Download Print deze pagina

Renault Sandero 2021 Handleiding pagina 128

Advertenties

HULP- EN CORRECTIESYSTEMEN TIJDENS HET RIJDEN
Elektronisch
stabiliteitsprogramma ESC
met onderstuurcontrole en
tractiecontrole
Elektronisch stabiliteitsprogramma ESC
(afhankelijk van de auto)
Dit systeem helpt u de controle over de auto
te behouden in kritieke rijsituaties (uitwijken
voor een obstakel, verlies van grip op de
weg in een bocht, enz.).
De werking van het systeem
Een opname-element in het stuurwiel regi-
streert de richting waarin de bestuurder de
auto wil laten rijden.
Andere opname-elementen in de auto regi-
streren de werkelijke verplaatsingsrichting.
Het systeem vergelijkt de door de bestuur-
der gekozen richting met de werkelijke ver-
plaatsingsrichting van de auto en corrigeert
deze laatste door, indien nodig, op bepaalde
wielen te remmen en/of het motorvermogen
aan te passen.
2.32
Onderstuurcontrole
Dit verbetert de werking van het ESC bij
sterk onderstuur van de auto (als de voor-
wielen hun grip verliezen).
Tractiecontrole
Dit systeem helpt het slippen van de aan-
gedreven wielen te beperken en de auto bij
het wegrijden, accelereren of decelereren te
controleren.
De werking van het systeem
Met behulp van opname-elementen bij de
wielen, meet en vergelijkt het systeem con-
stant de snelheid van de aangedreven wielen
en remt het deze af als ze doorslippen. Als
een wiel neigt naar doorslippen, zorgt het
systeem voor het afremmen van het betref-
fende wiel, totdat de snelheid van het wiel
overeenkomt met de grip op de weg.
Het systeem reageert ook door het toeren-
tal van de motor aan te passen aan de hoe-
veelheid grip onder de wielen, onafhankelijk
van de mate waarin het gaspedaal wordt in-
gedrukt.
Wanneer de functie ESC (met de tractiecon-
trole) in werking treedt, knippert het contro-
lelampje
op het instrumentenpaneel.
(2/4)
Bij een storing
Als het systeem een storing ontdekt, blijft het
controlelampje
paneel branden. In dit geval zijn het ESC en
de tractiecontrole uitgeschakeld.
Raadpleeg een merkdealer.
Deze functies zijn extra hulp-
middelen in kritieke situaties
waarbij het rijgedrag van de
auto aangepast wordt.
Deze functies kunnen de taak van de
bestuurder niet overnemen. De limieten
van de auto worden hiermee niet ver-
legd en vormen ook geen reden om
harder te gaan rijden. Deze functies
kunnen dus in geen geval de oplettend-
heid of de verantwoordelijkheid van de
bestuurder overnemen - de bestuurder
moet altijd alert zijn op plotselinge ge-
beurtenissen die zich tijdens het rijden
kunnen voordoen.
op het instrumenten-

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Logan 2021