Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Instellingen Cassette; Cassetteconfiguratie; Cassettepartij Beheren - LifeHealth irma Gebruikershandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

8 Systeeminstellingen

8.4 Instellingen cassette

Het IRMA-systeem kam worden geconfigureerd om alleen testen met bepaalde cassettetypes toe te staan en de
analieten gemeld op een cassettetype kunnen ook beperkt zijn. Kwaliteitscontrolematerialen voor gebruik in
vloeistofkwaliteitscontroletesten worden hier ook geconfigureerd. Om toegang te krijgen tot de submenu's Instellingen
cassette selecteert u de knop Instellingen cassette in het menu Instellingen.

Cassetteconfiguratie

Om de IRMA-cassettetypes beschikbaar voor patiënttesten te
beperken of om de bij een patiënttest vermelde analieten te
beperken, selecteert u de knop Cassetteconfiguratie. Elk IRMA-
cassettetype verschijnt als een verschillend gekleurd lint. Het lint
bevat een lijst met geselecteerde analieten, Gebruiker selecteert
of Gedeactiveerd. Voor elk cassettetype kan de QA-gebruiker
specificeren of de cassette beschikbaar zal zijn voor patiënttesten
en indien dat het geval is, welke analieten zullen worden vermeld
en of de gebruiker kan selecteren welke analieten aan het begin
van de test worden gemeld. De optiemenu's zijn hetzelfde voor elk
cassettetype. De CC-cassette wordt gebruikt als een voorbeeld om
de beschikbare opties te illustreren.
Selecteer het CC-lint. Er zijn twee opties voor Producttype:
Gedeactiveerd: De CC-cassette zal niet beschikbaar zijn om te testen.
Geactiveerd: De CC-cassette zal beschikbaar zijn om te testen.
Er zijn twee opties voor Gebruiker selecteert:
Gedeactiveerd: Als de CC-cassette is geselecteerd voor
patiënttesten, kan de gebruiker niet selecteren welke
analieten worden vermeld.
Geactiveerd: Als de CC-cassette is geselecteerd voor
patiënttesten, zal de gebruiker selecteren welke analieten
worden vermeld.
Om te selecteren welke analieten zullen worden vermeld als
Gebruiker selecteert is gedeactiveerd:
Als een analiet dient te worden vermeld, en het analietvak is
grijs, selecteert u het analietvak. Het wordt blauw met een
vinkje in het vak.
Als een analiet niet vermeld dient te worden, en het analietvak is blauw, selecteert u het analietvak. Het wordt grijs
zonder vinkje in het vak.
Opmerking: Er moet ten minste een gerapporteerde analiet worden geselecteerd om te testen�

Cassettepartij beheren

Om IRMA-cassettepartijen toe te voegen of te wissen, selecteert u de
knop Cassettepartij beheren. Alle niet verstreken IRMA-cassettepartijen
geactiveerd voor het IRMA-systeem zullen verschijnen.
Om een individuele partij te wissen, selecteert u de partij. Er
verschijnt een bevestigingsbericht. Druk op VERWIJDER.
Om alle partijen te wissen, selecteert u de knop Verwijder
alle die onder aan het scherm verschijnt. Er verschijnt een
bevestigingsbericht. Druk op VERWIJDER ALLE.
Om een nieuwe partijcode toe te voegen, selecteert u de
knop Nieuw.
- Scan de 2D-barcode op het etiket van het zakje van de
IRMA-cassette.
Opmerking: Als Nieuwe partij-invoer tijdens het testen toestaan is ingesteld op gedeactiveerd, is dit de enige
methode om IRMA-cassettepartijen aan het IRMA-systeem toe te voegen zonder een test uit te voeren als een
QA-gebruiker�
8.6

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave