fig. 52
ACHTERRUITWISSER/
-SPROEIER fig. 52
Deze werken uitsluitend als de contact-
sleutel in stand MAR staat. De werking
stopt als de hendel wordt losgelaten.
Als u de draaiknop van stand
' zet, dan werkt de achterruitwisser als
volgt:
❒ in intervalstand als de ruitenwissers
voor niet zijn ingeschakeld;
❒ synchroon (met de helft van de fre-
quentie van de ruitenwissers voor) als
de ruitenwissers voor zijn ingeschakeld;
❒ continu als de achteruit is ingeschakeld.
60
F0Q0653m
fig. 53
Als u bij ingeschakelde ruitenwissers voor
de achteruit inschakelt, gaat automatisch
ook de achterruitwisser continu wissen.
Als u de hendel naar het dashboard duwt
(onvergrendelde stand), schakelt de ach-
terruitsproeier in. Als u de hendel langer
dan een halve seconde naar het dashboard
O
in stand
geduwd houdt, schakelt ook de achter-
ruitwisser in. Als u de hendel loslaat, wordt
het intelligente wis-/wasprogramma inge-
schakeld, zoals bij de ruitenwissers voor.
KOPLAMPSPROEIERS (indien
aanwezig) fig. 53
De "verzonken" koplampsproeiers zijn in
de voorbumper van de auto gemonteerd
en treden in werking als u, bij ingeschakeld
dimlicht en/of grootlicht, de ruitensproei-
ers inschakelt.
BELANGRIJK Controleer regelmatig of de
koplampsproeiers schoon en in goede
F0Q0018m
staat zijn.
Gebruik de achterruitwisser
niet om opgehoopte sneeuw
of ijs van de achterruit te ver-
wijderen. In die omstandighe-
den grijpt, als de achterruitwisser te
zwaar wordt belast, de beveiliging in,
die ervoor zorgt dat de achterruitwis-
ser enkele seconden wordt uitgescha-
keld. Als hierna de werking niet wordt
hervat, wendt u dan tot de Fiat-dealer.