Pagina 3
In Canada worden deze producten verdeeld door Bombardier Recreational Products Inc. (BRP). In de Verenigde Staten worden de producten verdeeld door BRP US Inc. De volgende handelsmerken zijn eigendom van Bombardier Recreational Products Inc.: Can-Am™...
Pagina 4
Er is een SHOP MANUAL verkrijgbaar Gebruikershandleiding kunt u terecht met volledige informatie over de ser- op onze website www.operatorsgui- vice, het onderhoud en diverse repa- de.brp.com. Merk ook op dat de ge- raties. bruikershandleiding beschikbaar is in verschillende talen. _______________________...
INHOUDSOPGAVE Onthoud tijdens het lezen van deze Gebruikershandleiding, dat: WAARSCHUWING Duidt op een mogelijk gevaar dat, indien het niet wordt vermeden, kan leiden tot ernstige of dodelijke verwondingen. OPMERKING ............... . . 7 INLEIDING .
Pagina 6
2) Keuzeschakelaar 2WD/4WD..........71 3) Remhendel .
Pagina 7
SPECIALE PROCEDURES ............102 Voertuig op zijn kop .
Pagina 8
GARANTIE BEPERKTE GARANTIE VAN BRP VOOR NOORD-AMERIKA: 2007 CAN-AM ATV ................. 144 INTERNATIONALE BEPERKTE GARANTIE VAN BRP: 2007 CAN-AM ATV .
OPMERKING Deze Gebruikershandleiding is be- doeld om de eigenaar/gebruiker van een nieuw voertuig vertrouwd te ma- ken met de diverse bedieningsele- menten, het onderhoud en het veilige gebruik van zijn voertuig. Ze is onmis- baar voor het correcte gebruik van het product.
INLEIDING Uw dealer heeft u normaal al wat Op zand rijden is totaal verschillend basisinformatie gegeven over van rijden door de sneeuw, in een bos specifieke bedieningselementen en of moerasgebied. Elke locatie houdt kenmerken van uw nieuwe voer- specifieke moeilijkheden in en vereist tuig.
Pagina 12
WAARSCHUWING Bestuurder: — Laat nooit een persoon van jonger dan 16 met dit voertuig rijden. — Neem nooit meer dan één (1) passagier mee op dit voertuig. — De passagier moet plaatsnemen op de daartoe voorziene passagiers- stoel en zich altijd vasthouden aan de handgrepen. —...
BIJZONDERE VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN Neem nooit meer dan één (1) pas- DIT VOERTUIG IS GEEN SPEEL- sagier mee op dit voertuig. De pas- GOED EN HET GEBRUIK ERVAN sagier moet minstens 12 jaar zijn en HOUDT GEVAREN IN. in staat zijn om zijn voeten op de Dit voertuig besturen is heel anders voetsteunen te zetten en met zijn dan rijden met andere voertuigen, zo-...
Pagina 14
Gebruik nooit alcohol of drugs voor Begeef u met dit voertuig nooit op of tijdens het rijden met dit voer- hellingen die te steil zijn voor het tuig. voertuig of voor uw rijvaardigheid. Vergeet niet dat de bestuurder ver- Rijd nooit overdreven snel. Pas uw antwoordelijk is voor de veiligheid snelheid altijd aan aan het terrein, van zijn passagier.
Pagina 15
Volg altijd de juiste procedures om Wees altijd voorzichtig bij het slip- dwars over een heuvel te rijden, die pen of schuiven. Probeer dit nooit u verder in deze Gebruikershand- met een passagier; u zou kunnen leiding vindt. Vermijd hellingen kantelen of de passagier kan wor- met een te gladde of losse onder- den weggeslingerd.
Pagina 16
ATV kunt u contact opnemen met passing van accessoires. Gebruik een erkend Can-Am ATV dealer, die alleen door BRP goedgekeurde ac- u ook kan inlichten over praktijkop- cessoires. Installeer NOOIT passa- leidingen in uw buurt.
WAARSCHUWINGEN VOOR HET RIJDEN Onthoud tijdens het lezen van deze Gebruikershandleiding, dat: WAARSCHUWING Duidt op een mogelijk gevaar dat, indien het niet wordt vermeden, kan leiden tot ernstige of dodelijke verwondingen. De volgende waarschuwingen en de vorm waarin ze verschijnen zijn opgelegd door de Amerikaanse United States Consumer Product Safety Commission en moeten worden opgenomen in de Gebruikershandleiding van alle ATV’s.
Pagina 18
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Niet-naleving van de leeftijdsaanbevelingen voor dit voertuig. WAT KAN ER GEBEUREN Wanneer deze leeftijdsaanbeveling niet wordt gerespecteerd, kan de jonge bestuurder ernstige of zelfs dodelijke verwondingen oplopen. Zelfs als een kind tot de leeftijdscategorie behoort waarvoor dit voertuig wordt aanbevolen, beschikt het niet altijd over de nodige vaardigheden en voldoende beoordelingsvermogen om veilig met dit voertuig te rijden.
Pagina 19
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Niet-naleving van de leeftijdsaanbevelingen voor de passagier. WAT KAN ER GEBEUREN Een kind van jonger dan 12 is meestal niet in staat om veilig mee te rijden en kan een ernstig ongeluk krijgen. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Laat nooit een persoon van jonger dan 12 met dit voertuig meerijden.
Pagina 20
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Meer dan één (1) passagier meenemen op dit voertuig. WAT KAN ER GEBEUREN Wanneer u meer dan één (1) passagier meeneemt, zal dit voertuig snel zijn evenwicht verliezen of oncontroleerbaar worden. Dit kan tot een ongeluk leiden, waarbij u en/of uw passagiers gewond ra- ken.
Pagina 21
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Een passagier laten plaatsnemen op een andere plek dan de speciale pas- sagiersstoel. WAT KAN ER GEBEUREN Een passagier die plaatsneemt op een andere plek dan de speciale passa- giersstoel kan: — de stabiliteit van het voertuig in het gedrang brengen en controlever- lies veroorzaken —...
Pagina 22
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Rijden met dit voertuig op verharde oppervlakken. WAT KAN ER GEBEUREN De banden zijn ontworpen voor offroad-gebruik en niet geschikt om op verharde wegen te rijden. Op een verharde weg verandert het rijgedrag van uw voertuig aanzienlijk, waardoor u de controle kunt verliezen. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Rijd nooit met dit voertuig op verharde oppervlakken, bijv.
Pagina 23
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Met dit voertuig op de openbare weg rijden. WAT KAN ER GEBEUREN U kunt botsen met een ander voertuig. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Rijd nooit met dit voertuig op de openbare weg, zelfs als het een aardeweg of kiezelpad betreft.
Pagina 24
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Rijden met dit voertuig zonder een goedgekeurde helm, oogbescherming en beschermende kleding te dragen. De passagier moet ook een goedge- keurde helm met harde kinbeschermer dragen. WAT KAN ER GEBEUREN De volgende punten betreffen de bestuurder en de passagier: —...
Pagina 25
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Rijden met dit voertuig onder invloed van alcohol of drugs. WAT KAN ER GEBEUREN Hierdoor kan de passagier vallen. Dit kan uw beoordelingsvermogen ernstig aantasten. Uw reactiesnelheid kan afnemen. Uw evenwicht en perceptie kunnen eronder lijden. Dit kan leiden tot een ongeluk of overlijden van de passagier en/of bestuur- der.
Pagina 26
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Te snel rijden met dit voertuig. WAT KAN ER GEBEUREN De kans dat u de controle over uw voertuig verliest en een ongeluk heeft neemt toe. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Pas uw snelheid altijd aan aan het terrein, de zichtbaarheid, de rijomstan- digheden en uw ervaring.
Pagina 27
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Rijden op twee wielen, springen en andere stunts. WAT KAN ER GEBEUREN Verhoogt het risico van bestuurder en passagier op een ongeluk, inclusief kantelen. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Haal nooit stunts uit, zoals op twee wielen rijden of springen. Probeer niet op te scheppen.
Pagina 28
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Niet inspecteren van het voertuig voor het rijden. Niet goed onderhouden van het voertuig. WAT KAN ER GEBEUREN Hierdoor neemt het risico op ongevallen of beschadiging van de uitrusting toe. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Inspecteer uw voertuig voor elk gebruik, om te verzekeren dat het in goede staat verkeert.
Pagina 29
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Handen tijdens het rijden van het stuur (bestuurder) of van de handgrepen (passagier) halen of voeten van de voetsteunen. WAT KAN ER GEBEUREN Zelfs met één hand of voet los heeft u minder controle over het voertuig. U kunt het evenwicht verliezen en van het voertuig vallen.
Pagina 30
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Niet extra voorzichtig rijden op onbekend terrein. WAT KAN ER GEBEUREN U kunt op verborgen rotsblokken, bulten of gaten stoten zonder voldoende tijd om te reageren. Uw voertuig kan kantelen of oncontroleerbaar worden en de passagier kan worden weggeslingerd.
Pagina 31
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Niet extra voorzichtig rijden op zeer ruige, gladde of losse ondergrond. WAT KAN ER GEBEUREN Uw voertuig kan zijn grip verliezen en oncontroleerbaar worden. Dit kan leiden tot een ongeluk, bijvoorbeeld kantelen of wegslingeren van de pas- sagier.
Pagina 32
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Verkeerd draaien. WAT KAN ER GEBEUREN Het voertuig kan oncontroleerbaar worden en een botsing veroorzaken, kantelen of de passagier wegslingeren. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Volg altijd de juiste procedures om te draaien, die u verder in deze Gebrui- kershandleiding vindt.
Pagina 33
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Rijden op zeer steile hellingen. WAT KAN ER GEBEUREN Het voertuig kan sneller kantelen op zeer steile hellingen dan op vlakke ondergrond of lichte hellingen. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Begeef u met dit voertuig nooit op hellingen die te steil zijn voor het voer- tuig of voor uw rijvaardigheid.
Pagina 34
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Verkeerd bergop rijden. WAT KAN ER GEBEUREN U kunt de controle verliezen, de passagier kan worden weggeslingerd of uw voertuig kan kantelen. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Volg altijd de juiste procedures om bergop te rijden, die u verder in deze Gebruikershandleiding vindt.
Pagina 35
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Verkeerd bergaf rijden. WAT KAN ER GEBEUREN U kunt de controle verliezen, de passagier kan worden weggeslingerd of uw voertuig kan kantelen. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Volg altijd de juiste procedures om bergaf te rijden, die u verder in deze Gebruikershandleiding vindt.
Pagina 36
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Verkeerd dwars op een helling rijden of keren op een helling. WAT KAN ER GEBEUREN U kunt de controle verliezen, de passagier kan worden weggeslingerd of uw voertuig kan kantelen. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Voer dit manoeuvre nooit uit met een passagier aan boord. Laat hem altijd afstappen voor u dit doet.
Pagina 37
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Stilvallen, achteruit rollen of verkeerd afstappen tijdens het bergop rijden. WAT KAN ER GEBEUREN Uw voertuig kan kantelen. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Schakel naar een gepaste versnelling en houd een constante snelheid aan bij het bergop rijden. Als u niet meer vooruit komt: De bestuurder en passagier moeten hun gewicht naar de bergop-zijde ver- plaatsen.
Pagina 38
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Verkeerd over hindernissen rijden. WAT KAN ER GEBEUREN U kunt de controle verliezen of botsen en de passagier kan worden weg- geslingerd. Het voertuig kan kantelen. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN De bestuurder is verantwoordelijk voor de veiligheid van zijn passagier. Laat hem in geval van twijfel afstappen voordat u over hindernissen rijdt.
Pagina 39
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Verkeerd slippen of schuiven. WAT KAN ER GEBEUREN U kunt de controle over uw voertuig verliezen. U kunt ook plots opnieuw grip krijgen, waardoor het voertuig kan kantelen of de passagier kan worden weggeslingerd. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Vermijd slippen en schuiven met een passagier.
Pagina 40
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Met het voertuig door diep of snel stromend water rijden. WAT KAN ER GEBEUREN De banden kunnen gaan drijven, waardoor u uw grip en de controle verliest en een ongeval kunt veroorzaken. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Rijd nooit met dit voertuig door snel stromend water of door water dat dieper is dan de specificaties verder in deze Gebruikershandleiding.
Pagina 41
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Verkeerd achteruit rijden. WAT KAN ER GEBEUREN U kunt tegen een hindernis of persoon achter het voertuig rijden en ernsti- ge verwondingen veroorzaken. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Controleer wanneer u in achteruit schakelt of er geen hindernissen of per- sonen achter het voertuig zijn.
Pagina 42
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Rijden met ongeschikte banden, met een verkeerde of ongelijkmatige ban- denspanning. WAT KAN ER GEBEUREN Wanneer u rijdt met ongeschikte banden of een verkeerde of ongelijkma- tige bandenspanning, kunt u de controle over het voertuig verliezen, een klapband krijgen of kunnen de banden loskomen van de velgen.
Pagina 43
Alle onderdelen en ac- cessoires die u aan dit voertuig toevoegt, moeten goedgekeurd zijn door BRP en worden geïnstalleerd en gebruikt volgens de aanwijzingen. Met al uw bijkomende vragen kunt u bij een erkend Can-Am dealer terecht.
Pagina 44
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Overbelasting van dit voertuig of verkeerd dragen of slepen van lasten. WAT KAN ER GEBEUREN Het rijgedrag van het voertuig kan veranderen, wat tot ongelukken kan lei- den. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Overschrijd nooit de aangegeven maximale belading van dit voertuig, in- clusief bestuurder en passagier, alle lasten en bijkomende accessoires.
Pagina 45
WAARSCHUWING MOGELIJK GEVAAR Het transport van ontvlambare of gevaarlijke materialen kan tot ontploffin- gen leiden. WAT KAN ER GEBEUREN Dit kan ernstige of zelfs dodelijke verwondingen tot gevolg hebben. HOE KUNT U DIT RISICO VOORKOMEN Vervoer nooit ontvlambare of gevaarlijke materialen. Onthoud tijdens het lezen van deze Gebruikershandleiding, dat: WAARSCHUWING Duidt op een mogelijk gevaar dat, indien het niet wordt vermeden, kan leiden...
RIJDEN MET UW VOERTUIG Om ten volle te kunnen genieten van Neem rustig de tijd om alle bedie- een aangename en boeiende rit met ningselementen en de algemene uw voertuig MOET u enkele basisre- besturing van het voertuig te leren gels en tips in acht nemen.
• Controleer of de deksels van het Controle voor gebruik servicecompartiment vooraan en het bergvak achteraan goed zijn WAARSCHUWING vergrendeld. De inspectie van uw voertuig voor • Controleer of de chauffeursstoel en elke rit is erg belangrijk. Contro- de passagiersstoel of de opbergkof- leer voor u vertrekt altijd of uw fer correct zijn aangebracht en be- voertuig correct rijdt en alle bedie-...
Pagina 48
Verhelp eventueel vastgestelde problemen alvorens te vertrekken. Raadpleeg indien nodig een erkend Can-Am dealer. __________ __________ VEILIGHEIDSINFORMATIE...
Kleding De weersomstandigheden zullen bepalen wat u aantrekt. Toch is het belangrijk dat de bestuurder en de passagier altijd geschikte beschermende kleding en uit- rusting dragen, onder meer een goedgekeurde helm, oogbescherming, laarzen, handschoenen, een hemd met lange mouwen en een lange broek. De passagier moet een goedgekeurde helm met harde kinbeschermer dragen.
(1) passagier. De passagier moet plaatsnemen op de daartoe voorziene passa- giersstoel en zich altijd vasthouden aan de handgrepen. Installeer NOOIT een andere passagiersstoel dan het door BRP aanbevolen model. Laat geen passa- gier(s) plaatsnemen op de bagagerekken. Wanneer u meer dan één (1) passagier vervoert, komen de stabiliteit en bestuurbaarheid van het voertuig in het gedrang.
Recreatief gebruik Respecteer de rechten en beperkingen van anderen. Begeef u niet in zones die zijn voorbehouden aan andere offroad-activiteiten. Daartoe behoren paden voor sneeuwscooters, ruiters, langlaufsporen, mountainbikeparcours enz. Ga er nooit van uit dat er toch geen andere gebruikers op het pad zijn. Houd altijd uiterst rechts op het pad en zigzag niet heen en weer.
Vervuil ten slotte geen waterlopen, meren of rivieren, voer geen aanpassingen aan de motor en het uitlaatsysteem uit en verwijder geen onderdelen. Ontwerpbeperkingen Hoewel dit voertuig bijzonder robuust is voor zijn klasse blijft het per definitie een licht voertuig dat enkel mag worden gebruikt voor de zaken waarvoor het is bedoeld.
Bergop rijden Door zijn configuratie kan dit voertuig uitstekend klimmen, zo goed zelfs dat het eerder zal kantelen dan zijn tractie verliezen. Op het terrein komt het bijvoorbeeld geregeld voor dat de top van een heuvel is geërodeerd tot een steile, scherpe piek.
Rijtechnieken Wanneer u sneller rijdt dan de omstandigheden toelaten, kunt u verwondingen oplopen. Geef maar net genoeg gas om veilig vooruit te komen. Uit statistieken blijkt dat snel genomen bochten vaak tot ongelukken en verwondingen leiden. Vergeet nooit dat dit voertuig zwaar is! Als hij met zijn volle gewicht op u valt kunt u makkelijk gekneld raken.
Pagina 55
Dit voertuig is niet geschikt om op de openbare weg te rijden. (Op de mees- te plaatsen is dit zelfs wettelijk verboden). Wanneer u zich met uw voertuig op de openbare weg begeeft, kunt u een aanrijding met een ander voertuig veroor- zaken.
Pagina 56
Water vermindert het remvermogen van uw voertuig. Laat de remmen altijd dro- gen door ze meermaals te activeren, wanneer het voertuig weer op het droge is. Wanneer u met een passagier rijdt heeft dit een grote invloed op uw remafstand. Matig uw snelheid altijd wanneer u een passagier meeneemt.
Pagina 57
Onthoud tijdens het lezen van deze Gebruikershandleiding, dat: WAARSCHUWING Duidt op een mogelijk gevaar dat, indien het niet wordt vermeden, kan leiden tot ernstige of dodelijke verwondingen. Begint u toch te slippen of schuiven, draai het stuur dan in de richting waarin u slipt tot u het voertuig opnieuw onder controle heeft.
Pagina 58
Wanneer u bergop of bergaf rijdt is het uiterst belangrijk om bedacht te zijn op gladde oppervlakken of terreinveranderingen en hindernissen en om de juiste li- chaamshouding aan te nemen. De bestuurder is verantwoordelijk voor de veilig- heid van zijn passagier. In geval van twijfel moet hij hem laten afstappen, voordat hij een hindernis neemt.
Pagina 59
Bergaf Vergeet niet dat de bestuurder verantwoordelijk is voor de veiligheid van zijn pas- sagier. Laat hem in geval van twijfel afstappen voordat u bergaf rijdt. Denk eraan: wanneer u met een passagier rijdt heeft dit een grote invloed op de besturing van uw voertuig, de stabiliteit en de remafstand.
Pagina 60
Dwars op een helling rijden Vergeet niet dat de bestuurder verantwoordelijk is voor de veiligheid van zijn pas- sagier. Laat hem in geval van twijfel afstappen voordat u doorgaat. Denk eraan: wanneer u met een passagier rijdt heeft dit een grote invloed op de besturing van uw voertuig, de stabiliteit en de remafstand.
Routine-onderhoud Na afloop van uw rit is het raadzaam, aangekoekte sneeuw, ijs, modder en vuil te verwijderen. Zo gaat uw voertuig niet alleen langer mee en behoudt het langer zijn verkoopwaarde, maar u schakelt ook mogelijke risico’s voor uw volgende rit met het voertuig uit.
ETIKET Dit voertuig is bij zijn levering voorzien van een etiket en labels met belangrijke veiligheidsinformatie. Elke persoon die met dit voertuig rijdt moet deze informatie gelezen en begrepen hebben voor zijn vertrek. Enkel VSA en Canada vmo2006-005-009_en __________ __________ VEILIGHEIDSINFORMATIE...
LABELS OP HET PRODUCT De volgende labels bevinden zich op uw voertuig en moeten als vaste onderde- len van het voertuig worden beschouwd. Ontbrekende of beschadigde labels kunnen gratis worden vervangen. Raadpleeg een erkend Can-Am dealer. OPMERKING: De volgende illustraties in deze Gebruikershandleiding geven en- kel een algemene voorstelling.
Label 6 Label 8 vmo2006-016-008_en Label 7 Modellen VSA en Canada vmo2006-008-004_aen vmo2006-005-010_en Label 9 VOOR- EN ACHTERSPATBORD Internationale modellen vmo2006-005-010_en ENKEL VOORSPATBORD vmo2007-002-002 BEVINDT ZICH ONDER DE ZITTING, OP DE BOVENSTE STANG VAN HET FRAME ___________ __________ VEILIGHEIDSINFORMATIE...
