Voorbeeld: werkstuknulpunt instellen zonder tastfunctie. Zie Fig.
I.27 & Fig. I.28.
Gereedschapsdiameter: D = 3 mm
Asvolgorde in dit voorbeeld: X - Y - Z
Voorbereiding: stel het actieve gereedschap in op het gereedschap dat
wordt gebruikt voor het instellen van het nulpunt
Druk op de toets NULPUNT.
De cursor staat nu in het veld NULPUNTNUMMER.
Voer het nulpuntnummer in en druk op de pijltoets
OMLAAG om naar het veld X-as te gaan.
Raak het werkstuk aan bij kant 1.
INSTELLEN VAN NULPUNT X
Voer de positie van het gereedschapsmiddelpunt (X =
– 1,5 mm) in en
druk op de pijltoets OMLAAG om verder te gaan naar de
Y-as.
Raak het werkstuk aan bij kant 2.
INSTELLEN VAN NULPUNT Y
Voer de positie van het gereedschapsmiddelpunt
(Y = – 1,5 mm) in en
druk op de pijltoets OMLAAG.
Raak het werkstukoppervlak aan.
INSTELLEN VAN NULPUNT Z = + 0
Voer de positie van de gereedschapspunt (Z = 0 mm)
in voor de Z-coördinaat van het nulpunt. Druk op
Enter.
ND 522/523
Fig. I.27 Invoerscherm NULPUNT INSTELLEN
Fig. I.28
37