Aanbouw aan regelventiel
2. Aanbouw aan regelventiel
De aanbouw van de klepstandsteller volgt
ofwel via directe aanbouw op de SAMSON-
aandrijving type 3277 of conform Namur
(DIN IEC 534) aan regelventielen in gie-
tjukuitvoering of in stanguitvoering.
In combinatie met een tussenstuk kan de
klepstandsteller ook op draaiaandrijvingen
worden gemonteerd.
Omdat de klepstandsteller als basiseenheid
zonder toebehoren wordt geleverd moeten
de benodigde aan te bouwen onderdelen
met hun bestelnummers uit de later volgen-
de tabellen worden afgelezen.
Opgelet:
De klepstandsteller heeft geen eigen be- en
ontluchtingsstop. De ontluchting wordt via
de ontluchtingsstop op de toebehoren naar
buiten geleid; zie ook fig. 3 en 5.
2.1 Directe aanbouw aan aandrij-
ving type 3277
Op de steldrukaansluiting resp. de omscha-
kelplaat (aandrijving 120 cm2) gezien moet
de aanbouw aan de linkerzijde van de aan-
drijving worden uitgevoerd.
Daarbij wijst de pijl op de zwarte huisafdek-
king (fig. 10) naar de membraankamer.
Uitzondering: regelventielen waarbij de zit-
ting alleen door een ingaande membraan-
stang wordt gesloten. Hier volgt de aan-
bouw aan de rechterkant en wijst de pijl
weg van de membraankamer.
1 0
EB 8383-1 NL
1. Klembeugel (1.2) op de aandrijfstang
zodanig vastschroeven dat de bevesti-
gingsschroef in de groef van de aan-
drijfstang valt.
2. Schroef de bijbehorende hefboom D1
resp. D2 vast op de overdrachtshef-
boom van de klepstandsteller.
3. Tussenplaat (15) met afdichting tegen
het juk bevestigen.
4. Klepstandsteller zodanig plaatsen dat
hefboom D1 resp. D2 in het midden
over de stift van de klembeugel (1.2)
glijdt en daarna op de tussenplaat (15)
vastschroeven.
5. Deksel (16) monteren.
Aandrijvingen met 240 t/m 700 cm2
6. De schakelplaat aan de zijkant op het ver-
bindingsblok (fig. 3) conform de pijlmarke-
ring op het verbindingsblok zodanig uitrich-
ten, dat het symbool voor "membraanstang
uitgaand" resp. voor "membraanstang in-
gaand" overeenkomt met de uitvoering van
de aandrijving.
Eventueel de beide bevestigingsschroeven
uitdraaien en de schakelplaat 180 ver-
draaid weer monteren.
7. Verbindingsblok met zijn afdichtringen
op de klepstandsteller en het juk plaat-
sen en met bevestigingsschroef vast-
draaien. Bij aandrijvingen
"membraanstang ingaand" boven-
dien de voorbereide steldrukleiding
monteren.