Veerwaarden
Als u lichter of zwaarder bent dan de gemiddelde
bestuurder en de beste rijhoogte niet kunt instellen
door de correcte veervoorspanning aan te passen,
kunt u overwegen een optioneel leverbare
achterschokdemperveer te gebruiken.
Wanneer een veer te zacht is voor uw gewicht,
moet u te veel extra veervoorspanning instellen om
toch de juiste raceveerhoogte te verkrijgen,
waardoor de achterkant van de motorfiets omhoog
komt. Het achterwiel is dan in de lucht te lang
onbelast en komt bij het uitveren aan het einde van
de veerweg. De achterkant kan al tot einde-
veerweg uitveren als u licht remt of slaat zijwaarts
uit over randen en hoekig terrein. Hij kan zelfs tot
einde-veerweg uitveren als u van uw CRF stapt.
Door de uitstekende absorberende eigenschappen
van het schokdemperrubber merkt u het mogelijk
niet zo snel wanneer de vering van uw CRF aan het
einde van de veerweg komt. Sommige rijders
denken dan dat de demping of misschien de
veerverhouding te hard is. In werkelijkheid is het
probleem waarschijnlijk onvoldoende
veervoorspanning of een te zachte veer. In beide
situaties kunt u niet de hele veerweg gebruiken.
Vergeet niet dat een correct afgestelde vering op
volle rijsnelheid elke paar minuten wel iets zal
doorslaan. Als u dan de vering zo afstelt dat u dit
iets doorslaan vermijdt, verliest u meer aan
algehele veerwerking dan het waard is.
Bij een te stugge veer voor uw lichaamsgewicht
"pakt" de achterband tijdens accelereren
onvoldoende en worden stoten vaker doorgegeven
naar u als bestuurder.
Achtervering afstellen
Instellingen voor wedstrijden
153