Pagina 66
Enkel internationale modellen Label 10 vmo2006-014-003_a Label 11 vmo2006-005-010_en ENKEL ACHTERSPATBORD __________ __________ VEILIGHEIDSINFORMATIE...
Pagina 67
VOERTUIG- INFORMATIE _____________________...
Er wordt geen garantie geboden door BRP als het motoridentificatienummer (EIN) of het voertuigidentificatienummer (VIN) werd verwijderd of onleesbaar werd gemaakt. We raden u aan, alle serie-...
VOORSCHRIFTEN INZAKE DE BEPERKING VAN GELUIDSEMISSIE Enkel VSA en Canada Het is verboden ontoelaatbare wijzigingen aan het geluidsreductiesysteem aan te brengen! De Amerikaanse federale wetgeving en de Canadese provinciewetten kunnen de volgende handelingen of de aanzet hiertoe verbieden: 1. De verwijdering of uitschakeling door om het even welke persoon om een an- dere reden dan voor onderhoud, reparatie of vervanging van enig onderdeel of ontwerpelement waarmee een nieuw voertuig werd uitgerust ter verla- ging van het geluidsniveau, vóór de verkoop of levering aan de eindgebruiker...
EMISSIEVOORSCHRIFTEN Enkel VSA De California Air Resources Board (CARB) eist dat uw voertuig voldoet aan de toe- passelijke emissienormen tijdens zijn gebruiksduur, wanneer hij wordt gebruikt en onderhouden conform de voorziene instructies. Er wordt jaarlijks een Rood Label voor niet-conformiteit (alsook een Groen La- bel) toegekend tijdens de Californische voertuigkeuring.
INRIJPERIODE MOTOR Het voertuig moet een inrijperiode van 10 bedrijfsuren doorlopen, alvorens u langdurig volgas mag geven. LET OP: Meng nooit olie door de brandstof. Dit voertuig heeft een 4-taktmotor. Er moet alleen olie aan de motor worden toegevoegd. Tijdens deze periode mag u niet meer dan 3/4 gas geven.
OPMERKING: In dit deel worden de basisfuncties van de diverse bedie- ningselementen van uw voertuig toe- gelicht. Meer details over het gebruik van individuele bedieningselementen in combinatie met andere vindt u in de BEDIENINGSINSTRUCTIES verder in dit deel. 1) Gashendel Wanneer hij wordt ingedrukt verhoogt het motortoerental tot het juiste ni- veau om de schakeling naar de geko-...
Onthoud tijdens het lezen van deze Gebruikershandleiding, dat: WAARSCHUWING Duidt op een mogelijk gevaar dat, indien het niet wordt vermeden, kan leiden tot ernstige of dodelijke verwondingen. Om het mechanisme te activeren: Druk de remhendel in en houd hem vast terwijl u het slot verzet. De rem- hendel is nu ingedrukt en alle remmen worden geactiveerd.
Om te schakelen moet u het voer- WAARSCHUWING tuig helemaal stoppen en vervolgens Voor u het voertuig in achteruit de hendel in de gewenste stand zet- schakelt, moet u nagaan of er ten. Forceer de hendel niet. Kunt u geen hindernissen of omstanders niet schakelen, schommel het voer- achter het voertuig staan.
Pagina 76
vmo2006-016-001_a vmo2006-016-002_a TYPISCH — MULTIFUNCTIONELE STANDEN CONTACTSCHAKELAAR SCHAKELAAR 1. UIT 1. Koplampschakelaar 2. AAN "met licht" 2. Motorstopschakelaar 3. AAN "zonder licht" 3. Motorstartknop 4. Ophefknop Motorstopschakelaar Koplampschakelaar Deze schakelaar dient om de motor stil te leggen en als noodstopknop. Om de motor stil te leggen laat u de gashendel helemaal los en gebruikt de motorstopschakelaar.
Motorstartknop Om de motor te starten zet u de mo- torstopschakelaar op RIJDEN. Houd de motorstartknop ingedrukt. Laat hem onmiddellijk los nadat de motor is gestart. TYPISCH 1. Ophefknop 2. Motorstopschakelaar 7) Snelheidsmeter TYPISCH 1. Motorstartknop 2. Motorstopschakelaar OPMERKING: Als de motorstopscha- kelaar op UIT staat, zal de motor niet draaien.
Pagina 78
Om de modus van de wijzer te wijzi- Keuze eenheid (MPH of km/u) gen, gaat u als volgt te werk: De snelheidsmeter, odometer en trip- – zet het multifunctionele snelheids- meter staan standaard op mijl inge- meterdisplay op odometer (ODO) steld, maar dit kan worden veranderd in een kilometer-aanduiding.
Pagina 79
Uurmeter (TRIP TIME) DISPLAY FUNCTIE De uurmeter registreert de bedrijfs- Parkeren duur van het voertuig waneer het Vrijloop elektrisch systeem is ingeschakeld. Hij kan bijv. worden gebruikt om de Achteruit reistijd tussen 2 punten te meten. Hoge versnelling Houd de display-keuzetoets 2 secon- Lage versnelling den ingedrukt om de uurmeter te re- setten.
Pagina 80
Meldingen op multifunctioneel display MELDING BESCHRIJVING Wanneer de snelheidsmeter in de TOERENTALMODUS staat, verschijnt er “X 100 RPM” op het multifunctionele display, als X 100 RPM de snelheids/toerentalmodus wordt geselecteerd. Duidt aan dat u de verkeerde contactsleutel gebruikt. Gebruik de juiste sleutel voor dit voertuig. INVALID KEY Het is ook mogelijk dat de contactsleutel een slecht contact geeft.
Brandstofpeilaanduiding verklikkerlichtje brandt, wordt er een motor- Een indicatiebalk duidt doorlopend de storingscode aangeduid. hoeveelheid brandstof in de brandstof- Controleer de melding op het tank aan terwijl u rijdt. multifunctionele display. Als het verklikkerlichtje te laag brand- verklikkerlichtje knippert, is de TERUGKEER- stofpeil brandt, betekent dit dat de modus actief.
Deze contactsleutel kan niet worden gebruikt op een ander voertuig en om- gekeerd kan de sleutel van een ander voertuig ook niet op uw voertuig wor- den gebruikt, behalve wanneer dit zo werd geprogrammeerd. DESS is echter uiterst flexibel. U kunt extra contactsleutels kopen en laten programmeren voor uw voertuig.
11) Rempedaal Door dit pedaal in te drukken wordt de achterrem geactiveerd. Wanneer het wordt losgelaten moet het rempedaal automatisch terugkeren naar zijn oor- spronkelijke stand. Het remeffect is afhankelijk van de kracht die op het pe- daal wordt uitgeoefend en van het ty- pe en de toestand van het terrein.
