08 Starten en rijden
Alcoholslot* - waar u op moet letten
Voor een goede werking en een zo nauwkeu-
rig mogelijk meetresultaat:
•
Ca. 5 minuten voor de blaastest niet eten
of drinken.
•
De voorruit niet te lang sproeien – de
alcohol in de sproeiervloeistof kan een
verkeerd meetresultaat opleveren.
Van bestuurder wisselen
Om bij het wisselen van bestuurder een
nieuwe blaastest te kunnen doen schakelaar
(2) en de zendertoets (3) gelijktijdig
ca. 3 seconden lang ingedrukt houden. De
startblokkering van de auto wordt dan
opnieuw geactiveerd, zodat er eerst een
goedgekeurde blaastest nodig is voordat de
motor kan worden gestart.
Kalibreren en onderhoud plegen
Het alcoholslot dient om de 12 maanden in
2
een werkplaats
gecontroleerd en gekali-
breerd te worden.
Wanneer er nog 30 dagen resteren tot aan
een geplande kalibratiebeurt, verschijnt
Alcoguard Kalibratie vereist Zie
instructieboek
op het instrumentenpaneel.
Als er niet binnen 30 dagen gekalibreerd
wordt, dan kan de motor niet langer op de
08
normale wijze gestart worden - de motor is
Geadviseerd wordt een erkende Volvo-werkplaats.
2
*
266
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
dan alleen te starten via de bypass-functie,
zie het volgende kopje 'Noodsituatie'.
De melding is te verwijderen met een druk op
de zendtoets (3). De melding verdwijnt anders
spontaan na ca. 2 minuten maar verschijnt
iedere keer dat de motor gestart wordt
opnieuw – alleen bij herkalibratie in een werk-
2
plaats
verdwijnt de melding permanent.
Koud en warm weer
Hoe kouder het buiten is, hoe langer het duurt
voordat de blaasunit gereed is voor gebruik:
Temperatuur (°C)
Maximale
opwarmtijd
(seconden)
+10 tot +85
–5 tot +10
–40 tot –5
Bij temperaturen lager dan –20 °C of hoger
dan +60 'C is extra voeding voor de blaasunit
vereist. Op het instrumentenpaneel verschijnt
Alcoguard Stroomkabel aansluiten
de voedingskabel uit het dashboardkastje in
dat geval aan op de blaasunit en wacht totdat
het controlelampje (6) groen oplicht.
Bij extreme koude kunt u de opwarmtijd ver-
korten door de blaasunit mee naar binnen te
nemen.
Noodsituatie
In noodsituaties of wanneer het alcoholslot
defect is, kunt u het alcoholslot omzeilen om
toch in de auto te kunnen rijden.
N.B.
Alle activering met bypass wordt geregis-
treerd en opgeslagen in een geheugen, zie
Vastlegging van gegevens (p. 18).
Na activering van de bypass-functie blijft
Alcoguard Bypass actief
tenpaneel staan totdat het systeem gereset
10
wordt in een werkplaats
60
Het is mogelijk de bypass-functie te testen
zonder dat er een foutmelding wordt aange-
180
maakt – loop in dat geval alle stappen door
maar start de motor niet. De foutmelding
wordt gewist bij het vergrendelen van de
auto.
Bij installatie van het alcoholslot geeft u aan
. Sluit
of omzeilen mogelijk moet zijn via de bypass-
of de noodfunctie. Deze instelling is achteraf
nog te wijzigen in een werkplaats
Bypass-functie activeren
op het instrumen-
2
.
2
.