Pagina 1 VOlVO V70 & XC70 Instructieboekje WEB EDITION...
Pagina 2 BESTE VOLVO-BEZITTER, DANK U DAT U GEKOZEN HEBT VOOR VOLVO! Wij hopen dat u jarenlang rijplezier van uw Volvo zult hebben. Bij het ontwerp hebben veiligheid en comfort van u en uw medepassagiers vooropgestaan. Een Volvo is een van de veiligste auto’s ter wereld.
Pagina 3: Inhoudsopgave
Inhoud 00 Inleiding 01 Veiligheid 02 Sloten en alarm Belangrijke informatie ........6 Inzittendenbeveiliging ........ 12 Fjärrnyckel/nyckelblad ....... 38 Milieu ............8 Safety mode ..........25 Sekretesslåsning*........43 00 01 02 Kinderen en veiligheid ........ 26 Batteribyte fjärrnyckel/PCC* ...... 44 Keyless drive*..........
Pagina 4 Inhoud 03 Bestuurdersmilieu 04 Comfort en rijplezier 05 Tijdens het rijden Instrumenten, schakelaars en bediening ..56 Menu- en meldingsfuncties ...... 104 Rijadviezen ..........160 Contactslotstanden ........65 Klimaatregeling ......... 109 Tanken ............163 04 05 Stoelen en achterbank .......66 Audiosysteem ........... 120 Brandstof ..........
Pagina 5: 07Alfabetisch Register
Inhoud 06 Onderhoud en specificaties 07Alfabetisch register Motorruimte ..........184 Gloeilampen ..........189 06 07 Wisserbladen en ruitensproeiervloeistof .. 195 Accu ............197 Zekeringen ..........200 Wielen en banden ........205 Verzorging ..........217 Type-aanduidingen ........221 Specificaties ..........222...
Pagina 7: Inleiding
Wanneer er een reeks afbeeldingen bij een Teksten met het kopje BELANGRIJK geven stapsgewijze instructie bestaat, zijn de De uitrusting van de auto’s van Volvo hangt af aan dat er gevaar voor materiële schade verschillende stappen van de instructie op van de verschillende behoeften op de diverse bestaat.
Pagina 8: Vastlegging Van Gegevens
Vastlegging van gegevens Accessoires en opties Positielijsten Op overzichtsfiguren die de positie van Er kunnen een of meer computers in uw Volvo Een verkeerde aansluiting en montage van onderdelen aangeven worden rode cirkels zitten die gedetailleerde informatie kunnen accessoires kan een nadelige invloed hebben met daarin een cijfer gebruikt.
Pagina 9: Milieu
Brandstofverbruik een fabriek die zeer schoon is en efficiënt met laatgasreiniging. In veel gevallen liggen uitlaat- De auto’s van Volvo zijn concurrerend in hun hulpbronnen omgaat. De meeste eenheden gasemissies ver onder de geldende normen. klasse wat het brandstofverbruik betreft. Een...
Pagina 10 Volvo, wordt de auto een onder- • Rijd rustig en vermijd krachtig remmen. sen zoals koolmonoxide te hoog oploopt, deel van ons systeem. We stellen duidelijke •...
Pagina 11 Inzittendenbeveiliging ................12 Safety mode ..................... 25 Kinderen en veiligheid ................26...
Pagina 12 VEILIGHEID...
Pagina 13: 01 Veiligheid
• als de auto sterk overhelt. repareren. Neem contact op met een erken- gordel omhebben. de Volvo-werkplaats. Voor optimale bescherming van de veilig- Let erop dat: Als een veiligheidsgordel aan grote krach- heidsgordel is het van belang dat de gordel ten heeft blootgestaan zoals tijdens een •...
Pagina 14: Veiligheidsgordel En Zwangerschap
01 Veiligheid Inzittendenbeveiliging Veiligheidsgordel en zwangerschap Gordelwaarschuwing onder controle hebben (wat inhoudt dat ze met gemak bij het stuur en de pedalen moeten kunnen komen). Streef ernaar de afstand tus- sen de buik en het stuur zo groot mogelijk te maken.
Pagina 15: Bepaalde Markten
Het lampje duidt op een storing in de gor- delspanners, het SIPS-, het SRS- of het IC- systeem. Neem zo spoedig mogelijk con- tact op met een erkende Volvo-werkplaats.
Pagina 16 SRS Airbag Service vereist SRS Airbag Service spoed op het display. Neem zo spoedig mogelijk contact op met een erkende Volvo-werkplaats. Uw auto heeft behalve de veiligheidsgordel Als aanvulling op de veiligheidsgordel van de aan de bestuurderszijde ook een airbag (SRS,...
Pagina 17 Reparaties mogen alleen door een erkende Volvo-werkplaats worden uitgevoerd. In- grepen in het airbagsysteem kunnen storin- Laat kinderen nooit voor de passagierstoel gen in de werking veroorzaken en leiden tot zitten of staan.
Pagina 18 01 Veiligheid Inzittendenbeveiliging Positie van de passagiersairbag in een auto met het stuur links Positie van de passagiersairbag in een auto met het stuur rechts...
Pagina 19 PACOS” op de volgende pagina). Controleer of de schakelaar in de gewenste stand staat. Volvo adviseert u het sleutelblad te gebruiken om de stand te wijzigen. Zie pagina 42 voor informatie over het sleutel- Hiermee wordt aangegeven dat de airbag (SRS) Hiermee wordt op de plafondconsole aangege- blad.
Pagina 20 Het duidt op een ernstige storing. Bezoek De airbag is geactiveerd. Met de schake- zo spoedig mogelijk een erkende Volvo- laar in deze stand kunnen passagiers gro- werkplaats. ter dan 1,40 m aan de passagierszijde op de voorstoel zitten, maar kinderen in een kinderzitje of op een kussen beslist niet.
Pagina 21: Sips-Airbags (Zijairbags)
SIPS-airbag ligt. Het is mogelijk een kinderzitje/comfortkussen op de voorstoel te plaatsen, als de auto aan WAARSCHUWING de passagierszijde niet is uitgerust met een Gebruik alleen door Volvo goedgekeurde geactiveerde airbag. stoelhoezen. Andere stoelhoezen kunnen de SIPS-airbags in hun werking hinderen.
Pagina 22 01 Veiligheid Inzittendenbeveiliging Opblaasgordijnen (IC) SIPS-airbag ding reageren de sensoren, die op hun beurt de gasgeneratoren activeren. De SIPS-airbags worden vervolgens opgeblazen tussen de in- zittende en het portierpaneel. Daarmee van- gen de SIPS-airbags de klap van de aanrijding op voor de inzittende, waarna de airbags weer leeglopen.
Pagina 23 Ze kunnen daarbij hun beschermende werking verliezen. Er mogen WAARSCHUWING uitsluitend originele Volvo-onderdelen, be- Het WHIPS-systeem vormt een aanvulling stemd voor montage op deze plaatsen, op de veiligheidsgordels. Draag altijd de worden gebruikt.
Pagina 24 WHIPS-systeem niet stoel er onbeschadigd uit. Neem contact op bank aankomt. beïnvloedt. met een erkende Volvo-werkplaats om het systeem te laten controleren, ook na een lichte aanrijding van achteren.
Pagina 25: Activering Van De Veiligheidssystemen
Volvo u het volgende: De regelmodule van het airbagsysteem zit Rijd nooit met opgeblazen airbags. Ze kun- • Sleep de auto naar een erkende Volvo- in de middenconsole. Als de middenconso- nen u bij het sturen danig in de weg zitten.
Pagina 26: Safety Mode
Dit kan aanleiding geven tot letsel of een remsysteem, kan hebben beschadigd. slechte functie van de auto. Laat de auto altijd in een erkende Volvo-werkplaats con- Auto proberen te starten troleren en naar de normale status (Normal mode) resetten nadat de...
Pagina 27: Kinderen En Veiligheid
Als de airbag wordt opgeblazen, kan een kind ren die afgestemd is op uw Volvo en uitvoerig Laat kinderen nooit bij passagiers op schoot op de passagiersstoel ernstig letsel oplopen.
Pagina 28 01 Veiligheid Kinderen en veiligheid Sticker airbag WAARSCHUWING Gebruik geen kinderzitjes met stalen beu- gels of andere constructies die tegen de ontgrendelingsknop van de gordelsluiting kunnen aankomen. Dit om te voorkomen dat de gordels plotseling losschieten. Zorg dat het kinderzitje niet met de boven- Sticker op zijwand dashboard, passagierszijde.
Pagina 29: Buitenste Zitplaats Achterbank
ISOFIX-systeem en bevestigingsband. ISOFIX-systeem en bevestigingsband. Typegoedkeuring: E5 03171 Typegoedkeuring: E5 03171 Groep 2/3 Volvo comfortkussen – met of zonder Volvo comfortkussen – met of zonder Volvo comfortkussen – met of zonder 15–36 kg rugleuning. rugleuning.
Pagina 30 01 Veiligheid Kinderen en veiligheid Geïntegreerde kinderzitjes* met twee De geïntegreerde kinderzitjes zijn speciaal Kinderzitje met twee standen uitklappen standen ontworpen om kinderen optimale bescher- Stand 1 ming te bieden. In combinatie met de aanwe- zige veiligheidsgordels zijn de kinderzitjes goedgekeurd voor kinderen met een gewicht van 15 tot 36 kg en een lengte van 0,95 tot 1,40 m.
Pagina 31 Het kinderzitje is zowel vanuit de bovenste als Reparatie of vervanging dient alleen te wor- vanuit de onderste stand volledig neer te klap- den uitgevoerd door een erkende Volvo- pen in het zitgedeelte. Het is echter niet mo- werkplaats. Verricht zelf geen wijzigingen in gelijk het kinderzitje vanuit de bovenste stand of aanpassingen aan het geïntegreerde kin-...
