ROBOTVERSNELLINGSBAK
Stand handgeschakeld
Deze werking kan op ieder moment tijdens
het rijden worden ingeschakeld door de
hendel in de positie M te bewegen.
Om naar een hogere versnelling te schake-
len, hoeft u slechts kort de selecteurhendel
naar achteren te duwen, zonder uw voet van
de gaspedaal te halen.
Om naar een lagere versnelling te schake-
len, hoeft u slechts kort de selecteurhendel
naar voren te duwen, zonder uw voet van de
gaspedaal te halen.
(3/6)
Het systeem heeft een ingebouwde bevei-
liging tegen te hoge of te lage toerentallen
van de motor.
Om in één keer twee versnellingen hoger te
schakelen, geeft u twee korte duwtjes naar
achteren (behalve als de motor hierdoor te
langzaam zou gaan draaien). Om in één
keer twee versnellingen lager te schakelen,
geeft u twee korte duwtjes naar voren (be-
halve als de motor hierdoor te snel zou gaan
draaien).
Als u afremt op de motor, schakelt de ver-
snellingsbak automatisch naar de lagere
versnellingen om het afslaan van de motor
te voorkomen. Bij het stilhouden van de auto
(stopbord, verkeerslicht enz.) met uw voet
op de rempedaal, hoeft u niet in neutraal N
te schakelen.
De auto kan weer wegrijden:
– ofwel langzaam, (bijvoorbeeld in een file)
door het rempedaal los te laten zonder
gas te geven,
– ofwel gewoon, door het rempedaal los te
laten en gas te geven.
NB: de neutraalstand N is tijdens het rijden,
of als de auto stilstaat, in te schakelen met
de rempedaal ingedrukt of niet.
In geval van een te laag of een te hoog toe-
rental kiest het systeem de meest geschikte
versnelling.
Deze handbediening kan op ieder moment,
als de motor draait, worden uitgeschakeld
of weer ingeschakeld door de hendel in res-
pectievelijk de positie D en M te bewegen.
2.55