Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
Veilig gebruik
Verbrandingsgevaar! Het apparaat wordt bij gebruik heet. U kunt
zich branden aan de ovenruimte, het voedingsmiddel, de accessoi‐
res en de hete stoom. Draag altijd ovenwanten als u hete gerechten
in het apparaat zet of eruit haalt of als u in het apparaat bezig bent.
Voorkom dat gerechten overstromen als u deze in de ovenruimte zet
of eruit haalt.
Verbrandingsgevaar! Na een bereiding bevindt zich heet water in
het stoomaggregaat. Dit water wordt naar het waterreservoir terug‐
gepompt. Voorkom dat het waterreservoir kantelt als u het uit het
apparaat haalt en neerzet.
In afgesloten blikken en dergelijke ontstaat tijdens het inmaken of
verwarmen overdruk. Hierdoor kunnen deze voorwerpen openbar‐
sten.
Gebruik het apparaat niet om voedingsmiddelen in afgesloten blik‐
ken en dergelijke in te maken of te verwarmen.
Kunststof serviesgoed dat niet hitte- en stoombestendig is, smelt
bij hoge temperaturen en kan het apparaat beschadigen.
Gebruik alleen hitte- (tot 100°C) en stoombestendig kunststof ser‐
viesgoed. Houdt u zich aan de aanwijzingen van de betreffende fa‐
brikant.
Gerechten die in de ovenruimte worden bewaard, kunnen uitdro‐
gen. Het vrijkomende vocht kan in het apparaat corrosie veroorza‐
ken. Bewaar daarom geen klare gerechten in de oven en gebruik
voor de bereiding geen voorwerpen die kunnen roesten.
U kunt zich aan de open ovendeur verwonden of erover struike‐
len.
Laat de deur daarom niet onnodig open staan.
De deur mag met maximaal 8 kg worden belast. Ga nooit op de
geopende deur staan of zitten. Plaats er ook geen zware voor‐
werpen op. Er mag ook niets tussen de deur en de ovenruimte vast‐
geklemd raken. De oven kan anders beschadigd raken.
12