14 Veiligheidsvoorschriften
Veiligheid bij installatie en onderhoud
Elektrische veiligheid
Deze veiligheidsinstructies gelden voor iedereen die werkt aan de frequentie-omvor-
mer, de motorkabel of de motor.
WAARSCHUWING! Het niet opvolgen van deze instructies kan verwonding
of dodelijk letsel veroorzaken of schade aan de apparatuur:
•
De installatie en het onderhoud van de frequentie-omvormer mogen uitslui-
tend worden uitgevoerd door gekwalificeerde elektriciens.
•
Voer nooit werkzaamheden uit aan de frequentie-omvormer, de motorkabel of
de motor als ze onder spanning staan. Na het uitschakelen van de voedings-
spanning moet u altijd 5 minuten wachten om de tussenkring-condensatoren
voldoende te laten ontladen voordat u werkzaamheden aan de omvormer, de
motorkabel of de motor mag uitvoeren.
Zorg door meting met een multimeter (impedantie ten minste 1:Mohm) altijd dat:
• de spanning tussen de ingangsfasen L1, L2 en L3 van de omvormer en
het frame dicht bij 0 V ligt.
• de spanning tussen de klemmen UDC+ en UDC- en het frame dicht bij 0 V ligt.
•
Voer geen werkzaamheden uit aan besturingskabels als de omvormer of externe
besturingsnetwerken onder spanning staan. Besturingsnetwerken met een
externe voeding kunnen een gevaarlijke spanning in de frequentie-omvormer
veroorzaken, zelfs als de voedingsspanning naar de omvormer is uitgeschakeld.
•
Voer geen isolatietesten of spanningstesten uit op de omvormer.
•
Sluit de omvormer niet op een spanning aan die hoger is dan die vermeld is
op het typeplaatje. Een hogere spanning kan de remchopper activeren en lei-
den tot overbelasting van de remweerstand, of kan de overspanningsregeling
activeren wat er toe kan leiden dat de motor piekt naar maximum toerental.
Opmerking:
•
De motorkabelklemmen op de frequentie-omvormer staan onder een gevaar-
lijk hoge spanning als de netspanning is ingeschakeld, ongeacht of de motor
draait of niet.
•
De DC-klemmen (UDC+, UDC-) staan onder een gevaarlijk hoge gelijkstroom-
spanning (meer dan 500 V) wanneer ze zijn aangesloten op de gelijkstroom-
tussenkring.
•
Afhankelijk van de externe bedrading kunnen er gevaarlijk hoge spanningen
(115 V, 220 V of 230 V) staan op de klemmen van relaisuitgangen (XRO1,
XRO2 en XRO3).
•
De Safe torque off functie verwijdert de spanning van de hoofd- en hulpcircuits
niet. De functie werkt niet tegen opzettelijke sabotage of misbruik.