Aanhangwagenvoorziening (voorbeeld met extra
geleidepen)
Afhankelijk van de constructie van de fietsdrager
kunnen maximaal vier fietsen op de fietsdrager
worden vervoerd:
Bij bevestiging door vastklemmen op de
R
kogelkop
1
bedraagt het maximumdraag‐
vermogen 75 kg. Er kunnen maximaal drie
fietsen worden vervoerd.
Bij bevestiging op de kogelkop
R
dien op de geleidepen 2, bedraagt het
maximumdraagvermogen 100 kg. Er kunnen
maximaal vier fietsen worden vervoerd.
Het draagvermogen wordt berekend uit het
gewicht van de fietsdrager en de belading van de
fietsdrager.
Bij fietsen met een totaalgewicht tussen 75 kg
en 100 kg uitsluitend een fietsdrager met een
extra bevestiging op de geleidepen
ken.
Met een fietsdrager verandert het rijgedrag van
de auto. De auto
is zwaarder
R
is begrensd in acceleratie‑ en klimvermogen
R
heeft een langere remweg
R
Daardoor kan het rijgedrag verslechteren. Uw rij‐
stijl overeenkomstig aanpassen. Oplettend rijden
en voldoende afstand aanhouden.
Bij het gebruik van een fietsdrager bij de ach‐
teras van de auto de bandenspanning voor de
maximale belading instellen. Meer informatie
1
en boven‐
over de bandenspanning vindt u in de banden‐
spanningstabel (
Beladingsaanwijzingen
Hoe groter de afstand van het zwaartepunt van
de lading ten opzichte van de kogelkop, hoe
hoger de belasting op de aanhangwagenvoorzie‐
ning.
De volgende aanwijzingen in acht nemen:
Zware fietsen zo dicht mogelijk bij de auto
R
2
gebrui‐
bevestigen.
De lading op de fietsdrager altijd zo symme‐
R
trisch mogelijk ten opzichte van de lengteas
van de auto verdelen.
Mercedes-Benz adviseert om voor het beladen
van de fietsdrager alle aanbouwdelen op de fiet‐
sen te verwijderen, bijvoorbeeld fietsmanden,
kinderzitjes of accu's. Daardoor kan de lucht‐
weerstand en het zwaartepunt van de fietsdrager
worden verbeterd.
De fietsen altijd tegen verschuiven beveiligen en
regelmatig controleren of deze nog goed vastzit‐
ten.
Rijden en parkeren 257
pagina 362).
→