U wordt geadviseerd om naar de dichtstbij-
zijnde erkende Volvo-werkplaats te rijden en
er de beschadigde band te laten vervangen/
repareren. Geef aan het werkplaatspersoneel
door dat er afdichtmiddel in de band zit.
WAARSCHUWING
De snelheid mag niet hoger dan 80 km/h
zijn nadat de provisorische bandenrepara-
tie is gebruikt. Volvo adviseert u om een
erkende Volvo-werkplaats te bezoeken
voor een inspectie van de gerepareerde
band (maximaal 200 km rijden). Het perso-
neel kan bepalen of de band kan worden
gemaakt of moet worden vervangen.
Gerelateerde informatie
•
Noodreparatieset voor banden* (p. 344)
•
Noodreparatieset voor banden* - bedie-
ning (p. 346)
•
Noodreparatieset voor banden* - over-
zicht (p. 346)
Noodreparatieset voor banden* -
banden oppompen
De originele banden van de auto kunnen wor-
den opgepompt met behulp van de compres-
sor in de noodreparatieset voor banden
(p. 346).
1. De compressor moet uitstaan. Zorg dat
de knop in stand 0 staat en neem de
kabel en de luchtslang erbij.
2. Draai het ventieldopje van het wiel los en
schroef de ventielaansluiting van de
luchtslang zo ver mogelijk op het ventiel
van de band.
WAARSCHUWING
Het inademen van uitlaatgassen kan
levensgevaarlijk zijn. Laat de motor nooit
draaien in ruimten die afgesloten zijn of
onvoldoende ventilatie hebben.
WAARSCHUWING
Laat kinderen niet zonder toezicht in de
auto achter als de motor draait.
3. Sluit de kabel aan op een van de 12V-
aansluitingen in de auto en start de
motor.
4. Schakel de compressor in door de knop
in stand I te zetten.
09 Wielen en banden
BELANGRIJK
Kans op oververhitting. De compressor
mag niet langer dan 10 minuten werken.
5. Pomp de band op tot de druk die in de
bandenspanningstabel staat aangegeven,
zie Banden - goedgekeurde bandenspan-
ning (p. 437). Laat lucht uit de band ont-
snappen, als de bandenspanning te hoog
is.
6. Schakel de compressor uit. Koppel de
luchtslang en de kabel los.
7. Plaats het ventieldopje terug.
Gerelateerde informatie
•
Noodreparatieset voor banden* (p. 344)
•
Noodreparatieset voor banden* - over-
zicht (p. 346)
•
Noodreparatieset voor banden* - repara-
tieresultaat controleren (p. 348)
*
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
09
349