14) Passagiersstoel/ opbergkoffer WAARSCHUWING Gebruik dit voertuig nooit zonder dat de passagiersstoel of de op- bergkoffer is geïnstalleerd. De passagiersstoel is speciaal ontwor- pen om ÉÉN (1) passagier op een veili- ge en comfortabele manier te vervoe- ren. De ingebouwde rugsteun steunt de rug tijdens het rijden.
Pagina 85
De opbergkoffer wordt gebruikt om Installatie passagiersstoel uw voertuig om te bouwen van een – Steek de positioneerbuizen voor de tweepersoons- (2-UP model) naar een passagiersstoel in de gaten in het eenpersoonsmachine (1-UP model) achterspatbord. met extra laadcapaciteit. Het voertuig is heel eenvoudig om te bouwen: verwijder de passagiers- stoel en installeer de opbergkoffer of omgekeerd.
– Maak de rubberen vergrendeling Verwijderen van de zitting los om de opbergkoffer te openen. Druk de vergrendeling van de chauf- feursstoel naar voren om de stoel te verwijderen. De vergrendeling zit on- der de achterrand van de stoel. vmo2006-008-012_b 1.
Dit paneel biedt een gemakkelijke toegang tot het servicecompartiment. Het servicecompartiment bevat ver- schillende onderhoudsvoorzieningen, onder meer het achterrem-vloeistofre- servoir, de radiatordop, het koelmid- delreservoir en de zekeringhouders. 17) Bergvak achteraan Dit is een handige plaats om persoon- lijke dingen op te bergen, bijvoorbeeld reservebougies, eerstehulpkit enz.
WAARSCHUWING Zet de schakelhendel bij draaiende motor altijd in de PARKEER-stand alvorens het deksel te openen. Leg nooit zware of losse breekba- re dingen in het opbergmandje. Sluit het deksel altijd af voordat u wegrijdt. Als u het deksel van het bergvak weghaalt om meer bergruimte te hebben, moet u de lading goed vastmaken zodat ze...
vmo2006-007-011_a vmo2006-007-031_a TYPISCH ACHTERAAN — PLAATS ZEKERINGEN 1. Radiatordop 1. (F8) Hoofdzekering (30 A) (F9) Hoofdzekering accessoires (30 A) 21) Zekeringen 22) Gereedschapsset Het elektrisch systeem is beveiligd Het gereedschapskistje zit in het berg- met zekeringen. Zie ONDERHOUD vak achteraan. Hierin zit gereedschap voor meer informatie.
OPMERKING: Het voertuig wordt geleverd met een afstandsbediening voor de lier die het gebruik van de lier vergemakkelijkt, zie AFSTANDSBE- DIENING LIER verder in dit deel. vmo2006-007-013_a 1. Peilstok Hoe u het oliepeil correct controleert leest u in VLOEISTOF. 24) Lier XT en Limited Edition modellen vmo2006-016-001_b 1.
Meer informatie vindt u in de BASIC 27) Afstandsbediening lier GUIDE TO WINCHING TECHNIQUES XT en Limited Edition modellen (handleiding basistechnieken lier). Bij het voertuig wordt een afstandsbe- diening geleverd, die het gebruik van 28) Aansluiting de lier vergemakkelijkt. afstandsbediening lier De afstandsbediening van de lier be- XT en Limited Edition modellen vindt zich in het toegangspaneel van...
Pagina 92
WAARSCHUWING Het aflezen van de GPS-ontvanger kan de bestuurder van het voer- tuig afleiden en in het bijzonder zijn aandacht voor de omgeving doen afnemen. Dit kan leiden tot een aanvaring met ernstige of do- delijke verwondingen tot gevolg. Kijk voor u de GPS-ontvanger af- leest altijd goed rond of er geen obstakels in uw buurt zijn en ma- tig uw snelheid.
Pagina 93
LET OP: Om beschadiging door weersomstandigheden of diefstal van uw GPS-ontvanger te voorko- men, haalt u hem het best telkens uit de houder wanneer u het voer- tuig verlaat. Verwijdering van de GPS-ontvanger Ontgrendel de GPS-ontvanger in de houder door aan het vergrendelingslip- vmo2007-003-011_a je te trekken.
Het beschermdeksel bevindt zich in de toegangsklep van het servicecompar- timent vooraan. vmo2007-003-009_a TOEGANGSPANEEL — SERVICECOMPARTIMENT VOORAAN 1. Beschermdeksel vmo2007-003-015_b Breng het beschermdeksel altijd op de BRENG BESCHERMDEKSEL AAN houder aan wanneer de GPS-ontvan- ger niet is geïnstalleerd, om bescha- 30) Beschermdeksel diging van de elektrische contacten te (houder...
VLOEISTOFFEN Onthoud tijdens het lezen van deze Gebruikershandleiding, dat: WAARSCHUWING Duidt op een mogelijk gevaar dat, indien het niet wordt vermeden, kan leiden tot ernstige of dodelijke verwondingen. OPMERKING: In dit hoofdstuk ver- Brandstofpeil neemt u alles over de aanbevolen vloeistoffen en de juiste werkwijze WAARSCHUWING om het vloeistofpeil te controleren.
Pagina 96
Viscositeit van de olie SAE 5W30 minerale olie wordt aanbe- volen voor elk seizoen. Tijdens de heetste dagen van de zo- mer kan ook de minerale olie BRP XP-S 10W40 (stuknr. 219 700 346) worden gebruikt. OPMERKING: Voor een optimale per-...
Het koelsysteem moet worden gevuld LET OP: Gebruik voor het onder- met voorgemengde koelvloeistof van houd geen andere dan de aanbe- BRP (stuknr. 219 700 362) of met ge- volen oliesoorten. Meng geen olie destilleerd water en een antivriesmid- van verschillende types door elkaar.
Verversen van de koelvloeistof Zie het hoofdstuk ONDERHOUD. Remvloeistof Aanbevolen vloeistof Gebruik altijd remvloeistof die voldoet aan de specificatie DOT 4. LET OP: Om ernstige schade aan het remsysteem te voorkomen, mag u geen andere vloeistoffen dan de aanbevolen middelen gebruiken en nooit verschillende vloeistoffen mengen bij het bijvullen.
vmo2006-016-004_a TYPISCH Vloeistofreservoir rempedaal vmo2006-007-017_a Accu Dit voertuig is uitgerust met een type accu dat geen onderhoud vraagt. Instructies voor de verwijdering/instal- latie vindt u in het deel ONDERHOUD. Onthoud tijdens het lezen van deze Gebruikershandleiding, dat: WAARSCHUWING Duidt op een mogelijk gevaar dat, indien het niet wordt vermeden, kan leiden tot ernstige of dodelijke verwondingen.
BEDIENINGSINSTRUCTIES • Geef meermaals gas om te contro- Algemeen leren of de gashendel vlot werkt. De schakelhendel moet in de PAR- Deze moet terugkeren naar de sta- KEER-stand of in VRIJLOOP staan op- tionaire stand wanneer u hem los- dat de motor zou starten. laat.
• Controleer de werking van de con- Schakelen tactschakelaar, motorstartknop, Laat de motor stationair warmdraaien. motorstopschakelaar, koplampen, Druk op de remmen en schakel naar achterlicht en verklikkerlichtjes. de gewenste versnelling H of L. • Controleer de toestand van passa- giersstoel en rugsteun. OPMERKING: De rem moet worden ingedrukt wanneer de schakelhendel •...
