BRANDSTOF
Aanbevolen brandstof
Gebruik normale loodvrije benzine van
de pomp of geoxygeneerde brandstof
met maximaal 10 % ethanol of metha-
nol.
De gebruikte benzine moet het volgen-
de aanbevolen minimale octaangetal
hebben.
MINIMUM OCTAANGETAL
Buiten Noord-Amerika
Experimenteer
MERK OP
met andere brandstoffen. Het ge-
bruik van niet-aanbevolen brandstof
kan leiden tot slechte rijprestaties en
beschadiging van belangrijke onder-
delen van het brandstofsysteem en
de motor.
Tankprocedure voertuig
WAARSCHUWING
– Brandstof is ontvlambaar en ex-
plosief in bepaalde omstandig-
heden.
– Controleer het brandstofpeil
nooit met behulp van een open
vlam.
– Rook niet en vermijd vuur en
vonken in de buurt van de
brandstof.
– Werk altijd in een goed verluch-
te ruimte.
1. Stop de motor.
WAARSCHUWING
Stop de motor altijd voor u tankt.
2. Zorg ervoor dat de bestuurder en de
passagier uit het voertuig stappen.
92 RON
nooit
_______________
WAARSCHUWING
Laat nooit iemand in het voertuig
zitten terwijl u bijtankt. Als er tij-
dens het tanken brandt uitbreekt
of een explosie optreedt, is het
voor een persoon in het voertuig
misschien moeilijk om het gebied
vlug te verlaten.
3. Schroef de dop van de brandstof-
tank langzaam linksom los en ver-
wijder hem.
tmo2011-001-052_a
1. Dop brandstoftank
WAARSCHUWING
Als u een drukverschil vaststelt
(fluitend geluid terwijl u de dop
losdraait), laat uw voertuig dan na-
kijken en/of repareren voordat u er
opnieuw mee rijdt.
4. Steek het pistool in de vulmond.
5. Voeg langzaam brandstof toe zodat
lucht uit de tank kan ontsnappen en
vermijd dat brandstof terugvloeit.
Let op dat u geen brandstof morst.
6. Stop met tanken zodra de brandstof
de onderkant van de vulmond be-
reikt. Nooit te veel bijvullen.
67