UPDATE_EVT
Index: 43
Benadering: r
7.5 Overige parameters
7.5.1 Stale Counter
De Stale Counter dient voor de beoordeling van de "kwaliteit" van via een geconfigureerde
cyclische verbinding (Publisher-Subscriber-Verbindung) verkregen procesvariabelen.
Via deze verbindingen worden de tussen verschillende functieblokken "opgenomen" proces-
variabelen" overgedragen.
Hiervoor zendt het voorgaande Block (Publisher) op een gedefinieerd tijdstip de procesvaria-
bele op de bus. De navolgende blokken (Subscriber) "luisteren" op dit tijdstip de bus af. De
ontvangende blokken bewaken, of er op het geconfigureerde tijdstip een geldige waarde ter
beschikking staat.
Een waarde is geldig, wanneer deze op het verwachte tijdstip met een status "Good" ter be-
schikking staat.
De Stale Counter definieert, hoeveel opeenvolgende "slechte" (stale) waarden worden geac-
cepteerd, tot de Fault State Mechanismus van het Block wordt geactiveerd.
Door instelling van de Stale Counter op 0 wordt deze bewaking gedeactiveerd.
7.5.2 Link Objecten
Link Objecten dienen voor het koppeling van in- en uitgangen van functieblokken (configu-
reerbare cyclische verbindingen).
Voor iedere klepstandsteller kunnen 22 Link Objecten worden geconfigureerd.
7.5.3 LAS Functionaliteit
Het aantal realiseerbare verbindingen en Schedules is afgestemd op de eisen en mogelijkhe-
den van het DeltaV systeem van FISHER-ROSEMOUNT.
Als LAS kan de klepstandsteller het volgende ondersteunen:
4
1 Schedule
4
1 Subschedule
4
25 Sequences per Subschedule.
4
25 Elementen per Sequence
Aanwijzing of statische blokgegevens zijn veranderd, inclusief datum en tijd.
Parameterbeschrijving
EB 8383-1 NL
73