I – 4 Specifieke draaibewerkingen
In deze paragraaf worden alleen bewerkingen en toetsfuncties
behandeld die specifiek voor het draaien zijn. Toetsfuncties die
hetzelfde zijn, ongeacht of de ND 522/523 is geconfigureerd voor
frezen of draaien, worden beschreven vanaf Pagina 17.
Toetsfuncties in detail
Symbolen op display bij Draaien
Functie
Dit symbool wordt gebruikt om aan te geven
dat de weergegeven waarde een
diameterwaarde is. Is er geen symbool
zichtbaar, dan wordt een radiuswaarde
weergegeven.
Gereedschapstoets
De ND 522/523 kan de verstellingsmaten voor maximaal 16
gereedschappen opslaan. Wanneer u een werkstuk wijzigt en een
nieuw nulpunt vastlegt, krijgen alle gereedschappen automatisch een
referentiewaarde vanuit het nieuwe nulpunt.
Voordat u een gereedschap kunt gebruiken, moet u de correctie ervan
(de snijkantpositie) invoeren. Gereedschapscorrecties kunnen worden
ingesteld met de functies GEREEDSCHAP/INSTELLEN of NOTEREN/
INSTELLEN.
Als u uw gereedschap hebt gemeten met een voorinsteller, kunnen de
correcties direct worden ingevoerd. Zie Fig. I.48.
Menu Gereedschapstabel openen:
Druk op de toets GEREEDSCHAP .
De cursor gaat standaard naar het veld
GEREEDSCHAPSTABEL.
GEREEDSCHAPSTABEL
Scroll naar het gereedschap dat u wilt vastleggen.
Druk op Enter.
ND 522/523
Symbool op
display
Ø
Fig. I.48 Gereedschapstabel voor draaien
59