Pagina 32: Belangrijk
01 Veiligheid Kinderen en veiligheid Kinderslot achterportieren ISOFIX-bevestigingssysteem voor Duw het zitje met uw hand omlaag om het zitje te vergrendelen. veiligheidszitjes De bedieningsknoppen voor de ruiten in de achterportieren en de openingshandgrepen op de achterportieren zijn te blokkeren, zodat WAARSCHUWING de achterportieren en de zijruiten niet meer Als u de gebruiksinstructies voor het kinder-...
Pagina 33: Beschrijving
01 Veiligheid Kinderen en veiligheid Houd u altijd aan de montage-instructies van Afmetings- de fabrikant, wanneer u een kinderzitje aan de Beschrijving categorie ISOFIX-bevestigingspunten vastzet. Normale grootte, in rijrichting Afmetingscategorieën gemonteerd veiligheidszitje Veiligheidszitjes kunnen net als auto’s ver- Beperkte grootte (optie 1), schillende afmetingen hebben.
Pagina 34 Veiligheidszitje, 9–18 kg (9–36 mnd) achterstevoren Veiligheidszitje, 9–18 kg (9–36 mnd) achterstevoren Volvo adviseert een achterstevoren gemonteerd veiligheidszitje voor deze categorie. N.B. N.B. WAARSCHUWING Plaats een kind nooit op de passagiersstoel Als een ISOFIX-kinderzitje geen afmetings- Neem contact op met een Volvo-werkplaats...
Pagina 35 Een eventuele bagagerolhoes moet uit de laadruimte worden verwijderd, voordat u een kinderzitje aan de bevestigingspunten kunt vastzetten. De bovenste bevestigingspunten zijn voorna- melijk bestemd om een in de rijrichting ge- monteerd kinderzitje aan te bevestigen. Volvo...
Pagina 36 01 Veiligheid...
Pagina 37 Transpondersleutel/sleutelblad ..............38 Private locking* ..................43 Batterij vervangen transpondersleutel/PCC* ........... 44 Keyless drive*................... 45 Vergrendelen/ontgrendelen ..............47 Kinderslot ....................50 Alarm*....................... 51...
Pagina 38 SLOTEN EN ALARM...
Pagina 39: 02 Sloten En Alarm
U kunt extra transpondersleutels bestellen. Bij verlies van een transpondersleutel kunt u vergrendeld/ontgrendeld is. Er zijn maximaal zes transpondersleutels voor een nieuwe bestellen bij een erkende Volvo- • Vergrendelen: eenmaal oplichten één en dezelfde auto te programmeren en te werkplaats. Neem de resterende transponder- •...
Pagina 40: Betekenis
Neem contact Transpondersleutel WAARSCHUWING op met een erkende Volvo- werkplaats. Controleer of niemand met de handen be- kneld raakt wanneer u het schuifdak en de Zie pagina 88 voor het starten van de auto. zijruiten vanaf de transpondersleutel sluit.
Pagina 41 02 Sloten en alarm Transpondersleutel/sleutelblad Specifieke functies, PCC* 10 seconden) worden de overige portieren Bereik transpondersleutel ontgrendeld. De transpondersleutel is te gebruiken binnen een straal van 20 m rond de auto. U wijzigt de functie onder Instellingen van de auto Instellingen vergrendelen Por- N.B.
Pagina 42: Buiten Bereik Pcc
PCC en de auto de functies die gekoppeld zijn aan de informa- met een erkende Volvo-werkplaats. door radiogolven in de lucht, omringende tietoets, zijn tot op 100 m van de auto te gebouwen, topografische omstandigheden gebruiken.
Pagina 43: Portier Ontgrendelen Met Sleutelblad
02 Sloten en alarm Transpondersleutel/sleutelblad Afneembaar sleutelblad Portier ontgrendelen met sleutelblad Sleutelblad verwijderen U kunt het afneembare sleutelblad van de Als de centrale vergrendeling niet op de trans- transpondersleutel gebruiken om: pondersleutel reageert (omdat de batterijen bijvoorbeeld leeg zijn), kunt u het bestuurder- •...
Pagina 44: Sekretesslåsning
02 Sloten en alarm Private locking* Private locking* hem bij een hotel of iets dergelijks laat parke- Activeren/deactiveren ren. Het dashboardkastje is dan vergrendeld en het achterklepslot is niet via de centrale vergrendeling te openen (zodat de achterklep niet meer met de knoppen op de voorportie- ren of die op de transpondersleutel te bedie- nen is).
Pagina 45: Batteribyte Fjärrnyckel/Pcc
02 Sloten en alarm Batterij vervangen transpondersleutel/PCC* Batterij vervangen Let erop hoe de batterij(en) aan de binnen- Steek een schroevendraaier in de opening zijde van de afdekking vastzit(ten). Let achter de veerbelaste pal en werk de daarop op de pluszijde + en de minzijde – . transpondersleutel voorzichtig open.
Pagina 46: Keyless Drive
02 Sloten en alarm Keyless drive* Keyless drive (alleen PCC*) aan de ene kant van de auto staat, is het niet BELANGRIJK mogelijk om met de PCC een portier aan de Vergrendelings- en startsysteem Laat een PCC nooit onbeheerd in de auto andere kant te vergrendelen of ontgrendelen.
Pagina 47: Geheugenfunctie Van Pcc
02 Sloten en alarm Keyless drive* Sleutelgeheugen, bestuurdersstoel en Plafond, boven de achterbank, in het mid- N.B. buitenspiegels* Bij een auto met een automatische versnel- Laadruimte, in het midden, helemaal voor- Geheugenfunctie van PCC lingsbak dient de keuzehendel in stand P te in, onder de vloer Als meerdere personen met een PCC met worden gezet, aangezien de auto anders...
Pagina 48: Låsning/Upplåsning
02 Sloten en alarm Vergrendelen/ontgrendelen Van de buitenzijde Automatische hervergrendeling Vergrendelen Als u geen van de portieren noch de achter- Druk nadat u de voorportieren hebt gesloten Met de transpondersleutel kunt u alle portie- klep binnen twee minuten na ontgrendeling op de vergrendelingsknop voor de portieren.
Pagina 49: Dashboardkastje
02 Sloten en alarm Vergrendelen/ontgrendelen Dashboardkastje Achterklep Bij het sluiten van de achterklep wordt deze vergrendeld, waarna de alarmfuncties die eer- der buiten werking werden gesteld opnieuw geactiveerd worden. Vergrendelen met transpondersleutel Druk op de toets voor vergrendeling op de transpondersleutel (zie pagina 39).
Pagina 50: Safelock-Functie
02 Sloten en alarm Vergrendelen/ontgrendelen Safelock-functie Deactiveren via de knop WAARSCHUWING Als u de portieren van de buitenzijde wilt ver- Laat niemand in de auto achter zonder eerst grendelen terwijl er iemand in de auto achter- de Safelock-functie te deactiveren. Zo blijft, kunt u de Safelock-functie tijdelijk deac- voorkomt u dat iemand opgesloten raakt.
Pagina 51: Barnsäkerhetsspärr
02 Sloten en alarm Kinderslot Handmatig kinderslot op Elektrisch kinderslot op achterportieren achterportieren* en achterste zijruiten WAARSCHUWING Houd de portieren altijd ontgrendeld tijdens het rijden. Bij ongelukken kunnen hulpverle- ners dan snel in de auto komen. Zolang het kinderslot ingeschakeld is, kun- nen de achterportieren niet van de binnen- zijde worden geopend.
Pagina 52: Algemene Informatie
Neem dan contact op met vestiging dat het alarm is uitgeschakeld en dat een erkende Volvo-werkplaats. de portieren zijn ontgrendeld. N.B. Een alarmindicatie op het dashboard geeft de...
Pagina 53: Overige Alarmfuncties
02 Sloten en alarm Alarm* Overige alarmfuncties 2. Steek de transpondersleutel in het sleu- Deactiveren via de knop telgat. Het alarm wordt uitgeschakeld. 1. Druk op de knop. De alarmindicatie knippert snel totdat Deactivering moet binnen een minuut na Automatische herinschakeling van het u de transpondersleutel in het sleutelgat het uitnemen van de transpondersleutel alarm...
Pagina 54: Alarmsysteem Testen
02 Sloten en alarm Alarm* Alarmsysteem testen Alarmsensoren in motorkap testen 1. Ga in de auto zitten en deactiveer de bewegingsmelder (zie pagina 51). Bewegingsmelder in passagiersruimte 2. Activeer het alarm (zie pagina 51). Blijf in testen de auto zitten en vergrendel de portieren 1.
Pagina 55 Instrumenten, schakelaars en bediening ..........56 Contactslotstanden .................. 65 Stoelen en achterbank ................66 Stuurwiel ....................70 Verlichting ....................71 Wissers en -sproeiers ................80 Ruiten en spiegels ..................82 Elektrisch bedienbaar schuifdak* .............86 Motor starten ...................88 Versnellingsbakken ...................91 Vierwielaandrijving–, AWD (All Wheel Drive)* ...........95 Bedrijfsrem ....................96 Afdalingsregeling, HDC (Hill Descent Control) .........97 Parkeerrem ....................98...
Pagina 56 BESTUURDERSMILIEU...
Pagina 57: 03 Bestuurdersmilieu
03 Bestuurdersmilieu Instrumenten, schakelaars en bediening Instrumentenoverzicht Auto met stuur links...
Pagina 58 03 Bestuurdersmilieu Instrumenten, schakelaars en bediening Functie Pagina Functie Pagina Menu- en meldingsfuncties, richtingaanwijzers, groot 107, 74, 72, Menufuncties, klimaatregeling en audiosysteem 104, 112, licht/dimlicht, boordcomputer Cruisecontrol 135, 64 Klimaatregeling, ECC* Claxon, airbag 70, 15 Versnellingspook/keuzehendel Instrumentenpaneel 60, 64 Bedieningsknoppen actieve chassisregeling (FOUR-C)* Menu-, audio- en telefoonfuncties 104, 120 Wissers en -sproeiers...
