Inhoudsopgave
Advertenties
Hoofdstuk 2: Het systeem configureren
Samenvattend houdt dit in dat u informatie opgeeft die vergelijkbaar is met de onderstaande
waarden wanneer u een SIP-identiteit maakt. De instelling Algemeen verwijst daarbij naar de
configuratie van Auto-attendant die aan de inkomende PSTN-lijn is toegewezen:
Nadat u de telefoons hebt geconfigureerd om samen te werken met het SIP-netwerk van de
serviceprovider, registreert één van de telefoons in het netwerk zich om alle inkomende
oproepen te ontvangen. Een andere telefoon registreert zich om uitgaande oproepen voor alle
andere telefoons in het netwerk door te verbinden.
Deze registratie is een continu proces dat automatisch plaatsvindt. U kunt echter opgeven hoe
vaak telefoons zich registreren bij de SES-registratieserver (bijvoorbeeld iedere 3600
seconden).
SIP-proxy
De optie SIP-proxy geeft u de mogelijkheid waarden toe te voegen die gebruikt worden om de
SIP-apparaten (dat zijn A10 en G20) op het one-X Quick Edition-netwerk te configureren.
SIP-proxyconfiguratie
Met SIP-proxyconfiguraties worden de domeinen gedefinieerd waarmee SIP-identiteiten
gekoppeld zijn. Als u een domein voor een identiteit selecteert, behoort de identiteit tot dat
domein.
Tip:
Het A10- en G20-apparaat registreren naar het Quick Edition-netwerk met de
Tip:
SIP-proxyfunctionaliteit.
Configuratie van SIP-proxy bewerken
1. Meld u aan bij de webpagina Systeemopties.
72
Handleiding systeembeheer Avaya one-X Quick Edition release 3.1.0
SIP-identiteit:
Wachtwoord:
Lid (uitgaande oproepen):
Lid (inkomende oproepen):
1715557600
12700
Algemeen
Algemeen
Mei 2007
Advertenties
Inhoudsopgave
Probleemoplossen
