Parameter
Opmerking: In de Gebruikershandleiding van de veldbusadaptermodule, is het
parametergroep-nummer 2 of B voor parameters
53.01...53.12.
Nadat de parameters voor configuratie van de module zijn ingesteld, moeten de
besturingsparameters van de omvormer (zie sectie
hieronder) gecontroleerd en, waar nodig, aangepast worden.
De nieuwe instellingen worden van kracht wanneer de omvormer de volgende keer
opgestart wordt (wacht ten minste 1 minuut alvorens de omvormer uit te schakelen),
of wanneer parameter
Besturingsparameters omvormer
De kolom Instelling voor veldbusbesturing geeft de waarde die moet worden gebruikt
als de veldbusinterface de gewenste bron of bestemming voor dat bepaalde signaal
is. De kolom Functie/informatie bevat een beschrijving van de parameter.
Parameter
10.01 Ext1 Start
Keuze
10.04 Ext2 Start
Keuze
21.01 Toerenref1
keuze
16.07 Param save
Instelling voor
besturing via een
veldbus
51.27 FBA par ververs
Instelling voor
besturing via een
veldbus
KEUZE BRON BESTURINGSCOMMANDO
(3)
FBA
(3)
FBA
(3)
FBA ref1
(4)
FBA ref2
STUURINGANGEN SYSTEEM
(0)
Klaar
(1)
Opslaan
Besturing via een veldbusadapter 405
Functie/informatie
52.01...52.12
en 3 of C voor parameters
Besturingsparameters omvormer
geactiveerd wordt.
Functie/informatie
Kiest veldbus als bron voor de start- en
stop-opdrachten wanneer EXT1 gekozen is
als de actieve besturingslocatie.
Kiest veldbus als bron voor de start- en
stop-opdrachten wanneer EXT2 gekozen is
als de actieve besturingslocatie.
Veldbusreferentie REF1 of REF2 wordt
gebruikt als toerentalreferentie.
Slaat wijzigingen in parameterwaarden op
(inclusief die gemaakt via veldbusbesturing)
in het permanente geheugen.