NL
14.3
Gebeurtenismarkering voor foetus
SYMPTOOM
Er verschijnt geen markering
op de volglijn als de moeder
op de gebeurtenismarkering
drukt
De Team3 piept niet
als de moeder op de
gebeurtenismarkering drukt
14.4
Bloeddruk van de moeder
SYMPTOOM
Geen meetresultaat
gerapporteerd
14.5
Afdrukken
SYMPTOOM
Papier is
bijna op
Slechte
afdrukkwaliteit
De printer
werkt niet
langer
14.6
Algemeen
SYMPTOOM
Kan het apparaat niet
uitschakelen
88
MOGELIJKE OORZAAK/REMEDIE
Controleer of de gebeurtenismarkering is
aangesloten.
Controleer of er voldoende tijd is verstreken sinds de
knop voor het laatst werd ingedrukt.
Controleer of de gebeurtenismarkering is
aangesloten.
Controleer de geluidsinstelling. Zie Hoofdstuk 5.3.7.
MOGELIJKE OORZAAK/REMEDIE
Controleer de manchet en slang, probeer het
nogmaals.
MOGELIJKE OORZAAK/REMEDIE
Er verschijnt een gekleurde streep als het papier bijna op is (Sonicaid-
papier). Zodra het papier op is, verandert het printerpictogram op de
bedieningsbalk in
in het geheugen opgeslagen zodat het papierpak vervangen kan worden.
1 Controleer of het juiste papier geladen is.
2 Zorg dat het papier correct geladen is.
3 Controleer of de papierlade volledig naar binnen geduwd is.
4 Probeer opnieuw te printen.
5 Reinig de printkop als er geen verbetering is. Zie Hoofdstuk 16.
Controleer de papierstapel en -invoer. Vervang het apparaat als het
nog steeds niet lukt. De volglijngegevens worden opgeslagen in het
geheugen.
MOGELIJKE OORZAAK/REMEDIE
Houd contact op de aan-/uit-detectieknop totdat het
apparaat wordt uitgeschakeld. Dit kan 15-20 seconden
duren.
De afdrukinformatie wordt tot maximaal 100 uur
Gebruiksaanwijzing