Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Lokalisatie; Lokalisatiefunctie; Lokatiepunten (Fnlp & Rnlp) En Lokatielijn (Pll) - DCI DigiTrak Mark III Bedieningshandleiding

Lokalisatiesysteem voor gerichte boringen
Inhoudsopgave

Advertenties

®
D
IGITAL

Lokalisatiefunctie

Om de zender te lokaliseren moet de knop
van
de
ontvanger
gehouden.
Dit
is
"lokalisatiefunctie".
verticale hoek en de knipperende tilde ("~")
voor het bijwerken van de verticale en
horizontale
hoek,
bovenvenster (bij de ingedrukte knop) de
signaalsterkte en de "+/–" indicator weer.
De plus ("+") en min ("–") symbolen in het
linker bovenvenster vormen de sleutel voor
het lokaliseren van het instrument (zender)
met 3 lokaties, niet alleen het sterkste
signaal.
Lokatiepunten (FNLP
Twee van de drie lokaties die
worden gebruikt voor het lokaliseren
van de zender zijn punten die in het
verlengde van de zender liggen. Het
eerste punt ligt vóór de zender
(voorste negatieve lokatiepunt of
FNLP), en het andere ligt achter de
zender (achterste negatieve lokatie-
punt of RNLP).
De derde lokatie is een lijn die de
positie van de zender bepaalt. Deze
lijn staat loodrecht op de zender en
heet de positieve lokatielijn of PLL.
Configuratie van FNLP, RNLP en
PLL gezien van boven en opzij
Het RNLP en het FNLP zijn op
gelijke afstand van de PLL.
®
DigiTrak
Mark III Bedieningshandleiding
C
I
ONTROL
NCORPORATED

Lokalisatie

ingedrukt
worden
de
zogenaamde
In
plaats
van
de
geeft
het
linker
RNLP) en lokatielijn (PLL)
&
Signaalsterkte
Plus (+)
indicator
Lokalisatiefunctie (knop ingedrukt)
Bovenaanzicht
Boor
Aslijn
RNLP
Zijaanzicht
Grondvlak
Drill
RNLP
Zender
458 22
+
202
~
PLL
FNLP
Zender
PLL
Temperatuur
van de zender
Verwachte
diepte
FNLP
45

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave