Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Danfoss DHP-AL Installatie- En Servicehandleiding pagina 57

Verberg thumbnails Zie ook voor DHP-AL:
Inhoudsopgave

Advertenties

4. Onjuiste flow in het brinecircuit.
5. De in- en afstelling van de regelaar van de
warmtepomp zijn niet aangepast aan de eisen/
wensen van de klant.
6. Het interval voor doorverwarming is gewijzigd
in een waarde die lager ligt dan de fabrieksinstel-
ling. Hierdoor schakelt de warmtepomp vaker
over op doorverwarming dan de bedoeling is.
7. De warmtepomp is gestopt bij HOOG RETOUR.
8. De compressor loopt achteruit.
Binnenkomende fases zijn in onjuiste volgorde.
Als de compressor achteruit loopt, kan het kou-
demiddel niet gecomprimeerd worden en wordt
daardoor niet het juiste vermogen geleverd,
zodat de regelaar om bijverwarming verzoekt.
9. De compressor is stopgezet door de bedrijfs-
pressostaat of de sensor van de persleiding.
Oorzaak
Voer met een thermometer (∆t) een controleme-
ting uit van het verschil tussen de aanvoer- en
retourleiding. Het verschil mag niet groter zijn
dan 4°C. Een grotere ∆t leidt tot een beperking
van de efficiency in de warmtepomp.
Controleer de instellingen voor KAMER,
STOOKLIJN en MIN.
Controleer het aangegeven interval voor door-
verwarming in de regelaar. Zie hiervoor de
instructies voor het betreffende model.
• Controleer de instelling van de waarde MAX
RETOUR in de regelaar van de warmtepomp.
Deze moet worden aangepast aan de maximale
aanvoertemperatuur van de unit en de deltatem-
peratuur van het systeem, zodat hij niet bij een te
hoge retourtemperatuur uitschakelt als de hoog-
ste aanvoertemperatuur wordt doorgegeven
• Controleer wat de sensor van de retourleiding
aangeeft. Is dat een aannemelijke/feitelijke
waarde? Lees als dat niet het geval is de weer-
stand van de sensoren af en vergelijk deze met
de weerstandstabel in "Meetpunten"
• Als de tekst FOUT FASEVOLGORDE op de display
wordt weergegeven wanneer de warmtepomp
stroom krijgt (wordt alleen de eerste 10 minuten
weergegeven), betekent dit dat de fasen een
onjuiste volgorde hebben
• Als de compressor in bedrijf is, controleert u de
temperatuur van de persleiding door te voelen
of deze ook op enige afstand van de compressor
heet is (niet gewoon warm). Als dat het geval is,
is de volgorde van de fasen juist
• Als de compressor werkt met de fasen in een
onjuiste volgorde, kan een raar geluid hoorbaar
zijn (hard, ratelend) als de compressor achteruit
loopt
Controleer of er linksonder op de display een
vierkantje wordt weergegeven. Als dat het geval
is, is de bedrijfspressostaat open of activeert de
sensor van de persleiding een alarm vanwege
een te hoge temperatuur.
• De bedrijfspressostaat is het makkelijkst te con-
troleren met een zoemer om te kijken of deze is
aangesloten
• De sensorwaarde voor de persleiding
wordt op de regelaar afgelezen in het menu
WARMTEPOMP. Is dit een aannemelijke/feitelijke
waarde? Lees als dat niet het geval is de weer-
stand van de sensor af en vergelijk deze met de
weerstandstabel in de installatiehandleiding
• De compressor is stopgezet door de sensor van
de persleiding en u hebt vastgesteld dat deze de
juiste temperatuur aangeeft. Dit kan worden ver-
oorzaakt door een lek in het koudemiddelcircuit
Problemen oplossen
VMBME110
Als het verschil groter is dan 4°C, kijkt u wat hier-
voor de oorzaak is. Bijv.: vuil in het filter, systeem-
beperkingen, systeem met grote drukval.
Stel de onjuiste waarden bij in de regelaar van de
warmtepomp.
KAMER = Gewenste binnentemperatuur.
STOOKLIJN = Moet zo worden ingesteld dat de
gewenste binnentemperatuur (KAMER) wordt
aangehouden ongeacht de buitentemperatuur.
MIN = Laagste instelwaarde op de aanvoerleiding
ongeacht de buitentemperatuur.
Als er een korter interval tussen de doorverwar-
mingen zit, is dat de reden waarom de unit meer
stroom verbruikt dan berekend. Het hoeft echter
niet te betekenen dat het interval moet worden
vergroot, omdat het interval kan zijn veranderd
met een bepaalde reden.
Als de waarde MAX RETOUR niet op het systeem
is afgestemd volgens het venster Problemen
oplossen, past u deze aan.
Als de sensor defect is, vervangt u deze.
Als de fasen niet de juiste volgorde hebben, moe-
ten twee binnenkomende fasen bij de hoofd-
klemmenstrook worden omgeschakeld. Opnieuw
controleren volgens het venster Problemen
oplossen.
Als de bedrijfspressostaat vastzit in de open
stand, tikt u voorzichtig op de bovenkant van
de pressostaat. Als dat niet helpt of als de pres-
sostaat herhaaldelijk in de open stand blijft vast-
zitten, vervangt u de pressostaat.
Als de sensor van de persleiding defect is, ver-
vangt u deze.
Als de temperatuur van de persleiding zo hoog
wordt dat de compressor stopt, voert u eerst
een lekdetectie uit voor de unit. Als er een lek
wordt gevonden, repareert u het lek. Als er geen
lek wordt gevonden, kunt u de unit aftappen
en weer vullen om vervolgens de warmtepomp
opnieuw te starten en te kijken wat de tempera-
tuur van de persleiding is. Als het probleem aan-
houdt, vervangt u de compressor.
Actie
57

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave