Algemene zones gedragen zich als volgt:
•
Een zone van het type algemeen aanwezig/afwezig wordt pas geactiveerd als alle partities
waaraan de zone is toegewezen in de modus afwezig worden ingeschakeld. Interieurs
moeten op alle partities worden geactiveerd om de algemene zone aanwezig/afwezig actief
te laten zijn.
•
Een gedeelde zone die op één partitie wordt overbrugd, wordt op alle partities waaraan de
zone is toegewezen overbrugd.
•
Een toegangsvertraging die op een algemene zone is gestart, laat een toegangsvertraging
klinken op alle toetsenpanelen die zijn toegewezen aan partities waaraan de globale zone is
toegewezen.
•
Een zone van het type algemeen Vertraging volgt de langst geprogrammeerde
vertragingstijd van de partities waaraan deze is toegewezen.
Typen brand- en CO-zones
Brandzones alarmeren alleen de partities waaraan deze zijn toegewezen. Andere partities
behouden hun huidige toestand.
Het annuleren van brand stelt alleen de partities opnieuw in waar ze aan zijn toegewezen.
Een of meer brandzones kunnen zich op elke partitie bevinden.
Bij een alarm verschijnt het scherm automatisch bladeren op alle partitietoetsenpanelen en op
alle algemene toetsenpanelen. Het stilzetten van het brandalarm en het opnieuw instellen van
het brandsysteem kunnen rechtstreeks op elk partitietoetsenpaneel worden uitgevoerd. Om
een brand- of CO-alarm uit te zetten vanaf een algemeen toetsenpaneel moet het algemene
toetsenpaneel aan een van de partities waaraan de zone is toegewezen worden uitgeleend.
Ondersteuning bel/PGM
PGM's moeten aan een of meer partities worden toegewezen. Zie sectie [007] voor
partitietoewijzing.
TEST: Bel-/PGM-type vereist toezicht en volgt op snerpen bij inschakelen per partitie.
Communicatie
Aan alle systeem- en partitiegebeurtenissen worden accountcodes toegekend.
Bij SIA-communicatie wordt voor alle gebeurtenissen een enkele accountcode (geprogrammeerd
in sectie [310][000]) gebruikt. De partitie wordt via Nri1-8 geïdentificeerd. Systeemgebeurtenissen
gebruiken Nri0.
Bij gebruik van CID-communicatie moeten voor iedere partitie afzonderlijke accountcodes worden
geprogrammeerd. Zie
Zones toewijzen
Het toewijzen van partitiezones wordt uitgevoerd met behulp van secties [201] - [232] voor partities
1 t/m 32. De subsecties [001 - 032] worden gebruikt om groepen van 8 zones op de partitie in of uit
te schakelen.
Gebruikers toewijzen
Open [*][5] met behulp van de mastercode, selecteer de gewenste gebruikerscode en voer het
cijfer 4 in om de partities die de gebruikerscode kunnen accepteren te wijzigen.
PowerSeries Pro Referentiehandleiding
[310]
Accountcodes.
73