Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Alarmfuncties; Geen Contact; Overspanning; Onderspanning - Grundfos CU 300 Installatie- En Bedieningsinstructies

Inhoudsopgave

Advertenties

PC Tool CU 300 kan gebruikt worden voor communi-
catie via:
• RS-232 met modemaansluiting.
• RS-232 zonder modemaansluiting.
• GENIbus (RS-485) directe aansluiting.
• GENIbus (RS-485) met G100 naar netwerk.

11. Alarmfuncties

In dit hoofdstuk worden de functies beschreven van
de acht rode alarmsignaallampjes op de CU 300.

11.1 Geen contact

Er is geen (communicatie)verbinding tot stand
gebracht tussen de CU 300 en de motor.
Het lampje Geen contact brandt continu, zie afb. 44.
Afb. 44
Geen contact

Overspanning

Onderspanning

Droogloop
Toerentalverlaging
Te hoge temperatuur
Overbelasting
Alarm opnemer
Mogelijke oorzaak
De motor is geen
Installeer een
MSE 3-motor.
MSE 3-motor.
De motor is niet aange-
Controleer de verbindin-
sloten.
gen.
Kabelbreuk.
Controleer de kabel.
Slechte/geen verbin-
Controleer de verbindin-
ding.
gen.
De kabel is langer dan
Maak de kabel korter.
200 m.
De CU 300 is defect.
Vervang de CU 300.
De motor is defect.
Vervang de motor.
Belangrijk:
De storingsmelding "Geen contact" verschijnt even-
eens als het pompnummer verschilt van het CU 300-
nummer (toegewezen via de R100). Dit probleem
kan zich bijvoorbeeld voordoen wanneer een motor
of een CU 300 wordt vervangen.
Oplossing: Via het R100-display 12.4.10 Nummer
moet aan de pomp en de CU 300 hetzelfde nummer
worden toegewezen.
Als het alarmlampje "Geen contact" brandt, kan de
On/Off druktoets op de CU 300 niet worden bediend.
Actuele bedrijfsparameters kunnen niet worden op-
geroepen. Installatieparameters zijn echter wel op te
roepen.
40
De storingsmelding "Geen contact" schakelt de
pomp niet uit.
11.2 Overspanning
De voedingsspanning naar de motor is hoger dan de
maximaal toegestane waarde.
Raadpleeg voor de fabrieksinstelling hoofdstuk
13. Technische specificaties.
De motor wordt uitgeschakeld en het lampje
Overspanning brandt continu, zie afb. 45.
Afb. 45
Mogelijke oorzaak
De voedingsspanning is
instabiel.
De voedingsspanning is
te hoog.
Oplossing
De voedingsspanning
ligt buiten het span-
ningsbereik van de mo-
tor.
Herstarten:
Als de voedingsspanning binnen het spanningsbe-
reik van de motor ligt, vindt de herstart automatisch
plaats.
11.3 Onderspanning
De voedingsspanning naar de motor is lager dan de
minimaal toegestane waarde.
Raadpleeg voor de fabrieksinstelling hoofdstuk
13. Technische specificaties.
De motor wordt uitgeschakeld en het lampje
Onderspanning brandt continu, zie afb. 46.
Geen contact
Overspanning
Onderspanning
Droogloop
Toerentalverlaging
Te hoge temperatuur
Overbelasting
Alarm opnemer
Oplossing
Neem contact op met
het elektriciteitsbedrijf.
Neem contact op met
het elektriciteitsbedrijf.
Controleer de installatie.
Controleer de installatie.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave