100 Elektrische installatie
Aansluitprocedure voor frames R4 en R5
1. Neem de frontkap weg. IP21 units: Maak de bevestigingsclip los met een schroe-
vendraaier (a) en til de kap vanaf de onderkant naar buiten(b).
2. Voor IP21 omvormers: Verwijder het deksel van het kabelingangsblok door de
montageschroef los te draaien.
3. Voor frame R4: Verwijder de EMC-afdekking die de ingangs- en uitgangsbekabe-
ling scheidt indien nodig voor gemakkelijkere installatie.
4. Verwijder de afdekking op de vermogenskabelklemmen door de clips los te
maken en de afdekking vanaf de zijkant met een schroevendraaier op te tillen (a).
Druk gaten in de afdekking uit zodat de kabels geïnstalleerd kunnen worden (b).
5. Bevestig de waarschuwingssticker tegen restspanning in de plaatselijke taal vlak
bij de bovenkant van de besturingsunit.
6. Snijd geschikte gaten in de rubberen doorvoertules. Schuif de doorvoertules op
de kabels. Schuif de kabels door de gaten van de bodemplaat en maak de door-
voertules in de gaten vast.
7. Maak de uiteinden van de voedings- en motorkabels gereed zoals in de figuur
geïllustreerd. Opmerking: Blote afschermingen worden over 360 graden geaard
onder de aardklem.
8. Aard de kabelafschermingen over 360 graden onder de aardklemmen. Pas op
voor de scherpe randen.
9. Sluit de getwiste kabelafschermingen aan op de aardklemmen.
10. Sluit de fasegeleiders van de ingangskabel aan op klemmen L1, L2 en L3 en de
fasegeleiders van de motorkabel op de klemmen T1/U, T2/V en T3/W. Draai de
schroeven vast tot het aanhaalmoment gegeven in de onderstaande figuur.
Opmerking voor aluminium kabels: Smeer vet op de geleider-uiteinden voordat
u ze in de aansluitklemmen steekt.
11