningspaneel van de printer kopieën van hoge kwaliteit maken.
Om documenten te kopiëren
1. Zorg ervoor dat er papier in de hoofdlade is geplaatst. Zie Afdrukmateriaal laden
voor meer informatie.
2. Plaats het origineel met de bedrukte kant omlaag op de glasplaat of plaats
originelen in de ADF. Zie Een origineel op de glasplaat van de scanner plaatsen of
Een origineel laden in de automatische documentinvoer (ADF) voor meer
informatie.
Opmerking Als u een foto wilt kopiëren, plaatst u de foto op de glasplaat van
de scanner met de afgedrukte zijde naar beneden, op de manier die wordt
aangegeven door het pictogram aan de rand van de glasplaat.
3. Druk in het Startscherm van het bedieningspaneel van de printer op de knop rechts
van Kopiëren.
4. Wijzig de extra instellingen. Zie Kopieerinstellingen wijzigen voor meer informatie.
5. Om de kopieertaak te starten moet u op de knop rechts van zwart-witkopie of
kleurenkopie drukken.
Opmerking Als het origineel in kleur is, geeft de kopieerfunctie Zwart-
witkopie een zwart-witkopie van het gekleurde origineel. De functie
Kleurenkopie geeft een kleurenkopie van het kleurenorigineel.
Kopieerinstellingen wijzigen
U kunt kopieertaken aanpassen met de verschillende beschikbare instellingen op het
bedieningspaneel van de printer', waaronder:
•
Aantal kopieën
•
Kopieerformaat
•
Soort kopieerpapier
44
Kopiëren