3 Voor uw eigen veiligheid
Pos.
Veiligheidsinrichting
Aanzuigplaat in de
4
gaarruimte, verwijder‐
baar met gereedschap
Ventilatiestand appa‐
5
raatdeur
Veiligheidstempera‐
6
tuurbegrenzer
(niet
afgebeeld)
■
■
Opnieuw aanlopen na
7
stroomuitval, indien
(niet
reinigingsmiddel in het
afgebeeld)
apparaat terechtgeko‐
men is
Scheidingsinrichting
8
(ter plaatse
geïn-
stalleerd)
Gasafsluitinrichting
9
(ter plaatse
geïn-
stalleerd)
Alleen bij plaatsing op
10
onderstel met wielen:
(niet
Houdinrichting
afgebeeld)
Installatiehandboek
Boiler
Gaarruimte
Functie
Voorkomt het ingrijpen in de
bewegende waaier en zorgt
voor een goede verdeling van
de warmte
Verhindert het verbranden
van gezicht en handen van de
gebruiker door ontsnappende
stoom
Schakelt het apparaat bij
overtemperatuur uit
Start de volledig automatische
reiniging van de gaarruimte
na stroomuitval opnieuw in
een gedefinieerde toestand
Ter plaatse in de buurt van
■
het apparaat geïnstalleerd,
goed zichtbaar en toegan‐
kelijk, 3-polig werkend, con‐
tactafstand minstens 3 mm.
Dient er voor het apparaat
■
bij reinigings-, reparatie- en
onderhoudswerkzaamhe‐
den en bij gevaar span‐
ningsvrij te maken
Door de klant in de omge‐
■
ving van het apparaat geïn‐
stalleerd, goed toegankelijk
en duidelijk gemarkeerd
Dient ervoor het apparaat
■
bij reinigings-, reparatie- en
onderhoudswerkzaamhe‐
den en bij gevaar los te
koppelen van de gasaan‐
voer
Begrenst bouwzijdig de bewe‐
gingsruimte van de opbouw
(onderbouw inclusief appa‐
raat)
38
Controle
Zie daarvoor 'Aanzuigplaat
ontgrendelen en vergrende‐
len' in het bedieningshand‐
boek
Bij lage temperatuur de deur‐
standen controleren conform
'Apparaatdeur veilig openen
en sluiten' in het bedienings‐
handboek
Bij een storing wordt foutcode
weergegeven
(Voor het resetten van de vei‐
ligheidstemperatuurbegrenzer
een erkend servicebedrijf con‐
tacteren)
Geen
Werkwijze:
Scheidingsinrichting bedie‐
■
nen
Op het klemmenblok -X10
■
van het apparaat de span‐
ningsvrije staat van alle drie
fasen controleren
Werkwijze:
Gasafsluitinrichting sluiten
■
Controleren of het apparaat
■
van de gasaanvoer is losge‐
koppeld
Controleren of houdinrichting
is aangesloten