Pagina 59 03 Bestuurdersmilieu Instrumenten, schakelaars en bediening Auto met stuur rechts...
Pagina 60 03 Bestuurdersmilieu Instrumenten, schakelaars en bediening Functie Pagina Functie Pagina Alarmlichten Bedieningspaneel 82, 84, 47 Contactslot Stoelinstelling* Knop START/STOP Ontgrendeling motorkap Cruisecontrol 135, 136 Parkeerrem Instrumentenpaneel 60, 64 Stuurwielafstelling Claxon, airbag 70, 15 Menu- en meldingsfuncties, richtingaanwijzers, groot 107, 74, licht/dimlicht, boordcomputer 72, 130 Menu-, audio- en telefoonfuncties...
Pagina 61: Informatiedisplays
03 Bestuurdersmilieu Instrumenten, schakelaars en bediening Informatiedisplays Meters Controle-, informatie- en waarschuwingslampjes Informatiedisplays Meters op het instrumentenpaneel Controle- en waarschuwingslampjes Op de informatiedisplays verschijnt informatie Snelheidsmeter over bepaalde functies van de auto zoals de Controle- en informatielampjes Brandstofmeter (zie ook Tanken op cruisecontrol, boordcomputer en meldingen.
Pagina 62 Wanneer dit lampje gaat branden zit er bij Lampje Betekenis benzinemodellen nog ongeveer acht liter en Rijd de auto naar een erkende Volvo-werk- bij dieselmodellen nog zeven liter brandstof in plaats om het systeem te laten controleren. Richtingaanwijzers aanhanger de tank.
Pagina 63 Richtingaanwijzers rechts opnemen met een erkende Volvo-werkplaats. als er sprake is van een storing in het elek- Beide richtingaanwijzerlampjes knipperen bij trisch systeem. Bezoek een erkende Volvo- gebruik van de alarmlichten. Parkeerrem aangezet werkplaats. Het lampje brandt continu, wanneer u de par- Controle- en waarschuwingslampjes keerrem hebt aangezet.
Pagina 64 Laat de oorzaak van het remvloeistofverlies informatie- of waarschuwingslampje branden controleren door een erkende Volvo- en verschijnt er een verklarende melding op werkplaats. het instrumentenpaneel. Breng de auto op een...
Pagina 65 03 Bestuurdersmilieu Instrumenten, schakelaars en bediening Dagteller Klok Knop voor dagtellers en klok Positie van de knop Dagtellers en bijbehorende knop Klok en instelknop De dagtellers worden gebruikt om korte Knop om de klok in te stellen. afstanden te meten. Informatiedisplay voor de tijdaanduiding.
Pagina 66: Belangrijk
03 Bestuurdersmilieu Contactslotstanden Functies Zie pagina 120 voor informatie over de functie Motor afzetten van het audiosysteem bij een uitgenomen Druk op de knop START / STOP . (Als de motor transpondersleutel. loopt en auto rolt, moet u de knop ingedrukt houden totdat de motor afslaat.) BELANGRIJK Contactslotstand 0 hervatten...
Pagina 67: Stoelen En Achterbank
03 Bestuurdersmilieu Stoelen en achterbank Voorstoelen Elektrisch bedienbare stoel* WAARSCHUWING Stel de stand van de bestuurdersstoel in voordat u gaat rijden. Doe dit nooit tijdens het rijden. Controleer of de stoel in zijn stand vergrendeld staat. Rugleuning voorstoel omklappen Voorkant zitting omhoog/omlaag Lendensteun wijzigen, aan de knop Stoel vooruit/achteruit en omhoog/omlaag draaien...
Pagina 68: Instelling Vastleggen
03 Bestuurdersmilieu Stoelen en achterbank Voorbereidingen de buitenspiegels tot stilstand komen. Bij het U kunt de standen in het sleutelgeheugen ook loslaten van de knop zal de instelling van de activeren door (terwijl het bestuurdersportier Tot enige tijd nadat u het portier met de trans- stoel onmiddellijk worden beëindigd.
Pagina 69 03 Bestuurdersmilieu Stoelen en achterbank Achterbank Noodstop Buitenste hoofdsteunen achterbank Als de stoel per ongeluk in beweging komt, handmatig omklappen kunt u op een van de knoppen drukken om de Middelste hoofdsteun achterbank stoel tot stilstand te brengen. Om de stoel dan opnieuw in de in het sleutel- geheugen vastgelegde stand te zetten dient u de ontgrendelingstoets op de transponder- sleutel te bedienen.
Pagina 70 03 Bestuurdersmilieu Stoelen en achterbank Ruggedeelte achterbank omklappen • Het middelste ruggedeelte is eveneens apart neer te klappen. • Het rechter ruggedeelte kan samen met het middelste ruggedeelte worden neergeklapt. • Alle ruggedeelten zijn ook tegelijkertijd neer te klappen. Bij het omklappen van het middelste rug- gedeelte dient u de middelste hoofdsteun vrij te geven en omlaag te zetten.
Pagina 71: Stuurwiel
03 Bestuurdersmilieu Stuurwiel Instellen Claxon WAARSCHUWING Stel het stuurwiel af voordat u gaat rijden en controleer of het in de gekozen stand ver- grendeld staat. Bij auto’s met snelheidsafhankelijke stuurbe- krachtiging* is de kracht die nodig is om het stuur te verdraaien in te stellen (zie pagina 134). Toetsensets Stuurwiel afstellen Claxon...
Pagina 72: Bedieningspaneel Verlichting
03 Bestuurdersmilieu Verlichting Bedieningspaneel verlichting Ook de sterkte waarmee het instrumentenpa- neel verlicht wordt stelt u in met het duimwiel. Koplamphoogteregeling Door de belading van de auto wordt de hoogte van de koplampen gewijzigd, zodat u tegemoetkomend verkeer mogelijk verblindt. U kunt dat voorkomen door de koplamp- hoogte bij te stellen.
Pagina 73: Groot Licht/Dimlicht
Als de verlichtingsdraaiknop in stand staat, gaat bij het starten van de motor het dimlicht automatisch* branden. U kunt het automatische dimlicht zo nodig in een erkende Volvo-werkplaats buiten werking laten stellen. In stand is het dimlicht altijd automa- Lichtbundel bij gedeactiveerde (links) en geacti-...
Pagina 74: Stadslichten/Parkeerlichten Vóór En Achterlichten
03 Bestuurdersmilieu Verlichting Stadslichten/parkeerlichten vóór en Remlichten Mistlampen vóór* achterlichten De remlichten gaan automatisch branden wanneer u remt. Noodremlichten en automatische alarmlichten, EBL Bij krachtig remmen of ABS-regeling worden de noodremlichten (EBL) geactiveerd. Dit houdt in dat de remlichten knipperen om het achteropkomend verkeer onmiddellijk te waarschuwen.
Pagina 75: Alarmlichten
03 Bestuurdersmilieu Verlichting Mistachterlicht Richtingaanwijzers/knipperlichten N.B. De regels voor het gebruik van het mistach- terlicht verschillen van land tot land. Alarmlichten Knop voor mistachterlicht Richtingaanwijzers/knipperlichten Het mistachterlicht dat uit een lamp aan de Onafgebroken serie knippersignalen achterzijde van de auto bestaat, is alleen in te Haal de stuurhendel omhoog of omlaag naar schakelen wanneer u het groot licht/dimlicht stand...
Pagina 76: Verlichting In Interieur
03 Bestuurdersmilieu Verlichting Verlichting in interieur • Aan – linkerkant ingedrukt, interieurverlich- Plafondverlichting achterin ting brandt. Automatische interieurverlichting Plafondverlichting voorin De interieurverlichting wordt automatisch in- en uitgeschakeld wanneer de knop voor de interieurverlichting in de neutrale stand staat. De verlichting wordt ingeschakeld en blijft 30 seconden lang branden, als: •...
Pagina 77: Follow-Me-Home-Verlichting
03 Bestuurdersmilieu Verlichting Follow-Me-Home-verlichting Approach-verlichting Lichtbundel aanpassen Het is mogelijk om een deel van de buitenver- U activeert de Approach-verlichting met de lichting enige tijd ingeschakeld te houden en transpondersleutel (zie pagina 39) om de ver- als Follow-Me-Home-verlichting dienst te lichting van de auto op afstand in te schakelen.
Pagina 78: Koplampen Afplakken
03 Bestuurdersmilieu Verlichting keer. Bij de juiste lichtbundel wordt ook de Voorbeeld 1 3. Breng de zelfklevende mallen dusdanig aan dat de rode stippen op de mallen berm beter verlicht. Om met een in Zweden geleverde auto in overeenkomen met de stippen op de Engeland te kunnen rijden dient de lichtbundel koplampglazen die als referentiepunten Bi-Xenon- en actieve...
Pagina 79 03 Bestuurdersmilieu Verlichting Halogeenkoplampen afplakken Afgeplakte gebieden bij auto met stuur links Afgeplakte gebieden bij auto met stuur rechts...
Pagina 80 03 Bestuurdersmilieu Verlichting Afplakmallen halogeenkoplampen...
Pagina 81: Wissers En -Sproeiers
03 Bestuurdersmilieu Wissers en -sproeiers Ruitenwissers Ononderbroken wissen Activeren en gevoeligheid instellen De wissers bewegen op normale Om de regensensor te activeren dient de snelheid. motor te lopen of het contactslot in stand I of II te staan en de ruitenwisserhendel in stand 0 . De wissers bewegen op hoge snel- Activeer de regensensor door op de heid.
