Het formaat van JPEG-beelden wijzigen
U kunt het formaat van een JPEG-beeld wijzigen om het aantal pixels te
reduceren en u kunt de opname vervolgens als nieuw bestand opslaan. Het
is alleen bij JPEG 3 , 4 en a beelden mogelijk om het formaat te wijzigen.
Het formaat van JPEG b - en RAW-beelden kan niet worden gewijzigd.
(1)
Zie = 590 voor details over opnamen met gewijzigd formaat.
o
1
Selecteer [3: Wijzig formaat].
2
Selecteer een opname.
Gebruik de toetsen < Y > < Z > om
z
het beeld te selecteren waarvan u het
formaat wilt wijzigen.
3
Selecteer het gewenste
beeldformaat.
Druk op < 0 > om het beeldformaat
z
weer te geven.
Selecteer het gewenste beeldformaat
z
(1).
Alleen formaat wijzigen naar b is
z
beschikbaar voor JPEG-opnamen
vastgelegd in bijgesneden opnamen of
met EF-S-lenzen.
4
Sla de opname op.
Selecteer [OK] om het gewijzigde
z
beeldformaat op te slaan.
Controleer de bestemmingsmap
z
en het beeldbestandsnummer en
selecteer [OK].
Als u het formaat van nog een opname
z
wilt wijzigen, herhaalt u stap 2 t/m 4.
339