LET OP: Als de achterwielen door- slippen, laat de gashendel dan los en wacht tot de motor stationair draait, voordat u naar 4WD over- schakelt. Om de 4WD-modus te activeren drukt u de keuzeschakelaar naar beneden. 2WD-MODUS Wanneer de keuzeschakelaar op 2WD staat, werkt het voertuig altijd met 2-wielaandrijving.
Onderhoud na gebruik Als u uw voertuig in een zoutwater- omgeving heeft gebruikt (strand, lan- ceren/opladen van boten enz.), moet u het afspoelen met zoetwater om het voertuig en al zijn onderdelen in goede staat te houden. We raden u met aandrang aan, metalen onderde- len te smeren.
SPECIALE PROCEDURES Voertuig op zijn kop Wanneer het voertuig op zijn kop be- landt of op zijn zijkant blijft liggen, moet u het terug in de juiste stand (op de vier wielen) zetten en 3 tot 5 minuten wachten alvorens de motor te starten.
LASTEN EN TRANSPORT Onthoud tijdens het lezen van deze Gebruikershandleiding, dat: WAARSCHUWING Duidt op een mogelijk gevaar dat, indien het niet wordt vermeden, kan leiden tot ernstige of dodelijke verwondingen. Lasten WAARSCHUWING De besturing en stabiliteit van het voertuig en de remafstand worden beïn- vloed door de lading die u meeneemt.
Transport Locatie vooraan Bevestig het te transporteren voertuig met geschikte bevestigingsmiddelen aan de aanhangwagen of pick-up. Ge- woon touw wordt niet aanbevolen. WAARSCHUWING vmo2006-016-005_a TYPISCH Locatie achteraan Kantel dit voertuig nooit op zijn achterkant om het te transporte- ren. We raden u aan het voertuig in zijn normale positie (op zijn vier wielen) te transporteren.
OPLOSSEN VAN PROBLEMEN MOTOR DRAAIT NIET. 1. Contactschakelaar staat op UIT. – Zet de schakelaar op AAN. 2. Motorstopschakelaar. – Let erop dat de motorstopschakelaar op AAN staat. 3. Transmissie staat niet in PARKEERSTAND of VRIJLOOP. – Schakel naar de PARKEERSTAND of VRIJLOOP of druk de remhendel in. 4.
MOTOR WENTELT MAAR START NIET 3. Bougie/ontsteking (geen vonk). – Controleer de toestand van de hoofdzekering. – Verwijder de bougie en sluit terug aan op de ontstekingsspoel. – Controleer of de contactschakelaar en/of de motorstopschakelaar op AAN staan. – Start de motor met de bougie geaard aan de motor, weg van het bougiegat. Vervang de bougie als u geen vonk ziet.
MOTOR MIST ACCELERATIE OF VERMOGEN 6. De motor draait in beschermingsmodus. – Lees de melding op het multifunctionele display. – Het verklikkerlichtje CONTROLEER MOTOR van de snelheidsmeter brandt en op het multifunctionele display verschijnt CHECK ENGINE of LIMP HOME, neem contact op met een erkend Can-Am dealer. MOTORTERUGSLAG 1.
SCHAKELHENDEL BEWEEGT STROEF 1. Het overbrengingsmechanisme staat in een stand waarin de schakelhen- del niet kan werken. – Schok het voertuig heen en weer om de tandwielen te bewegen, totdat de schakelhendel kan worden verzet. 2. CVT vuil of versleten. –...
SPECIFICATIES OUTLANDER™ MAX 500/650/800 VOERTUIGMODEL SERIES MOTOR 4-takt, V-twin, vloeistofgekoeld, Type 4 kleppen, enkelvoudige bovenliggende nokkenas Aantal cilinders 8 kleppen met mechanische Aantal kleppen lichters (regelbaar) 499,6 cc MAX 500 (30,49 cu. in) 649,6 cc Cilinderinhoud MAX 650 (39,64 cu. in) 800 cc MAX 800 (48,82 cu.
Pagina 112
OUTLANDER™ MAX 500/650/800 VOERTUIGMODEL SERIES Merk Bosch Brandstofpomp Type Elektrisch (in brandstoftank) ELEKTRISCH SYSTEEM Merk Denso Magneetgenerator Type 400 W @ 6000 tpm Ontstekingstype IDI (Inductive Digital Ignition) Ontstekingstijdstip Niet instelbaar Motortoerentalbegrenzer 8000 tpm (elke versnelling in vooruit) Voertuigsnelheidsbegrenzer in achteruit 15 km/u (9 mph) Merk Bougie...
Pagina 113
OUTLANDER™ MAX 500/650/800 VOERTUIGMODEL SERIES AANDRIJFTREIN Asaangedreven/enkel differentieel Voordifferentieel met automatische vergrendeling (Visco-Lok†) Achteras Asaangedreven Draaicirkel 2,16 m (84 in) OPHANGING Onafhankelijke ophanging Type type McPherson MAX 500 Veerweg 178 mm (7 in) Vooraan Type Dubbele A-arm 650/800 Veerweg 203 mm (8 in) Type TTI™...
Pagina 114
OUTLANDER™ MAX 500/650/800 VOERTUIGMODEL SERIES Parkeerstand via transmissie. Parkeerinrichting Linker-remhendel is uitgerust met een parkeerrem MAXIMUMBELASTING Voorrekken 45 kg (100 lb) Laadrekken achteraan (inclusief 90 kg (200 lb) disselbelasting) Bergvak achteraan 10 kg (22 lb) Maximale totale voertuigbelading (inclusief bestuurder, alle andere lasten 272 kg (600 lb) en toegevoegde accessoires) MAX 500...
Pagina 115
Watt In het kader van zijn beleid van voortdurende kwaliteitsverbetering en innovatie behoudt BRP zich het recht voor, op eender welk moment wijzigingen aan het on- twerp en/of de specificaties, aanvullingen of verbeteringen aan zijn producten aan te brengen, zonder dat dit enige verplichting inhoudt om deze ook te installeren op eerder gefabriceerde producten.
ONDERHOUDSSCHEMA Het onderhoud is erg belangrijk. Bent u niet vertrouwd met de veilige werkwijze en afregelingsprocedures, doe dan een beroep op uw erkend Can-Am dealer. PERIODIEK ONDERHOUDSSCHEMA EERSTE INSPECTIE 10 U OF 30 DAGEN OF 300 km (185 mi) (Uit te voeren door een erkend Can-Am dealer. Het eerste onderhoud is erg belangrijk en mag niet worden A: AFREGELEN verwaarloosd.)
