De selectiepijl 4 wordt weerge-
geven.
De selectiepijl 4 verdwijnt na
het wijzigen van de status.
De volgende instellingen zijn
mogelijk:
: Minimale veervoorspan-
Min
ning
: Automatische instelling
Auto
van de veervoorspanning
: Maximale veervoorspan-
Max
ning
Wordt de toets 1 langere tijd
niet ingedrukt, dan worden
demping en veervoorspanning
ingesteld zoals weergegeven.
De nieuwe onderstelinstellingen
voor de demping 2 en de veer-
voorspanning 3 worden kort
weergegeven.
Bij zeer lage temperaturen
voor een verhoging van de
veervoorspanning de motor-
fiets ontlasten, zo nodig de
duopassagier laten afstappen.
Nadat de instelling is afge-
rond, worden de onderstelin-
stellingen verborgen.
In de beladingsmodus
wordt de veervoorspanning
pas na het wegrijden inge-
steld.
RIJMODUS
Gebruik van de rijmodi
BMW Motorrad heeft voor uw
motorfiets gebruiksscenario's
ontwikkeld, waaruit u telkens
het scenario kunt kiezen dat bij
uw situatie past:
Standaard
ECO: Actieradiusgeoptimali-
seerd rijden.
RAIN: Rijden op een natgere-
gende rijbaan.
ROAD: Rijden op een droge
rijbaan.
met rijmodi Pro
Met rijmodi Pro
ENDURO: Terreinritten met
wegbanden.
DYNAMIC: Dynamisch rijden
op droge rijbaan.
77
Auto
SU