Pagina 82: Koplamp- En Ruitensproeiers
De koplampen worden om de beurt wisser/-sproeier van de achterklep. De knop gesproeid. aan het uiteinde van de hendel kent twee mogelijke standen: Ruitenwisser achterklep – intervalstand Deze intervalfunctie tijdens het achteruitrijden kunt u desgewenst uitschakelen. Bezoek een Ruitenwisser achterklep – continu wissen erkende Volvo-werkplaats.
Pagina 83: Ruiten En Spiegels
03 Bestuurdersmilieu Ruiten en spiegels Algemene informatie Elektrisch bedienbare ruiten WAARSCHUWING Als er kinderen in de auto zitten: let er bij het Gelaagd glas verlaten van de auto op dat u de stroomtoe- Het glas is verstevigd voor een verbe- voer naar de elektrisch bedienbare zijruiten verbreekt door de transpondersleutel uit te terde inbraakbeveiliging en geluidsi-...
Pagina 84: Handmatige Bediening
03 Bestuurdersmilieu Ruiten en spiegels Bediening De ruiten komen tot stilstand en worden geo- nogmaals op de vergrendelingsknop om het pend, als ze tijdens het sluiten in hun bewe- openen/sluiten te onderbreken. ging worden gehinderd. Wanneer de zijruiten door ijsvorming bijvoorbeeld tweemaal ach- Resetten tereen niet konden worden gesloten, is het Als de accu losgekoppeld is geweest, werkt...
Pagina 85 03 Bestuurdersmilieu Ruiten en spiegels Buitenspiegels 1. Druk tegelijkertijd op de knoppen L en R . Automatische inklapfunctie bij vergrendelen* 2. Laat ze na ongeveer een seconde los. De spiegels stoppen automatisch, als ze vol- Wanneer u de auto vanaf de transpondersleu- ledig zijn ingeklapt.
Pagina 86: Elektrische Achterruit- En Buitenspiegelverwarming
03 Bestuurdersmilieu Ruiten en spiegels Elektrische achterruit- en Achteruitkijkspiegel buitenspiegelverwarming Gebruik de elektrische verwarming om de Handmatige dimfunctie achterruit en de buitenspiegels te ontwase- Hendeltje voor dimfunctie men en te ontdooien. Fel licht van achteren kan hinderlijke reflecties Met één druk op de knop schakelt u de gelijk- in de achteruitkijkspiegel veroorzaken en u tijdige verwarming van de achterruit en de bui- verblinden.
Pagina 87: Elektrisch Bedienbaar Schuifdak
03 Bestuurdersmilieu Elektrisch bedienbaar schuifdak* Algemene informatie U kunt het schuifdak handmatig openen door Verticaal openkantelen de bedieningsknop achteruit naar het De bedieningsknoppen voor het schuifdak zit- weerstandspunt te trekken. Het schuifdak ten aan het plafond. U kunt het schuifdak ver- schuift steeds verder open zolang u de knop ticaal openkantelen en horizontaal openschui- in deze stand vasthoudt.
Pagina 88 03 Bestuurdersmilieu Elektrisch bedienbaar schuifdak* Sluiten met transpondersleutel of knop Beveiliging tegen overbelasting voor centrale vergrendeling Het schuifdak is voorzien van een beveiliging tegen overbelasting die wordt geactiveerd, als het schuifdak door een obstakel wordt gehin- derd. Het schuifdak komt dan tot stilstand en keert vervolgens automatisch terug naar de laatst gebruikte, geopende stand.
Pagina 89: Motor Starten
03 Bestuurdersmilieu Motor starten Benzine- en dieselmotoren 3. Druk op de knop START/STOP en laat de N.B. knop weer los. Tijdens de koude start is het mogelijk dat De startmotor blijft maximaal 10 seconden het motortoerental merkbaar hoger ligt dan draaien (60 seconden bij dieselmodellen), tot- normaal is voor bepaalde motortypes.
Pagina 90 03 Bestuurdersmilieu Motor starten en opnieuw ingeschakeld wanneer u de trans- instructieb. op het display van het instrumen- pondersleutel verwijdert. tenpaneel. Wanneer u bij het verlaten van de auto het U start de regeneratie van het filter door met stuurslot inschakelt, beperkt u het gevaar voor de auto op een secundaire weg of op een diefstal van de auto.
Pagina 91: Starten Met Hulpaccu
03 Bestuurdersmilieu Motor starten Starten met hulpaccu 6. Sluit de andere klem van de rode startka- pluspool van de accu of met de aange- sloten klemmen van de rode startkabel. bel aan op de pluspool van de uitge- putte accu die onder een opklapbare kunststof afdekking zit.
Pagina 92: Handgeschakelde Versnellingsbak
03 Bestuurdersmilieu Versnellingsbakken Handgeschakelde versnellingsbak Blokkering achteruitversnelling Schakel de achteruitversnelling alleen in, wan- Trap het koppelingspedaal tijdens het schake- neer de auto stilstaat. len altijd zo ver mogelijk in. Haal uw voet na het schakelen weer van het koppelingspedaal af! Houd u aan het aangegeven schakelpa- troon.
Pagina 93 03 Bestuurdersmilieu Versnellingsbakken Automatische versnellingsbak Geartronic*, Sportstand (S) BELANGRIJK Geartronic* De sportstand levert een sportiever rijgedrag De auto moet stilstaan wanneer u de hendel op en maakt het mogelijk om hogere toeren te in stand P zet. maken in de versnellingen. De motor reageert bovendien sneller op de commando’s die u Achteruitrijstand (R) met het gaspedaal geeft.
Pagina 94: Beveiligingsfunctie
03 Bestuurdersmilieu Versnellingsbakken Geartronic*, handmatig schakelen (M) een dergelijke kickdown uit te voeren, gebeurt N.B. er niets. De auto blijft in de oorspronkelijke Met de automatische versnellingsbak Geartro- Als de versnellingsbak een sportstand kent, versnelling rijden. nic kunt u ook handmatig schakelen. Bij het is handmatig schakelen pas te activeren loslaten van het gaspedaal wordt de auto op Bij kickdown kan de auto afhankelijk van het...
Pagina 95 03 Bestuurdersmilieu Versnellingsbakken Automatische keuzehendelblokkering Automatische schakelblokkering De automatische versnellingsbak kent enkele deactiveren bijzondere beveiligingsfuncties: Sleutelblokkering, Keylock De keuzehendel moet in stand P staan om de transpondersleutel uit het contactslot te kun- nen nemen. In alle andere standen is de trans- pondersleutel geblokkeerd.
Pagina 96: Vierwielaandrijving-, Awd (All Wheel Drive)
03 Bestuurdersmilieu Vierwielaandrijving–, AWD (All Wheel Drive)* vierwielaandrijving is altijd ingeschakeld. Bij vierwielaandrijving worden alle vier de wie- len van de auto tegelijk aangedreven. Het motorkoppel wordt automatisch over de voor- en achterwielen verdeeld. Een elektro- nisch gestuurd koppelingssysteem verdeelt het vermogen over het wielpaar dat op dat moment de beste grip op het wegdek heeft.
Pagina 97: Bedrijfsrem
Het EBA-systeem registreert de dichtstbijzijnde erkende Volvo-werkplaats rij- wijze waarop u het rempedaal bedient en ver- den om het remsysteem te laten controleren.
Pagina 98: Afdalingsregeling, Hdc (Hill Descent Control)
03 Bestuurdersmilieu Afdalingsregeling, HDC (Hill Descent Control) Algemene informatie Functie Bediening Bij een geactiveerd HDC-systeem kan de auto HDC is te vergelijken met een automatische bij het afremmen op de motor maximaal motorrem. Wanneer u op een aflopende hel- 10 km/h voorruit rijden en 7 km/h achteruit. ling het gaspedaal loslaat, wordt de auto nor- Met het gaspedaal kunt u echter een willekeu- maal gesproken op de motor afgeremd door-...
Pagina 99: Parkeerrem
03 Bestuurdersmilieu Parkeerrem Elektrische parkeerrem* Parkeerrem aanzetten N.B. De elektrische parkeerrem heeft dezelfde toe- Tijdens een noodstop bij snelheden hoger passingsgebieden als het parkeerrempedaal dan 10 km/h klinkt er gedurende de hele zoals bij het wegrijden op een helling. remmanoeuvre een geluidssignaal. Functie Op een helling parkeren Wanneer de parkeerrem wordt geactiveerd,...
Pagina 100 2. Start de motor. door het koppelingspedaal te bedienen in Een knipperend lampje houdt in plaats van het rempedaal. Volvo adviseert 3. Zet de keuzehendel in stand D of R en dat de parkeerrem wordt aange- u echter het rempedaal te gebruiken.
Pagina 101 – Door een sto- ring kan de parkeerrem niet worden aangezet. Probeer of u de rem kunt aanzetten en lossen. Bezoek een Volvo-werkplaats als de melding niet verdwijnt. Dezelfde melding verschijnt ook op auto’s met een handbak, wanneer er langzaam wordt gereden met het portier open.
Pagina 102 03 Bestuurdersmilieu...
Pagina 103 Menu- en meldingsfuncties ..............104 Klimaatregeling ..................109 Audiosysteem ..................120 Boordcomputer ..................130 Kompas* ....................132 DSTC –Stabiliteits- en tractieregelsysteem ..........133 Rijeigenschappen aanpassen ..............134 Cruisecontrol* ..................135 Adaptieve cruisecontrol* ................ 136 Anti-botsingsysteem met remassistentie* (CWS-systeem) ....140 Park Assist (parkeerhulp)* ..............
Pagina 104 COMFORT EN RIJPLEZIER...
Pagina 105: 04 Comfort En Rijplezier
04 Comfort en rijplezier Menu- en meldingsfuncties Middenconsole 1. Druk op MENU . Toetsenset op stuurwiel 2. Ga naar Menu en druk op ENTER . Sommige functies regelt u via het menusys- 3. Ga naar Submenu en druk op ENTER . teem vanaf de middenconsole of via de toet- senset op het stuurwiel.