Pagina 119
PERIODIEK ONDERHOUDSSCHEMA EERSTE INSPECTIE 10 U OF 30 DAGEN OF 300 km (185 mi) (Uit te voeren door een erkend Can-Am dealer. Het eerste onderhoud is erg belangrijk en mag niet worden A: AFREGELEN verwaarloosd.) C: REINIGEN 25 U OF 750 km (470 mi) I: INSPECTEREN L: SMEREN 50 U OF 1500 km (930 mi)
Pagina 120
PERIODIEK ONDERHOUDSSCHEMA EERSTE INSPECTIE 10 U OF 30 DAGEN OF 300 km (185 mi) (Uit te voeren door een erkend Can-Am dealer. Het eerste onderhoud is erg belangrijk en mag niet worden A: AFREGELEN verwaarloosd.) C: REINIGEN 25 U OF 750 km (470 mi) I: INSPECTEREN L: SMEREN 50 U OF 1500 km (930 mi)
Pagina 121
PERIODIEK ONDERHOUDSSCHEMA EERSTE INSPECTIE 10 U OF 30 DAGEN OF 300 km (185 mi) (Uit te voeren door een erkend Can-Am dealer. Het eerste onderhoud is erg belangrijk en mag niet worden A: AFREGELEN verwaarloosd.) C: REINIGEN 25 U OF 750 km (470 mi) I: INSPECTEREN L: SMEREN 50 U OF 1500 km (930 mi)
Pagina 122
PERIODIEK ONDERHOUDSSCHEMA EERSTE INSPECTIE 10 U OF 30 DAGEN OF 300 km (185 mi) (Uit te voeren door een erkend Can-Am dealer. Het eerste onderhoud is erg belangrijk en mag niet worden A: AFREGELEN verwaarloosd.) C: REINIGEN 25 U OF 750 km (470 mi) I: INSPECTEREN L: SMEREN 50 U OF 1500 km (930 mi)
ALGEMEEN Onthoud tijdens het lezen van deze Gebruikershandleiding, dat: WAARSCHUWING Duidt op een mogelijk gevaar dat, indien het niet wordt vermeden, kan leiden tot ernstige of dodelijke verwondingen. WAARSCHUWING Tenzij anders aangegeven mag de motor niet draaien tijdens alle on- derhoudswerken.
MOTOR Oliewissel en vervanging oliefilter De olie en de filter moeten op hetzelf- de ogenblik worden vervangen. De oliewissel dient met een warme mo- tor te gebeuren. WAARSCHUWING De motorolie kan erg heet zijn. Om brandwonden te voorkomen mag vmo2006-007-020_a u de motoraftapplug of het filter- 1.
Verwijder de ontluchtingsschroef bo- Verversen van de ven aan het thermostaathuis. koelvloeistof WAARSCHUWING Verwijder de radiatordop niet en draai koelvloeistofaftapplug niet open terwijl de motor heet is, om brandwonden te voorkomen. Open het toegangspaneel en verwij- der de radiatordop. vmo2006-007-022_a 1.
Laat de motor stationair draaien met verwijderde radiatordop. Voeg lang- zaam koelvloeistof toe indien nodig. Wacht nu tot de motor een norma- le bedrijfstemperatuur heeft bereikt. Druk de gashendel twee- of driemaal in en voeg nog koelvloeistof toe, in- dien nodig. Installeer de radiatordop.
Aandrijfriem WAARSCHUWING Laat de breedte en de toestand van Laat de motor nooit draaien in een de aandrijfriem controleren door een afgesloten ruimte. Voer dit werk erkend Can-Am dealer. nooit uit wanneer de motor net heeft gedraaid, omdat het uitlaat- Aftapplug CVT-deksel systeem dan erg heet is.
Radiator LET OP: Let op dat u de radiatorvin- nen niet beschadigt bij de reiniging. Controleer af en toe of de omgeving Gebruik geen werktuigen/voorwer- van de radiator schoon is. pen die de vinnen kunnen bescha- digen. De vinnen zijn doelbewust erg dunne onderdelen, om een ef- ficiënte koeling mogelijk te maken.
TANDWIELKAST Oliewissel Zet het voertuig op een vlak oppervlak. Reinig de omgeving van de aftapplug en de oliepeilplug en verwijder de tandwielkast-aftapplug. vmo2006-007-018_a 1. Oliepeilplug 2. Olieaftapplug OPMERKING: Om de tandwielkast volledig te ledigen, zet u een krik on- der de linkervoetsteun en kantelt het voertuig wat naar rechts.
BRANDSTOFSYSTEEM Smering gaskabel Smering De gaskabel moet worden gesmeerd siliconensmeermiddel (stuk- nr. 293 600 041) of een gelijkwaardig product. WAARSCHUWING Gebruik altijd een smeermiddel op siliconenbasis. Als u een an- der smeermiddel gebruikt (bijv. 1. Kabelbeschermer een smeermiddel op waterbasis) 2.
TYPISCH OPMERKING: Leg een lap rond de Verwijder het zijdeksel van het gas- gaskabel en de kabelafstelschroef om klephuis. oliespatten te voorkomen. Voeg smeerolie toe tot er olie uitloopt aan het uiteinde van de gaskabel aan de kant van het gasklephuis. Installeer en regel de kabel opnieuw.
Pagina 132
1. Gashendel A. 3 tot 6 mm (1/8 tot 7/32 in) Start de motor met de schakelhendel in de PARKEER-stand. Controleer of de gaskabel correct is afgesteld, door het stuur helemaal naar rechts en dan helemaal naar links te bewegen. Als het motortoerental toeneemt moet de speling van de gashendel worden aan- gepast.
ELEKTRISCH SYSTEEM WAARSCHUWING Draai de contactsleutel altijd in de stand OFF, alvorens onderhouds- of reparatiewerken aan het elek- trisch systeem uit te voeren, tenzij anders aangegeven. Bougie Verwijdering vmo2006-007-030_a Verwijder de zijpanelen. LINKERKANT — VOORSTE CILINDER 1. Bougie Koppel de bougiekabels los. Installatie Draai de bougies een toer los.
Verwijder de bevestigingsband en trek LET OP: Gebruik geen zekering met de accu uit de houder. een hogere capaciteit, om ernstige schade te vermijden. De zekeringen zitten in het service- compartiment vooraan en achteraan naast de accu. vmo2006-007-025_a 1. Accu 2.
vmo2006-005-043_a 1. Schroeven 2. Houder Verwijder de rubberbescherming over TYPISCH de koplampbehuizing. 1. Zekering 2. Nakijken op gesmolten delen Lampen vervangen WAARSCHUWING Schakel de contactschakelaar altijd UIT voordat u een defecte lamp vervangt. Controleer na elke vervanging of het licht werkt. vmo2006-005-040_a Koplampen 1.
Pagina 136
vmo2006-005-041_a DUW OP HET VERGRENDELINGSLIPJE OM DE CONNECTOR TE ONTGRENDELEN OPMERKING: Op de volgende illus- traties werd de frontfascia van het voertuig verwijderd om een duidelij- TYPISCH ker beeld te geven. Installeer de verwijderde onderdelen Druk het borghaakje opzij om de groot- opnieuw correct in de omgekeerde licht-lamp te ontgrendelen.
Pagina 137
Achterlicht Schroef de lensschroeven los om aan de lampen te kunnen. 1. Lens 2. Schroeven Druk de lamp in en houd ze vast terwijl u ze in tegenwijzerzin losdraait. Om de nieuwe lamp te installeren drukt u ze eerst in en draait ze in wij- zerzin.
