7.2
Brineleidingen installeren
1. Bepaal aan welke kant op de warmtepomp de brineleidingen
worden aangesloten.
2. Leid de retourleiding langs de rubberbalgen voor de retourlei-
ding aan de zijkant van de warmtepomp.
3. Installeer de retourleiding met alle bijbehorende componenten.
Plaats de vulkraan en zorg ervoor dat de filterklep omhoog
wijst.
4. Leid de aanvoerleiding langs de rubberbalgen voor de aanvoer-
leiding aan de zijkant van de warmtepomp.
5. Installeer de aanvoerleiding met alle bijbehorende componen-
ten.
6. Plaats het expansievat/de ontluchtingstank met de bijbeho-
rende veiligheidsklep.
⚠
Denk eraan dat de buitenunit bij ontdooien kan bewegen
en gebruik twee flexibele slangen om de leidingen van de
warmtepomp en leidingen op de buitenunit te verbinden.
7. Installeer de aanvoer- en retourleidingen op het buitengedeel-
te.
8. Plaats beide brineleidingen met antidiffusie-isolatie over de
gehele lengte van de warmtepomp naar de doorvoer in de
wand. De brineleidingen die buiten het huis naar de collector
lopen, kunnen worden ingegraven. Ze moeten echter wel wor-
den geïsoleerd.
7.3
Het brinesysteem vullen
⚠
LET OP! Voordat u het brinesysteem vult, moet de installatie
van het elektrische systeem zijn voltooid, zodat de brine-
pomp kan worden ingeschakeld.
⚠
LET OP! Neem de plaatselijke regels en voorschriften met
betrekking tot het gebruik van antivries in acht.
⚠
LET OP! Gebruik antivries dat beschermt tegen corrosie en
dat vorstbescherming biedt tot maximaal -32°C.
Berekend volume
Het volume van het brinesysteem is als volgt berekend:
• Warmtepomp (wisselaar, buis en behuizing) circa 47 liter
• Expansievat ongeveer 3 liter
• Buitenunit, ca. 7 liter
• Collector (één leiding): 28 mm leiding ca. 0,5 liter/m
Vulkraan
Wanneer de vulkraan op de retourleiding is gemonteerd, moet u
de klep van het filter omhoog klappen wanneer u het filter schoon-
maakt om de hoeveelheid lucht die in het brinesysteem terecht-
komt tot een minimum te beperken.
3
Afbeelding 35: Vulkraan.
Nummer Naam
1
Afdekking, filter
3
Afsluitklep
4
Afsluitklep
5
Afsluitklep
6
Filter
7
Afsluitklep
1
4
6
7
5
Afbeelding 36: Het brinesysteem vullen
Nummer Naam
1
Retourleiding, brine
2
Aanvoerleiding, brine
3
Afsluitklep (onderdeel van de vulkraan)
4
Afsluitklep (onderdeel van de vulkraan)
5
Afsluitklep (onderdeel van de vulkraan)
6
Filter (onderdeel van de vulkraan)
7
Afsluitklep (onderdeel van de vulkraan)
8
Veiligheidsklep (1,5 bar)
9
Ontluchtingstank en expansievat
10
Afsluitklep
11
Externe pomp
12
Extern vat
1. Stel de bedrijfsmodus van de warmtepomp in op "UIT" in het
menu INFORMATIE -> BEDRIJF in de regelaar.
2. Meng water en antivries in de juiste verhouding in een extern
vat (12). Let op: alles moet goed gemengd worden.
3. Controleer met een refractometer of het vriespunt van het
mengsel (-32°C) is bereikt.
4. Vul het systeem met het mengsel door een externe pomp te
gebruiken (11) waarmee de brineleidingen kunnen worden
ontlucht. Sluit de drukzijde van de pomp aan op de vulaanslui-
ting bij klep (5).
5. Sluit klep (4).
6. Open de kleppen (5) en (10).
7. Sluit een doorzichtige slang (3) aan die in het externe vat loopt
(12).
8. Open klep (3).
9. Start de externe pomp (11) en vul de brineleidingen.
10. Start de brinepomp handmatig met de regelaar in het menu
SERVICE -> MANUEEL TEST -> BRINEPOMP. Stel de waarde in op
1.
11. Zet de brinepomp en de externe pomp (11) achtereenvolgens
aan, tot de vloeistof die uit de retourslang van de klep (3) komt
geen lucht meer bevat.
12. Schakel de brinepomp uit met de regelaar in het menu SERVICE
-> MANUEEL TEST -> BRINEPOMP. Stel de waarde in op 0. Laat
de externe pomp (11) lopen.
13. Open de klep (4) terwijl de externe pomp loopt om de lucht
tussen de kleppen (3) en (5) te verwijderen.
14. Sluit klep (3) en breng het systeem met de externe pomp op
druk. LET OP! Max. 150kPa, (1,5 bar).
15. Sluit klep (5).
16. Stop de externe pomp (11) en koppel de vulapparatuur los.
17. Plaats isolatiemateriaal rond de vulkraan.
VMBME110
17