Pagina 106: Menu-Overzicht
04 Comfort en rijplezier Menu- en meldingsfuncties Menu-overzicht Hoofdmenu AM Hoofdmenu CD Er bestaan verschillende hoofdmenu’s voor de Audio-instellingen Random telefoon en de geluidsbronnen. De volgende Geluidspodium menu-opties maken deel uit van alle hoofd- Equalizer voor menu’s: Equalizer achter Disc Autosleutelgeheugen Autom.
Pagina 107 04 Comfort en rijplezier Menu- en meldingsfuncties Hoofdmenu Geïntegreerde telefoon Voicemail-nummer Oproepregister Omleidingen Laatste 10 gemiste opr. Telefooninstellingen Laatste 10 ink. opr. Netwerkselectie Laatste 10 gekozen nrs. SIM-beveiliging Lijst wissen PIN-code bewerken Gespreksduur Geluiden en volume Telefoonboek IDIS Nieuwe contactpersoon Reset Telefooninst.
Pagina 108: Instrumentenpaneel
04 Comfort en rijplezier Menu- en meldingsfuncties Instrumentenpaneel Melding Menu-overzicht Actieradius Gemiddeld Momentaan Gem. snelheid LDW-systeem Bandenspanning Kalibratie Actuele snelheid Timer standkach. AM/PM Timer standvent. AM/PM Informatiedisplay en bedieningstoetsen voor Melding op informatiedisplay menufuncties Timerstand verw. Wanneer er een waarschuwings-, informatie- READ –...
Pagina 109 Service vereist Laat de auto zo spoedig onder de garantie. mogelijk nakijken door Bezoek voor het onder- een erkende Volvo-werk- houd een erkende Volvo- plaats. werkplaats. Zie instructieb. Lees het instructie- Tijdelijk UIT De bijbehorende functie boekje.
Pagina 110: Klimaatregeling
Laat het bijvullen/verversen Het systeem beschikt over een zonnesensor nenkant van de ruiten te verwijderen. van koudemiddel over aan een erkende Volvo- die de stand van de zon registreert. Daardoor werkplaats. Poets de binnenzijde van de ruiten schoon om kan de temperatuur van de lucht uit de blaas- de kans te beperken dat ze beslaan.
Pagina 111 Raadpleeg het Ser- gen via de middenconsole (zie pagina 104): passagiersruimte ontdoet van verontreini- viceprogramma van Volvo voor het aanbevo- • Ventilatorfunctie in automatische stand gingen in de vorm van stofdeeltjes, koolwa- len vervangingsinterval. In zeer sterk (zie pagina 114).
Pagina 112: Luchtverdeling
04 Comfort en rijplezier Klimaatregeling Luchtverdeling Blaasmonden in dashboard Blaasmonden in portierstijlen Open De binnenkomende lucht wordt verdeeld over Dicht 20 blaasmonden verspreid over het interieur. Open Luchtstroom naar links of rechts Dicht In de stand AUTO vindt de luchtverdeling Luchtstroom omhoog of omlaag geheel automatisch plaats.
Pagina 113: Gebruik
04 Comfort en rijplezier Klimaatregeling Klimaatregeling Gebruik Elektronische klimaatregeling, ECC* Elektronische temperatuurregeling, ETC Geventileerde voorstoelen* Geventileerde voorstoelen vormen alleen een optie bij auto’s met ECC. Het ventila- tiesysteem bestaat uit venti- latoren in de zittingen en de rugleuningen die lucht door de bekleding heen aanzui- gen.
Pagina 114: Belangrijk
04 Comfort en rijplezier Klimaatregeling • Comfortniveau één: driemaal indrukken van Achterbank de knop levert het minimale vermogen op – N.B. er brandt één lampje. Als de ventilator volledig uitgeschakeld is, De vierde maal dat u op de knop drukt wordt start de airconditioning niet wat kans op de functie uitgeschakeld –...
Pagina 115: Recirculatie
04 Comfort en rijplezier Klimaatregeling AUTO* Bij het starten van de motor wordt de laatst • de airconditioning wordt automatisch inge- schakeld verrichte instelling hervat. De functie AUTO is alleen aanwezig bij auto’s met ECC. • de recirculatie wordt automatisch uitge- schakeld.
Pagina 116: Recirculatie/Interior Air Quality Sensor Activeren
04 Comfort en rijplezier Klimaatregeling veren/deactiveren onder • Het groene lampje in het midden brandt – de recirculatie is niet actief (tenzij dit nodig Klimaatinstellingen Timer recirculatie. is voor koeling bij warm weer). Zie pagina 104 voor een beschrijving van het menusysteem.
Pagina 117 04 Comfort en rijplezier Klimaatregeling Luchtverdelingstabel Luchtverdeling Toepassing Luchtverdeling Toepassing Lucht naar de ruiten. Er Om snel te ontdooien en Lucht naar de vloer en de Om een comfortabel komt een bepaalde hoe- te ontwasemen. ruiten. Er komt een klimaat en een goede veelheid lucht uit de bepaalde hoeveelheid ontwaseming te verkrij-...
Pagina 118 04 Comfort en rijplezier Klimaatregeling Standverwarming op brandstof* BELANGRIJK WARNING! ACHTUNG! AVERTISSEMENT! Algemene informatie over de Herhaaldelijk gebruik van de standverwar- ming bij korte ritten kan ertoe leiden dat de standverwarming accu uitgeput raakt en startproblemen ople- U kunt de standverwarming meteen inschake- veren.
Pagina 119: Bediening
04 Comfort en rijplezier Klimaatregeling Bediening Klok/timer 1. Ga met het duimwiel naar Timer standkach.. Als u de klok bijstelt worden de timerinstellin- gen gewist. 2. Druk kort op de knop RESET zodat de uuraanduiding gaat knipperen. Meteen in-/uitschakelen 3. Gebruik het duimwiel om het gewens- 1.
Pagina 120 04 Comfort en rijplezier Klimaatregeling Extra verwarming (diesel)* Automatische stand of uitschakelen Bij korte ritten kan de extra verwarming des- gewenst worden uitgeschakeld. 1. Ga met het duimwiel naar Extra ver- warming auto. 2. Druk op de knop RESET om te kiezen uit of UIT.
Pagina 121: Audiosysteem
04 Comfort en rijplezier Audiosysteem Algemene informatie Overzicht Toetsenset op stuurwiel Het audiosysteem is te verkrijgen met ver- schillende opties en in verschillende uitvoerin- gen. Er zijn drie uitvoeringen verkrijgbaar: Performance, High Performance en Premium Sound. Bij het inschakelen van het audiosys- teem geeft het display de uitvoering aan.
Pagina 122 04 Comfort en rijplezier Audiosysteem Achterste bedieningspaneel met Menufuncties en MY KEY Vooruit-/achteruitspoelen en zoeken hoofdtelefoonaansluiting* Druk kort in om een track op een cd of een Sommige functies kunt u regelen via het van de voorkeurzenders te selecteren. Druk menusysteem van de middenconsole.
Pagina 123: De Volgende Menufuncties Kunt U Onder My Key Opslaan
04 Comfort en rijplezier Audiosysteem De volgende menufuncties kunt u onder MY KEY opslaan: Cd-speler/-wisselaar • Random (cd-wisselaar) • Nieuws • TP • Nummer-informatie • Nieuws • TP • Radiotekst • PTY zoeken • PTY-tekst weergeven AUDIO-INSTELLINGEN • Geluidsinstellingen • Autom. volumeregeling...
Pagina 124: Audiofuncties
04 Comfort en rijplezier Audiosysteem Audiofuncties Kies een niveau onder Audio-instellingen N.B. Autom. volumeregeling. Druk op Menu om de Audio-instellingen te openen. Zie pagina 104 voor meer Geluidssterkte externe geluidsbron informatie. Het is mogelijk een mp3-speler op de AUX-ingang aan te sluiten (zie pagina 120). •...
Pagina 125: Cd-Functies
04 Comfort en rijplezier Audiosysteem Cd-functies Onder Surround kunt u 3-kanaals stereo of Optimale geluidsweergave Dolby Surround Pro Logic II activeren door Het audiosysteem is gekalibreerd voor opti- 3-ch Dpl2 te selecteren. Vervolgens wor- male geluidsweergave met behulp van digitale den u de volgende opties voorgeschoteld: signaalverwerking.
Pagina 126 04 Comfort en rijplezier Audiosysteem Weergave starten (cd-wisselaar) Pauzeren Wanneer een bepaald muziekbestand hele- maal afgespeeld is, worden de overige Als er een cd-sleuf met een muziek-cd is Wanneer u het volume helemaal omlaagdraait, bestanden in dezelfde map weergegeven. gekozen, gaat de weergave automatisch van wordt de weergave van de cd-speler onder- Nadat alle bestanden in een bepaalde map start wanneer u op CD drukt.
Pagina 127 04 Comfort en rijplezier Audiosysteem alternatief Alle discs geldt alleen voor de Navigatietoets voor het automatisch zoe- N.B. ken van zenders muziek-cd’s die in de cd-wisselaar zitten. Geselecteerde functie beëindigen Bij gebruik van de linker of rechter pijl wordt Tijdens het afspelen van een cd met muziek- alleen een nieuwe willekeurige track op de Handmatig zenders zoeken.
Pagina 128: Voorkeurzenders Handmatig Vastleggen
04 Comfort en rijplezier Audiosysteem Voorkeurzenders handmatig vastleggen De melding Auto verschijnt op het display. N.B. 1. Stem af op een zender. 2. Druk op een voorkeurtoets. 2. Houd een van de voorkeurtoetsen inge- Sommige radiozenders maken geen drukt, totdat de melding gebruik van RDS of alleen in beperkte mate.
