Inhoudsopgave
Advertenties
Het EVC-systeem
Het Elektronisch Vaartuig Controle (EVC) systeem is
een zogenaamd gedistribueerd systeem. Het principe
van een gedistribueerd systeem is dat het beschikt
over veel kleine elektronische eenheden, knooppunten
genoemd, gesitueerd op geschikte plaatsen in de
boot.
De EVC-knooppunten zijn de Powertrain-regeleenheid
(PCU) en de Stuurstation-regeleenheid (HCU). Knoop-
punten zijn gesitueerd in de buurt van componenten
die zij regelen. Een stuurknooppunt is gesitueerd in de
buurt van de besturing. Een powertrain-knooppunt is
gemonteerd in het motorcompartiment.
Ieder knooppunt regelt een aantal nabijgelegen com-
ponenten, bijvoorbeeld, sensors, bedieningsorganen,
instrumenten en actuatoren.
Iedere PCU en HCU is geprogrammeerd voor een spe-
cifiek motortype. Op de PCU en de HCU zit een
sticker met serienummer en chassisnummer. Het se-
rienummer moet corresponderen met de sticker op de
motor.
Een databus, een CAN-bus, verbindt de knooppunten
met elkaar. Samen vormen zij een netwerk en ze wis-
selen informatie uit en maken gebruik van elkaars
diensten. Het principe van het vormen van een net-
werk van knooppunten waarop alle componenten zijn
aangesloten, reduceert de bekabeling drastisch.
CAN staat voor Controller Area Network, een indus-
triestandaard voor communicatie tussen knooppunten
in gedistribueerde systemen.
Een gedistribueerd systeem ondersteunt een groeien-
de hoeveelheid systeemconfiguraties en optionele
kenmerken. Nieuwe knooppunten kunnen op het net-
werk worden aangesloten met een minimale herzie-
ning van de bekabeling. Een nieuwe effectieve func-
tionaliteit kan worden gecreëerd door de knooppunten
interactief te laten werken en hun capaciteiten te com-
bineren, waardoor een bruikbaarder en veiliger product
wordt gecreëerd.
Functionaliteiten
Motortoerental en schakelen van versnellingen
Toerentallen en schakelen worden elektronisch gere-
geld. De achteruitversnelling of hekaandrijving be-
schikt over een beveiliging tegen schakelen bij hoge
snelheden. Dubbelwerkende elektronische bedienings-
organen werken in het EVC-systeem net als mechani-
sche bedieningsorganen met regeladapters.
Motorsynchronisatie
Motorsynchronisatie resulteert in een beter comfort,
een goede brandstofeconomie en een minimale slijta-
ge vanwege minder trillingen en een gereduceerd ge-
luidsniveau. Om synchronisatie mogelijk te maken,
moeten de hoofd- (bakboord) en slaaf- (stuurboord)
systemen met elkaar kunnen communiceren. Daarom
moet op iedere besturing een synchronisatiekabel wor-
den geïnstalleerd.
Instrumenten
Met EVC worden nieuwe typen instrumenten geïntro-
duceerd. De instrumenten maken gebruik van een
seriële communicatiebus. De seriële communicatie-
bus reduceert in combinatie met EVC de bedrading
drastisch en maakt de installatie eenvoudiger.
De meters zijn verkrijgbaar met een witte of zwarte
wijzerplaat en een verchroomde of zwarte vatting.
Power Trim
De functie is aanzienlijk verbeterd vergeleken met
PowerTrim-systemen zonder EVC. EVC introduceert
een nieuw trimpaneel met hetzelfde ontwerp als de
overige EVC-bedieningspanelen. Als u een installatie
hebt met twee motoren, kunnen de hekaandrijvingen
zowel individueel als gelijktijdig worden bediend.
Het naar binnen en naar buiten trimmen kan worden
gecalibreerd om te passen bij de specifieke installatie.
Om de aandrijving te beschermen, kan deze niet wor-
den gekanteld als de motor draait boven een bepaald
toerental per minuut.
Het PowerTrim-bedieningspaneel moet worden aange-
sloten op de multilinkbus en de meter op de instru-
mentkabelboom vanaf de HCU. De kabelboom voor de
hekaandrijvingen heft koppelstukken voor de power-
trim-hoeksensor en de powertrim-pomp.
Extra optionele uitrusting
Display
De EVC-display vormt een aanvulling op of een ver-
vanging van de instrumenten. De functionaliteit van de
EVC-display doet denken aan de functionaliteit van de
EDC-display, maar de informatie werd uitgebreid.
De EVC-display moet worden aangesloten op de HCU.
Brandstofniveau
EVC maakt een eenvoudige installatie van de brand-
stofniveau-indicatie mogelijk. Alles wat u nodig hebt is
een brandstofniveausensor in de brandstoftank en een
brandstofniveaumeter of een display bij de bestuur-
dersplaats. Als een brandstofniveaumeter wordt ge-
bruikt, moet deze zijn aangesloten op de seriële com-
municatiebus van de instrumenten. De PCU-motorka-
belboom heeft een ingang voor de brandstofniveau-
sensor.
Bootsnelheid
De bootsnelheid kan worden getoond op een display
en op een snelheidsmeter, als u beschikt over een
NMEA 0183 compatible GPS.
Immobilizer
De immobilizer verhindert dat onbevoegde personen
de motor starten. Het is geen alarmsysteem. De im-
mobilizer vergrendelt het EVC-systeem. Alleen perso-
nen met een geschikte afstandbediening kunnen de
motor starten.
Presentatie
15
Advertenties
Inhoudsopgave
