BAGAGERUIMTE
OPENEN
Vanuit het interieur
(indien aanwezig)
Op enkele uitvoeringen moet de knop
R fig. 84 worden ingedrukt om de ach-
terklep te openen.
Van buitenaf
Als de achterklep is ontgrendeld, kan de-
ze vanaf de buitenzijde worden geopend
door op het elektrische embleem te druk-
ken fig. 85.
De achterklep kan bovendien altijd wor-
den geopend als de portieren van de au-
to ontgrendeld zijn.
Gebruik voor het openen van de achter-
klep de sleutel met afstandsbediening.
Als de achterklep niet goed gesloten is,
brandt het waarschuwingslampje ´ of het
symbool R op het instrumentenpaneel
en verschijnt er een bericht op het display
(zie het hoofdstuk "Lampjes en berich-
ten").
Als u de achterklep opent, gaat de baga-
geruimteverlichting branden: de verlich-
ting gaat automatisch uit als u de achter-
klep sluit.
fig. 84
fig. 85
De verlichting blijft bovendien ongeveer
15 minuten branden nadat de contact-
sleutel in stand STOP is gedraaid: als bin-
nen deze 15 minuten een portier of de
achterklep wordt geopend, dan start de
tijdregeling opnieuw.
Openen met sleutel
met afstandsbediening
Druk op de knop R, ook als het diefstal-
alarm (indien aanwezig) is ingeschakeld. Als
de achterklep wordt geopend, knipperen de
richtingaanwijzers twee keer; bij het sluiten
knipperen de richtingaanwijzers één keer
(alleen bij ingeschakeld diefstalalarm). Als bij
auto's met diefstalalarm de achterklep
wordt geopend, gebeurt het volgende:
F0Q0036m
❒ uitschakeling van de volumetrische be-
veiliging;
❒ uitschakeling van de kantelsensor;
❒ uitschakeling van de achterklepsensor.
Als de achterklep weer wordt vergren-
deld, worden alle functies weer hersteld.
SLUITEN
U sluit de achterklep door deze te laten
F0Q0680m
zakken en ter hoogte van het slot te druk-
ken, totdat u de vergrendeling hoort.
Naderhand
voorwerpen op de hoeden-
plank of de achterklep (luid-
sprekers, spoiler enz.) kunnen,
behalve wanneer de auto hierop is
voorbereid, de juiste werking van de
gasveren verhinderen.
aangebrachte
79