Pagina 129 04 Comfort en rijplezier Audiosysteem calamiteiten. U kunt de functie alarm niet tijde- De melding NEWS geeft aan dat de functie PTY zoeken lijk onderbreken of deactiveren. De melding actief is. Bij activering van deze functie wordt de gehele ALARM! verschijnt op het display, wanneer er frequentieband doorzocht op uitzendingen U kunt de functie activeren/deactiveren onder...
Pagina 130 04 Comfort en rijplezier Audiosysteem Radiotekst EON (Enhanced Other Networks) Volumeregeling programmatypes Sommige RDS-zenders geven informatie door Deze functie is met name handig in stedelijke De onderbrekende uitzendingen van het geko- over de inhoud van de uitzendingen, uitvoe- gebieden met een groot aantal regionale zen programmatype (bijv.
Pagina 131: Boordcomputer
U bevestigt door op READ te drukken. u een extra verwarming en/of standverwar- ming* op brandstof hebt gebruikt. Neem contact op met een erkende Volvo- werkplaats, als u de eenheid wilt wijzigen Alleen dieselmodellen. waarin de afstand en de snelheid worden weergegeven.
Pagina 132 04 Comfort en rijplezier Boordcomputer 2. Houd RESET ca. 1 seconde ingedrukt om de waarde voor de gekozen functie op nul te stellen. Als u RESET ten minste 3 seconden lang ingedrukt houdt, stelt u de gemiddelde snelheid en het gemiddel- de brandstofverbruik gelijktijdig op nul.
Pagina 133: Kompas
04 Comfort en rijplezier Kompas* Bediening Afstellen Zone kiezen Kompas kalibreren. Magnetische zones Achteruitkijkspiegel met kompas. Het kompas moet soms voor de nauwkeurig- De aarde is in 15 magnetische zones verdeeld. In de rechter bovenhoek van de achteruitkijk- heid worden gekalibreerd. Als kalibratie nodig Het kompas werkt alleen naar behoren als de spiegel zit een display waarop wordt aange- is, verschijnt...
Pagina 134: Algemene Informatie Over Het Dstc
Breng de auto op een veilige plaats tot stil- stand en zet de motor af. Bezoek een erkende Het stabiliteits- en tractieregelsysteem (DSTC, Volvo-werkplaats, als de melding opnieuw Dynamic Stability and Traction Control) helpt verschijnt nadat u de motor weer hebt gestart.
Pagina 135: Rijeigenschappen Aanpassen
04 Comfort en rijplezier Rijeigenschappen aanpassen Actief chassis (FOUR-C)* Snelheidsafhankelijke Bediening stuurbekrachtiging* Het actieve chassissysteem FOUR-C Naarmate de rijsnelheid hoger wordt neemt de (Continuously Controlled Chassis Concept) stuurbekrachtiging af, waardoor u een beter stemt de eigenschappen van de schokdem- gevoel met de weg krijgt. Op lage snelheden is pers af op de gewenste rijeigenschappen van de stuurbekrachtiging groter zodat bijvoor- de auto.
Pagina 136: Cruisecontrol
04 Comfort en rijplezier Cruisecontrol* Bediening wordt vastgezet en als ingestelde snelheid Onderbreking dient. De displaytekst (---) km/h verandert in Druk op om de cruisecontrol te onderbre- de ingestelde snelheid, bijv. km/h. ken. De vastgelegde snelheid staat tussen haakjes op het display (bijvoorbeeld N.B.
Pagina 137: Adaptieve Cruisecontrol
Laat het onderhoud van de onderdelen van de De adaptieve cruisecontrol remt niet voor adaptieve cruisecontrol over aan een erkende langzaam rijdende of stilstaande voertuigen. Volvo-werkplaats . Gebruik de adaptieve cruisecontrol niet in stadsverkeer of drukke verkeersstromen, bij WAARSCHUWING gladheid, hevige regen- of sneeuwval of...
Pagina 138 04 Comfort en rijplezier Adaptieve cruisecontrol* snelheid aangehouden. Dit gebeurt ook als de harder moet afremmen dan de adaptieve crui- • de wielen hun grip op het wegdek verliezen; snelheid van het voertuig voor u de ingestelde secontrol aankan en u remt zelf niet bij, dan •...
Pagina 139: Radarsensor En De Beperkingen Ervan
04 Comfort en rijplezier Adaptieve cruisecontrol* korte tijd bedient zoals bij een inhaalmanoeu- Tijdsafstand instellen Wanneer u kort indrukt in de stand- vre, wordt de cruisecontrol tijdelijk gedeacti- bystand of lang indrukt in de actieve stand, U kunt de ingestelde tijdsafstand tot het voer- veerd.
Pagina 140 Stand-bystand of geen ACC Service De adaptieve cruisecontrol voertuig ontdekt in actieve vereist werkt niet. Bezoek een stand. erkende Volvo-werkplaats. Voertuig ontdekt in actieve ACC niet De adaptieve cruisecontrol stand waarop de adaptieve beschikbaar cruisecontrol uw snelheid kan niet worden ingescha- afstemt.
Pagina 141: Anti-Botsingsysteem Met Remassistentie* (Cws-Systeem)
De remassistentie beperkt de snelheid van de impact. Laat het onderhoud van de onderdelen van het anti-botsingsysteem over aan een erkende Volvo-werkplaats . WAARSCHUWING Functie-overzicht Het anti-botsingsysteem werkt niet in alle rijsituaties en verkeers-, weers- of wegom- Visueel waarschuwingssignaal bij gevaar standigheden.
Pagina 142 Zie het onderdeel over de beperkingen van de radarsensor (zie pagina 140). Collision warn. Service vereist – Het anti- botsingsysteem werkt niet. Bezoek een erkende Volvo-werkplaats als de melding niet verdwijnt.
Pagina 143: Beperkingen
04 Comfort en rijplezier Anti-botsingsysteem met remassistentie* (CWS-systeem) Beperkingen Wanneer het systeem geen of pas laat waar- schuwingen afgeeft, treedt ook de remassis- Het visuele waarschuwingssignaal is soms tentie niet of pas laat in werking. moeilijk te ontdekken in de felle zon of bij het gebruik van een zonnebril.
Pagina 144: Park Assist (Parkeerhulp)
Volvo aangesloten is. Afhankelijk van de markt is Park Assist een standaardfunctie, optie of accessoire.
Pagina 145: Aanduiding Voor Systeemstoringen
04 Comfort en rijplezier Park Assist (parkeerhulp)* Aanduiding voor systeemstoringen Park Assist aan de voorzijde N.B. Als het informatiesymbool continu Bij auto’s met verstralers erop letten dat de brandt en de melding Park Assist lampen de sensoren niet blokkeren en voor Service vereist op het informatiedisplay obstakels worden gehouden.
Pagina 146: Sensoren Schoonmaken
04 Comfort en rijplezier Park Assist (parkeerhulp)* Sensoren schoonmaken De sensoren werken alleen naar behoren, wanneer u ze regelmatig schoonmaakt. Reinig ze met water en autoshampoo. N.B. Vuil, sneeuw en ijs op de sensoren kunnen ten onrechte aanleiding geven tot waar- schuwingssignalen.
Pagina 147: Blis* - Blind Spot Information System
Als de camera’s van het systeem Laat reparaties van de onderdelen van het bijvoorbeeld zijn afgedekt, knippert het con- BLIS-systeem over aan een erkende Volvo- trolelampje voor BLIS en verschijnt er een werkplaats. melding op het display van het informatiepa- neel.
Pagina 148: Wanneer Blis Werkt
04 Comfort en rijplezier BLIS* – Blind Spot Information System Activeren/deactiveren verdwijnen. Zie pagina 107 voor meer infor- zal het systeem dit voertuig dan ook niet kun- nen waarnemen. Dit houdt in dat het systeem matie over de meldingsfuncties. bijvoorbeeld niet reageert op een aanhanger Wanneer BLIS werkt achter een auto of vrachtwagen, omdat daar Het systeem werkt alleen bij snelheden hoger...
Pagina 149 BLIS Service vereist Het BLIS-systeem is branden, hoewel er zich geen voertuigen in de defect. Neem contact dode hoek bevinden. op met een erkende Volvo-werkplaats. BLIS-camera De BLIS-camera is afgedekt bedekt met vuil, sneeuw of ijs. Maak de lenzen schoon.
Pagina 150: Interieurcomfort
04 Comfort en rijplezier Interieurcomfort Opbergmogelijkheden...
Pagina 151 04 Comfort en rijplezier Interieurcomfort Middenconsole Dashboardkastje Opbergvak in portierpaneel Opbergzak aan de voorkant van de voor- stoelzitting* Parkeerkaarthouder Dashboardkastje Opbergvakken, bekerhouder Kledinghaak Bekerhouder in armsteun, achterin* Opbergvak Kledinghaak De kledinghaak is alleen bestemd voor niet al Opbergvak (voor bijvoorbeeld cd’s) en Hier kunt u het instructieboekje en eventuele te zware kledingsstukken.
Pagina 152: Aansluiting
04 Comfort en rijplezier Interieurcomfort Vloermatten* Make-upspiegel 12V-aansluiting Volvo biedt vloermatten die speciaal vervaar- digd zijn. WAARSCHUWING Zorg dat de vloermat voor de bestuurders- stoel goed in de bevestigingsklemmen op de vloer vastzit om te voorkomen dat deze kan gaan glijden en achter of onder de pedalen blijft haken.
Pagina 153 04 Comfort en rijplezier Interieurcomfort EHBO-set* telefoon of koelbox. U kunt maximaal 10 A via Elektrische aansluiting in laadruimte* de aansluiting afnemen. Het contactslot moet De set ligt in de laadruimte. De tas is voorzien ten minste in stand I staan, anders geeft de van klittenband zodat u deze aan de wand van aansluiting geen stroom (zie pagina 65).