AANDRIJFTREIN Manchet/beschermer aandrijfas Inspectie Inspecteer de beschermers en man- chetten van de aandrijfas visueel. Controleer de beschermers op be- schadigingen of schuren tegen de assen. Controleer de manchetten op barsten, scheuren, vetlekkage enz. Repareer of vervang eventueel be- schadigde onderdelen. TYPISCH —...
Bandenspanning WAARSCHUWING De bandenspanning heeft een grote invloed op de besturing en stabiliteit van het voertuig. Door een te lage spanning kan de band leeglopen en loskomen van het wiel. Door een overdreven span- ning kan de band klappen. Houd u altijd aan de aanbevolen ban- denspanning.
Pagina 140
Roteer de banden niet. De banden vooraan en achteraan hebben een an- dere maat. De banden zijn directio- neel en moeten in de juiste draairich- ting gemonteerd blijven om goed te werken. Wielen verwijderen Draai de moeren los en hef het voer- tuig op.
OPHANGING Smering Afregeling Smeer de voorste A-armen. Gebruik WAARSCHUWING synthetisch vet voor ophangingen (stuknr. 293 550 033 of gelijkwaardig). De linker- en rechterregelnokken Er zitten twee smeerfittingen aan elke van de schokdemper moeten al- A-arm. tijd in dezelfde stand worden inge- steld.
Afregeling/inspectie De voor- en achterremmen zijn hy- draulische schijfremmen. Deze rem- men zijn zelfregelend en behoeven geen afregeling. De remhendel en het rempedaal hoe- ven niet afgeregeld te worden. Voer de volgende controles uit om de remmen in goede conditie te houden: –...
CARROSSERIE/CHASSIS Motorcompartiment Reiniging en bescherming voertuig Controleer het motorcompartiment op beschadigingen en lekkage. Ga na of Reinig dit voertuig nooit met een ho- alle slangklemmen goed vastzitten en gedrukreiniger. GEBRUIK ALLEEN de slangen niet geknikt zijn, geen bar- LAGE DRUK (bijvoorbeeld een tuin- sten of andere beschadigingen verto- slang).
BEWARING EN VOORBEREIDING OP HET RIJSEIZOEN WAARSCHUWING Laat een erkend Can-Am dealer na- kijken of het brandstofsysteem in- tact is volgens het ONDERHOUDS- SCHEMA. Als u het voertuig langer dan een maand niet gebruikt, is een correcte bewaring noodzakelijk. Uw erkend Can-Am dealer kan u hier meer over vertellen.
Can-Am dealer (zoals hierna gedefinieerd) op het ogenblik van de levering van de Can-Am ATV bouwjaar 2007, genieten dezelfde garantie. Bij bepaalde Can-Am ATV’s bouwjaar 2007 levert BRP een GPS-ontvanger als standaarduitrusting. De GPS-ontvanger valt onder de beperkte garantie van de fabrikant van de GPS-ontvanger en wordt niet gedekt door deze beperkte garantie van BRP.
Can-Am dealer die de toelating heeft om Can-Am ATV-producten te verkopen in het land waar de aankoop plaatsvond (“Can-Am dealer”) en dit enkel op voorwaar- de dat de door BRP voorgeschreven inspecties voor de levering werden voltooid en gedocumenteerd. De garantie wordt pas van kracht nadat het product correct werd geregistreerd door een erkend Can-Am dealer.
BRP. 5) WAT BRP ZAL DOEN De verplichtingen van BRP in het kader van deze garantie beperken zich tot de reparatie van onderdelen die bij normaal gebruik, onderhoud en service defect zijn...
Gebeurt dit toch, dan zijn deze niet afdwingbaar van BRP. BRP behoudt zich het recht voor, deze garantie op elk gewenst ogenblik te wij- zigen. Dergelijke wijzigingen zullen echter geen invloed hebben op de garantie- voorwaarden die van toepassing waren op producten, die tijdens de geldigheids- duur van deze garantie werden verkocht.
In geval van een mengingsverschil of dispuut in verband met deze beperkte garantie, stelt BRP voor om samen met de dealer naar een oplossing voor de kwestie te zoeken. We raden u aan het probleem te bespreken met de servicemanager of zaakvoerder van de erkende dealer.
Can-Am ATV bouwjaar 2007, genieten dezelfde garantie. Bij bepaalde Can-Am ATV’s bouwjaar 2007 levert BRP een GPS-ontvanger als standaarduitrusting. De GPS-ontvanger valt onder de beperkte garantie van de fabrikant van de GPS-ontvanger en wordt niet gedekt door deze beperkte garantie van BRP.
Pagina 152
Deze beperkingen zijn nood- zakelijk om BRP toe te laten, de veiligheid van zijn producten, zijn klanten en het grote publiek te vrijwaren. Zoals beschreven in de Gebruikershandleiding, moet het vereiste routine-onder- houd tijdig worden uitgevoerd, om aanspraak te kunnen maken op garantie.
Gebeurt dit toch, dan zijn deze niet afdwingbaar van BRP. BRP behoudt zich het recht voor, deze garantie op elk gewenst ogenblik te wij- zigen. Dergelijke wijzigingen zullen echter geen invloed hebben op de garantie- voorwaarden die van toepassing waren op producten, die tijdens de geldigheids- duur van deze garantie werden verkocht.
Pagina 154
In geval van een mengingsverschil of dispuut in verband met deze beperkte garantie, stelt BRP voor om samen met de dealer naar een oplossing voor de kwestie te zoeken. We raden u aan het probleem te bespreken met de servicemanager of zaakvoerder van de erkende dealer.
FIN–96320 Rovaniemi Finland Tel: +358163208111 Neem voor alle andere landen contact op met A) of B) A) uw respectieve distributeur (zijn gegevens vindt u op www.brp.com) B) ons kantoor in Noord-Amerika: Bombardier Recreational Products Inc. Warranty Department 75 J.A. Bombardier Street Sherbrooke, Québec J1L 1W3...
Wanneer u BRP op de hoogte brengt, zelfs nadat de beperkte garantie is afgelo- pen, kan BRP u bereiken indien dit nodig zou zijn, bijvoorbeeld als er ATV’s zouden worden teruggeroepen om veiligheidsredenen. Het is de verantwoordelijkheid van de eigenaar om BRP op de hoogte te brengen.
Pagina 157
GESTOLEN VOERTUIGEN: Verwittig BRP of een erkend Can-Am dealer als uw ATV wordt gestolen. Geef uw naam, adres en telefoonnummer door, het voer- tuigidentificatienummer en de datum van de diefstal. _____________________...
Pagina 161
Informeer bij de dealer waar u uw voertuig kocht of uw voertuig werd gere- gistreerd bij BRP. Onthoud tijdens het lezen van deze Gebruikershandleiding, dat: WAARSCHUWING Duidt op een mogelijk gevaar dat, indien het niet wordt vermeden, kan leiden tot ernstige of dodelijke verwondingen.