Probleem [05] Storingen van apparaten Druk op [05] om specifieke problemen vast te stellen
[09] CO-probleem
Voer 09 in voor het bekijken van de zone
of een draadloos CO-apparaat dat zich in
probleem lage gevoeligheid bevindt.
[10] Probleem bevriezen
Voer 08 in voor het bekijken van de
draadloze zone die hoge temperatuur
detecteert.
[11] Sensor ontkoppeld
Voer [11] in voor het weergeven van de
draadloze zone die een ontkoppelde
sensor heeft gedetecteerd.
[12] Brandprobleem
Voer [012] in om te bekijken welke zones
zich in brandprobleem bevinden.
Probleem [6] batterij apparaat bijna
leeg
Storing
[01] Zones 1-248
[02] Toetsenpaneel 1-32
[03] Sirene 1-16
[04] Repeater 1-8
[05] Gebruiker 1-32
Een of meer draadloze apparaten hebben
een bijna lege batterij.
TEST: De gebeurtenis wordt niet
vastgelegd in de gebeurtenisbuffer
totdat de vertragingstijd voor lage
batterij van het draadloze apparaat
is verstreken.
Programmeersectie [377], opt 002.
Probleem [7] manipulatie apparaat
Storing
[01] Manipulatie zone 1-248
[02] Manipulaties toetsenpaneel 1-32
[03] Manipulaties sirene 1 - 16
[04] Manipulaties repeater 1 - 8
[05] Manipulaties audiostation 1 - 4
Er is op een of meer zones een open
circuit aanwezig met ingeschakelde
dubbele of drievoudige EOL-weerstanden.
Er is een manipulatietoestand aanwezig
op een of meer draadloze apparaten.
PowerSeries Pro Referentiehandleiding
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van het CO-apparaat voor stappen voor
probleemoplossing van het probleem lage gevoeligheid.
Verplaats het apparaat naar een locatie op kamertemperatuur en zorg
dat het probleem wordt gewist. Als dit niet het geval is, controleer dan de
programmeerdrempel voor lage temperatuur voor de zone.
Raadpleeg de gebruiksaanwijzing van de temperatuur- of
overstromingsdetector voor stappen voor probleemoplossing van een
ontkoppelde sensor.
Als de brandzone bestaat uit een draadloze rookmelder, zorg er dan voor
dat deze niet wordt gemanipuleerd, of dat er toezichtproblemen zijn. Zorg
ervoor dat de rookkamer vrij is van stof. Als er een 2-draads rookmelder wordt
gebruikt, zorg er dan voor dat er een 2,2k afsluitweerstand wordt gebruikt.
Als de zone bestaat uit een 4-draads rookmelder, zorg dan dat er een enkele
afsluitweerstand van 5,6k wordt gebruikt.
Druk op [06] om te wisselen tussen apparaten met een probleem batterij
bijna leeg
Probleemoplossing
Bekijk in menu [*][2] welk apparaat een bijna lege batterij heeft.
Vervang de batterijen in het apparaat door een batterij van dezelfde soort.
Controleer of de toestand van manipulatie en lege batterij is gewist en
gerapporteerd.
Controleer de werking van de zones.
Druk op [07] om specifieke problemen vast te stellen
Probleemoplossing
Controleer of de manipulatieschakelaar stevig aan de wand is bevestigd.
Verwijder de draden van de I/O- en COM-aansluitingen en meet de weerstand
van de draden.
Sluit een 5,6K-weerstand (groen, blauw, rood) aan op de I/U- en COM-
aansluitingen.
Controleer of de probleemtoestand verdwijnt.
Controleer of de afdekking van het apparaat goed vastzit.
Controleer of het apparaat juist aan de wand is gemonteerd voor een juiste
werking van de manipulatieschakelaar.
Activeer en herstel vervolgens de schakelaar. Vervang het draadloze apparaat
als de manipulatietoestand aanhoudt.
381