Pagina 154: Geïntegreerde Telefoon
Veiligheid gaande pagina voor informatie over de bedie- Laat reparatiewerkzaamheden aan het tele- ningstoetsen van de telefoon. foonsysteem over aan een erkende Volvo- werkplaats. Schakel de geïntegreerde telefoon Aan/uit uit tijdens het tanken en in gebieden waar met Schakel de telefoon in door kort op PHONE te explosieven wordt gewerkt.
Pagina 155: Gespreksfuncties
04 Comfort en rijplezier Geïntegreerde telefoon* Gespreksfuncties Tijdens lopende gesprekken Wisselgesprek Deze functie maakt het mogelijk om tijdens Druk tijdens een gesprek op MENU of op een lopend gesprek een nieuw gesprek aan te ENTER om het gespreksmenu te openen. Bellen nemen.
Pagina 156 04 Comfort en rijplezier Geïntegreerde telefoon* Audio-instellingen Ruggespraakstand Beltoonvolume. Stel bij met van de Bij gebruik van de ruggespraakstand wordt de navigatietoets. Gespreksvolume microfoon gedeactiveerd (zie pagina 153). Telefoonboek De telefoon maakt gebruik van de luidsprekers Activeer/deactiveer de microfoon met de Contactgegevens kunnen op de simkaart of in in de voorportieren.
Pagina 157: Overige Functies En Instellingen
04 Comfort en rijplezier Geïntegreerde telefoon* Overige functies en instellingen 2. Ga naar het contact van uw keuze en Berichtinstellingen druk op ENTER om het bijbehorende De berichtinstellingen hoeft u normaal gespro- nummer te bellen. ken niet te wijzigen. Uw netwerkprovider kan u IDIS meer informatie verstrekken over deze instel- Contacten verwijderen...
Pagina 158 04 Comfort en rijplezier Geïntegreerde telefoon* Simkaart aanbrengen Eigen nummer tonen/verbergen De optie Automatisch is het op een na hoog- ste beveiligingsniveau. De telefoon onthoudt Het is mogelijk de weergave van uw eigen de pincode dan en voert deze bij het inscha- telefoonnummer tijdelijk te blokkeren onder kelen van de telefoon automatisch in.
Pagina 159 Rijadviezen ..................... 160 Tanken ....................163 Brandstof ....................164 Lading vervoeren ..................166 Laadruimte ..................... 170 Gevarendriehoek ..................173 Rijden met een aanhanger ..............174 Slepen ....................180...
Pagina 160 TIJDENS HET RIJDEN...
Pagina 161: 05 Tijdens Het Rijden
05 Tijdens het rijden Rijadviezen Algemene informatie mumsnelheid van 10 km/h. Wees extra voor- Motor en koelsysteem zichtig bij het doorwaden van stromend water. In bepaalde omstandigheden, bijvoorbeeld op steile hellingen en bij het vervoer van een Zuinig rijden Houd een lage snelheid aan tijdens het waden zware lading, bestaat het gevaar dat de motor en breng de auto niet in het water tot stilstand.
Pagina 162 05 Tijdens het rijden Rijadviezen Geopende achterklep Accu niet overmatig belasten Voorbereidingen bij lange reizen Rijd niet met een geopende achterklep. Rijd De elektrische functies van de auto belasten • Controleer of de motor naar behoren func- tioneert en of het brandstofverbruik in alleen een kort stukje, als u geen andere keus de accu in verschillende mate.
Pagina 163 05 Tijdens het rijden Rijadviezen Rijden tijdens de winter Voor optimale grip bij gevaar voor sneeuw of ijs adviseert Volvo u om de auto rondom van Let voor aanvang van de winter in het bijzon- winterbanden te voorzien. der op het volgende: •...
Pagina 164: Tanken
05 Tijdens het rijden Tanken Tanken Tankdop open-/dichtdraaien WARNING! ACHTUNG! Tankvulklep openen/sluiten AVERTISSEMENT! Bij hoge buitentemperaturen kan er een bepaalde mate van overdruk in de brandstof- tank ontstaan. Draai de tankdop dan lang- De klep kan niet worden geopend wanneer de zaam open.
Pagina 165: Brandstof
Gebruik geen brandstof met een slechtere NEN-EN 590 of JIS K2204. Dieselmotoren zijn Maak geen gebruik van de volgende diesel- kwaliteit dan Volvo adviseert, omdat dit een olie-achtige brandstoffen: speciale toevoe- gevoelig voor verontreinigingen zoals een te nadelige invloed kan hebben op het motorver- gingen (dopes), scheepsolie, stookolie, hoog gehalte aan zwaveldeeltjes.
Pagina 166 Volvo-garantie vervalt. Giet geen ad- ditieven (dopes) in de benzine zonder het uitdrukkelijke advies van Volvo. Katalysatoren De katalysatoren hebben tot taak de uitlaat- gassen te reinigen.
Pagina 167: Lading Vervoeren
05 Tijdens het rijden Lading vervoeren Algemene informatie Ruggedeelte achterbank omklappen WAARSCHUWING Om het in- en uitladen van de laadruimte te De laadcapaciteit is afhankelijk van wat er op vereenvoudigen kunt u de ruggedeelten van Zorg dat u de bagage altijd goed verankert. de auto gemonteerd is, zoals een trekhaak, Bij krachtig remmen kan de bagage namelijk de achterbank neerklappen (zie pagina 69).
Pagina 168: Bagage Verankeren
05 Tijdens het rijden Lading vervoeren Elektrische achterklepbediening* • met de transpondersleutel – druk kort op • Handgreep aan buitenkant achterklep: Druk de knop op de handgreep een tweede de knop. maal in om de openingsfunctie te onder- WAARSCHUWING • met de handgreep op de achterklep – trek breken.
Pagina 169 05 Tijdens het rijden Lading vervoeren Vloerrails Bagageband Verankeringshaak verzetten Bagage vastgezet aan zowel de bovenste als Vastzetten van de bagageband Klap de verankeringshaak neer in de rich- onderste verankeringspunten ting van de opening. Wanneer u de bagageband een slag om een Op de vloer van de laadruimte zitten twee rails verankeringshaak haalt, kunt u de bagage- Duw de haak in de gewenste positie.
Pagina 170 05 Tijdens het rijden Lading vervoeren Houder voor boodschappentassen* Verankeringshaak verwijderen Juiste en verkeerde montage verankeringshaak U kunt de verankeringshaken heel eenvoudig Houder voor boodschappentassen onder het Monteer de verankeringshaken op de juiste vloerluik verwijderen om bijvoorbeeld de rail schoon te manier! maken.
Pagina 171: Laadruimte
05 Tijdens het rijden Laadruimte Veiligheidsrek* Aanbrengen N.B. Het veiligheidsrek is het makkelijkst met twee personen via de achterportieren aan te brengen. Bij het aanbrengen dient de handgreep (zie afbeelding – ) aan de voorkant van het rek te zitten. Om het veiligheidsrek te kunnen monteren dient u de ruggedeelten neer te klappen (zie pagina 69).
Pagina 172: Bagagerolhoes
05 Tijdens het rijden Laadruimte Bagagerolhoes Veiligheidsnet* 3. Duw beide kanten vast. De rolhoes moet hoorbaar vastklikken en de rode marke- De cassette met het veiligheidsnet wordt ach- ring moet verdwijnen. ter op het ruggedeelte van de achterbank 4. Controleer of beide eindstukken vergren- gemonteerd.
Pagina 173: Lading Op Het Dak
Rol het linker veiligheidsnet op dezelfde geadviseerd de lastdragers te gebruiken die manier uit als het rechter net en bevestig door Volvo ontwikkeld zijn. het aan de stang. Volg de montage-instructies die bij de lastdra- Houd voor het verwijderen de omgekeerde gers worden geleverd nauwkeurig op.
Pagina 174: Gevarendriehoek
05 Tijdens het rijden Gevarendriehoek Gevarendriehoek Til de vloermat op en haal de gevarendrie- EHBO-set hoek tevoorschijn. Neem de gevarendriehoek uit de hou- der, klap de driehoek uit en bevestig de twee losse zijden aan elkaar. Klap de steunpoten van de gevarendrie- hoek uit.
Pagina 175: Rijden Met Een Aanhanger
• Wanneer de auto bij warm weer zwaar belast wordt, kan de motor oververhit wanneer u een automaat met aanhanger Als de trekhaak door Volvo is gemonteerd, raken. Als de temperatuur in het koelsys- parkeert. Gebruik altijd de parkeerrem. wordt de auto compleet aangeleverd met de...
Pagina 176 Let erop dat er op grond van de wetgeving Let op het volgende, als uw auto is uitgerust voor motorvoertuigen in uw land verdere met de afneembare trekhaak van Volvo: Volg de montage-instructies voor het kogel- beperkingen van het aanhangergewicht en segment nauwkeurig op.
Pagina 177 05 Tijdens het rijden Rijden met een aanhanger Specificaties Belangrijke controlepunten • U moet de kogel regelmatig schoonmaken en met vet insmeren. N.B. Wanneer u een trekhaak met trillingsdem- per gebruikt, hoeft de kogel niet te worden ingevet. Afmetingen, bevestigingspunten (mm) 1 ( V70) 1129...
Pagina 178: Kogelsegment Aanbrengen
05 Tijdens het rijden Rijden met een aanhanger Kogelsegment aanbrengen Het controlevenster moet rood van kleur Het controlevenster moet groen van kleur Verwijder de afdekking door de pal zijn. zijn. te drukken en de afdekking recht naar achteren te trekken. Breng het kogelsegment aan en duw het Draai de sleutel linksom naar de vergren- naar binnen totdat u een klik hoort.
Pagina 179 05 Tijdens het rijden Rijden met een aanhanger De veiligheidskabel van de aanhanger moet aan het bevestigingsoog van de trekhaak vastgezet worden. Controleer of het kogelsegment vastzit door het stevig omhoog, omlaag en naar achteren te bewegen. Als het kogelseg- ment niet goed zit, moet u het verwijderen en het opnieuw monteren zoals eerder werd beschreven.
