Download Print deze pagina

BMW Motorrad R 1250 RT 2021 Handleiding pagina 194

Advertenties

188
TECHNIEK IN DETAIL
strook, kan de objectdetectie
beperkingen tegenkomen.
Storingen van naastgelegen
rijstroken en het kwijtraken
van objecten: Bij onrustige
rijstijl, bochtig verloop van de
weg of versprongen voertui-
gen in een rijstrook, kan het
soms voorkomen dat her-
kende voertuigen in de ver-
keerde rijstrook worden in-
gedeeld. De afstandsregeling
gebruikt dan het verkeerde
voertuig, wat tot onverwacht
remmen of accelereren kan
leiden. Door de begrenzing
van de acceleratie en vertra-
ging door het systeem blijft
het rijgedrag echter altijd voor
de rijder beheersbaar.
Begrenzing van de rijdyna-
miek: De door de ACC ge-
stuurde acceleratie resp. ver-
traging van de motorfiets is
beperkt. De toename van de
acceleratie resp. vertraging is
eveneens beperkt. Dat bete-
kent dat er geen plotselinge
krachtige acceleratie of ver-
traging kan optreden. Deze
begrenzing wordt met toe-
nemende scheefstand van de
motorfiets extra begrensd. Bij
zeer steile klimmen en zware
belading is het mogelijk dat
de maximale acceleratie door
de ACC-functie niet worden
bereikt.
Omgevingsinvloeden: Het
detectiebereik van de radar-
sensor kan door omgevings-
invloeden gereduceerd wor-
den. Sterke regen, sneeuw en
dichte mist reduceren het de-
tectiebereik soms aanzienlijk.
Storende reflecties: Sterke
reflecties, bijvoorbeeld door
het rijden door tunnels of
hoge vangrails, kunnen de ob-
jectdetectie bemoeilijken.
Invloed op de prestaties van
ACC
De berijder kan door het vol-
gende gedrag de prestaties van
ACC ondersteunen:
Rustige rijstijl.
Zo veel mogelijk in het mid-
den van de rijstrook achter de
voorligger rijden.
Bij inhaalmanoeuvres duidelijk
van rijstrook wisselen, om het
"loslaten" van de voorligger te
ondersteunen.
Zo vroeg mogelijk achter de
voorligger invoegen, om het
systeem de tijd te geven het
object te selecteren.

Advertenties

loading