Inhoudsopgave
Advertenties
H
10 P
-CO-
OOFDSTUK
ULS
Een tweedelige sensor/kabel voor eenmalig gebruik aanbrengen
Breng bij gebruik van een SpO
Er zouden dan veneuze pulsaties kunnen optreden die onnauwkeurige metingen van de
saturatie tot gevolg kunnen hebben.
1. Verwijder de plastic beschermlaag van de sensor en kijk waar de transparante vensters aan
de kleefzijde zich bevinden. Achter de transparante vensters bevinden zich de optische
onderdelen.
Opmerking: Geef bij het bepalen van de sensorlocatie prioriteit aan een extremiteit waarop
Richt de sensor zodanig dat de stippellijn in het midden van de sensor zich in het midden van
2.
de teen- of vingertop bevindt. Plak de zelfklevende wikkels aan het uiteinde tegenover de
kabel om de vinger of teen.
3.
Vouw het kabeluiteinde zodanig over de teen- of vingertop dat de vensters zich direct tegenover
elkaar bevinden. Plak de kleefstroken goed vast rond de zijkant van de teen of vinger.
Opmerking: Als de sensor de puls niet goed kan detecteren, is de sensor mogelijk niet goed
Klap de doorzichtige plastic beschermklep van de contrastekker van de verlengkabel omhoog
4.
en duw de connector van de sensorkabel helemaal in de contrastekker van de verlengkabel:
Afbeelding 10-1 Sluit de sensorconnectoren op elkaar aan
10-12
(S
O
)
OXIMETRIE
P
2
-sensor voor eenmalig gebruik de kleefstrook niet te strak aan.
2
geen arteriële katheter, bloeddrukmanchet of intravasculaire infuusslang is of
wordt aangebracht.
Detectievenster
aangebracht of is de meetlocatie te dik, te dun, te diep gepigmenteerd of om een
andere reden te gekleurd (bijvoorbeeld door extern aangebrachte kleuring, zoals
nagellak, verf of gepigmenteerde crème) om de vereiste hoeveelheid licht door te
laten. Als een van deze situaties zich voordoet, moet u de sensor opnieuw
aanbrengen of een andere sensor kiezen voor gebruik op een andere locatie.
Connector van de sensorkabel
Connector
www.zoll.com
9650-002355-16 Rev. F
Advertenties
Inhoudsopgave
