165 - Prox gebruikt
01 - Ware uitvoer / vergrendelde uitvoer
AAN: gedeactiveerd tijdens normale werking. Geactiveerd door activering.
UIT: geactiveerd tijdens normale werking. Gedeactiveerd door activering.
165 – Partitie prox gebruikt
01 - Ware uitvoer / vergrendelde uitvoer
AAN: gedeactiveerd tijdens normale werking. Geactiveerd door activering.
UIT: geactiveerd tijdens normale werking. Gedeactiveerd door activering.
175 - Bell Prog-toegang
01 - Ware uitvoer / omgekeerd
AAN: gedeactiveerd tijdens normale werking. Geactiveerd door activering.
UIT: geactiveerd tijdens normale werking. Gedeactiveerd door activering.
176 - Bediening op afstand
01 - Ware uitvoer / omgekeerd
AAN: gedeactiveerd tijdens normale werking. Geactiveerd door activering.
UIT: geactiveerd tijdens normale werking. Gedeactiveerd door activering.
184 - Openen na alarm
01 - Ware uitvoer / omgekeerd
AAN: gedeactiveerd tijdens normale werking. Geactiveerd door activering.
UIT: geactiveerd tijdens normale werking. Gedeactiveerd door activering.
200 – Zonevolger - enkele zone
01 - Ware uitvoer / omgekeerd
AAN: gedeactiveerd tijdens normale werking, geactiveerd door activering.
UIT: geactiveerd tijdens normale werking, gedeactiveerd door activering.
02 - Getimede uitvoer
AAN: uitgang blijft actief tot de PGM-uitgangstimer verloopt.
UIT: de uitgang blijft actief totdat de zone is hersteld.
04 - Vergrendeling
AAN: de uitgang blijft vergrendeld totdat er een geldige toegangscode wordt ingevoerd of een
geldig nabijheidslabel wordt gepresenteerd.
UIT: de uitgang volgt de instelling van het attribuut Getimede uitgang.
05 - Volg alarm
AAN: de uitgang wordt bij een zonealarm geactiveerd en blijft actief totdat de bel wordt
uitgeschakeld. Zie de tabel voor het werken met bits 2 en 4.
UIT: de uitgang wordt bij opening van de zone geactiveerd en wordt gedeactiveerd wanneer de
zone wordt gesloten.
144
PowerSeries Pro Referentiehandleiding