Pagina 180: Kogelsegment Verwijderen
05 Tijdens het rijden Rijden met een aanhanger Kogelsegment verwijderen Draai de vergrendelingsknop volledig Steek de sleutel in het slot en draai deze omlaag totdat deze niet verder kan. Houd rechtsom in de ontgrendelde stand. de knop in deze stand vast terwijl u het kogelsegment schuin naar achteren toe omhoogtrekt.
Pagina 181: Slepen
05 Tijdens het rijden Slepen Algemene informatie Sleepoog Handgeschakelde versnellingsbak Zet de versnellingspook in de vrijstand. Houd Gebruik het sleepoog als de auto over de weg Probeer de motor nooit aan te slepen. Gebruik de sleepkabel altijd strak om harde schokken moet worden versleept.
Pagina 182 05 Tijdens het rijden Slepen Sleepoog monteren Voor de XC70 : Maak de onderkant van de afdekking in de bumper los met een schroevendraaier of een muntstuk. Schroef het sleepoog stevig tot aan de flens vast. Gebruik de wielsleutel om het sleepoog vast te draaien.
Pagina 183 Motorruimte ................... 184 Gloeilampen ................... 189 Wisserbladen en ruitensproeiervloeistof ..........195 Accu ....................... 197 Zekeringen .....................200 Wielen en banden ..................205 Verzorging ....................217 Type-aanduidingen .................221 Specificaties ................... 222...
Pagina 184 ONDERHOUD EN SPECIFICATIES...
Pagina 185: 06 Onderhoud En Specificaties
Laat het schoonmaken van de motor altijd peil te houden, dient u de voorschriften van over aan een werkplaats. Als de motor heet het Serviceprogramma van Volvo op te volgen is, bestaat er gevaar voor brand. zoals die omschreven staan in het Service- en garantieboekje van Volvo.
Pagina 186: Oliepeil Motor Controleren
Afhankelijk van het motortype kan de motor- Sticker met oliekwaliteit ruimte er anders uitzien Volvo adviseert olieproducten van Castrol. Zie Expansiereservoir voor koelsysteem voor ritten onder ongunstige omstandigheden de aanbevelingen van Volvo op pagina 227. Reservoir voor stuurbekrachtigings- vloeistof Peilstok voor motorolie Radiateur Vulopening voor motorolie...
Pagina 187 De peilstok geeft dan een te laag verbruik en de milieu-impact is anders niet peil aan, omdat de olie geen tijd heeft gehad uitgesloten. Volvo Car Corporation wijst alle om terug te lopen naar het oliecarter. garantieclaims af bij gebruik van een motoroliesoort die niet voldoet aan de voor- geschreven kwaliteits- en viscositeitseisen.
Pagina 188 Zie pagina 228 voor de bij te Koelvloeistof gebruikt volgens de aanbevelingen van vullen hoeveelheid. Volvo. Een nieuwe auto is voorzien van Oliepeil controleren bij een koude motor Koelvloeistof controleren en bijvullen koelvloeistof die bestand is tegen tempera- turen tot ca.
Pagina 189 Laat de oorzaak van het rem- het MIN - en MAX -streepje staan veelheden. vloeistofverlies controleren door een (aan de binnenkant van het reservoir). erkende Volvo-werkplaats. N.B. BELANGRIJK Ook als er een storing optreedt in de stuur- Vergeet niet het deksel terug te plaatsen.
Pagina 190: Gloeilampen
6. Vervang de kapotte gloeilamp (zie werkzaamheden aan deze xenonlampen (behalve die voor het mistlicht) zijn te vervan- pagina 194). door een erkende Volvo-werkplaats te laten gen door het lamphuis via de motorruimte los uitvoeren. Omdat de xenonkoplampen Koplamphuis aanbrengen te maken en het in zijn geheel te verwijderen.
Pagina 191: Afdekking Verwijderen
06 Onderhoud en specificaties Gloeilampen Afdekking verwijderen Dimlicht, halogeen Groot licht, halogeen N.B. 1. Haal het koplamphuis los. 1. Haal het koplamphuis los. 2. Verwijder de afdekking. Lees de tekst op pagina 189 door alvorens 2. Verwijder de afdekking. een gloeilamp te vervangen. 3.
Pagina 192: Stadslichten/Parkeerlichten Vóór
06 Onderhoud en specificaties Gloeilampen Verstralers, Active Bi-Xenon en Stadslichten/parkeerlichten vóór Richtingaanwijzers/knipperlichten Bi-Xenon* 1. Haal het koplamphuis los. 1. Haal het koplamphuis los. 1. Haal het koplamphuis los. 2. Verwijder de afdekking (zie pagina 190). 2. Verwijder de kleine, ronde afdekking. 2.
Pagina 193: Achterlamphuis, Richtingaanwijzer
TOP op de lamphouder moet hoort. nadat de kapotte lamp is vervangen, con- omhoogwijzen! 6. Plaats de afdekking terug. U moet deze tact op met een erkende Volvo-werkplaats. dusdanig aanbrengen en vastduwen dat u een klik hoort. Plaats de onderdelen in omgekeerde volgorde terug.
Pagina 194: Positie Gloeilampen Achterlamphuis
06 Onderhoud en specificaties Gloeilampen Positie gloeilampen achterlamphuis Kentekenplaatverlichting Instapverlichting Lampglas, rechterzijde 1. Draai de boutjes los met een schroeven- N.B. draaier. Achter-/remlicht (led) 2. Haal voorzichtig het complete lamphuis Lees de tekst op pagina 189 door alvorens Sidemarker, SML (led) los en trek het naar buiten.
Pagina 195: Laadruimteverlichting
06 Onderhoud en specificaties Gloeilampen Laadruimteverlichting Verlichting make-upspiegel Specificatie gloeilampen Spiegelglas verwijderen Verlichting Vermogen (W) Type Extra groot licht, Bi-Xenon, ABL Dimlicht, halogeen Groot licht, halogeen Richtingaan- H21W wijzers voorzijde Richtingaanwij- PY21W 1. Steek een schroevendraaier achter het lam- zers achter phuis en wrik deze iets heen en weer, zodat 1.
Pagina 196: Wisserbladen En Ruitensproeiervloeistof
06 Onderhoud en specificaties Wisserbladen en ruitensproeiervloeistof Wisserbladen Wisserbladen vervangen, voorruit Haal de wisserarm van de ruit af. Druk op de knop die op de wisserbladhouder zit en trek het wisserblad evenwijdig aan de Servicestand wisserarm los. Om de wisserbladen te kunnen vervangen of Duw het nieuwe wisserblad zo ver naar schoonmaken moet u ze eerst in de servi- binnen dat u een klik hoort.
Pagina 197: Vulopening Voor Ruitensproeiervloeistof
06 Onderhoud en specificaties Wisserbladen en ruitensproeiervloeistof Vulopening voor Wisserbladen vervangen, achterklep ruitensproeiervloeistof 1. Klap de wisserarm uit. De sproeiers van de voorruit en de koplampen 2. Pak het wisserblad aan de binnenkant staan in verbinding met hetzelfde vloeistofre- (bij de pijl) beet. servoir.
Pagina 198: Waarschuwingssymbolen Op De Accu
06 Onderhoud en specificaties Accu Waarschuwingssymbolen op de accu Gebruik • Controleer of de accukabels op de juiste Draag een veiligheidsbril. manier zijn aangesloten en stevig vastzit- ten. • Koppel de accu nooit los, wanneer de Zie voor meer informatie het motor draait.
Pagina 199 06 Onderhoud en specificaties Accu Vervangen Koppel de zwarte minkabel los. Kop- Verwijderen pel de rode pluskabel los, koppel de ontluchtingsslang van de accu los en draai het boutje los waarmee de accus- teun vastzit. Haal de accu opzij en til deze op. Schakel het contact uit en wacht 5 minuten.
Pagina 200 06 Onderhoud en specificaties Accu Aanbrengen 1. Laat de accu in de accubak zakken. 2. Duw de accu naar binnen en gelijktijdig opzij totdat de accu tegen de achterkant van de accubak aankomt. 3. Schroef de accu vast met het boutje in de steun.
Pagina 201: Zekeringen
Als dezelfde zekering herhaal- delijk doorbrandt, betekent dit dat het bijbe- horende onderdeel een storing vertoont. Bezoek in dat geval een erkende Volvo-werk- Positie van de zekeringenkastjes, auto met het plaats voor een controle. stuur links Bij auto’s met het stuur rechts zit het...
Pagina 202 • 16 —33 en 35 —41 zijn van type “MiniFuse”. • 8—15 en 34 zijn van het type “JCASE” en mogen alleen door een erkende Volvo- werkplaats worden vervangen. Aan de binnenkant van het deksel zit een spe- • 1—7 en 42 —44 zijn van het type “Midi- ciale trekker waarmee u de zekeringen gemak- Fuse”...
Pagina 203 06 Onderhoud en specificaties Zekeringen Functie Functie Functie Regelmodule motor, transmissie. EVAP , Lambdasonde, Inspuiting 15/10 Hoofdzekering CEM KL30A (benzine/diesel) Elektrisch verwarmde Verwarming carterventilatie Hoofdzekering CEM KL30B sproeikoppen (5-cil. benzine)/ Hoofdzekering RJBA KL30 Verwarming dieselfilter, Vacuümpomp I5T verwarming carterventilatie Hoofdzekering RJBB KL30 Verlichtingspaneel (5-cil.
Pagina 204: Onder Dashboardkastje
06 Onderhoud en specificaties Zekeringen Onder dashboardkastje Posities Functie Achteruitrijlichten. Reservepositie Mistlampen vóór* 1 2 3 4 6 7 8 9 10 11 12 13 14 Ruitenwissers Adaptieve cruisecontrol ACC* 24 25 26 27 28 Reservepositie Plafondverlichting. Bedieningspa- neel bestuurdersportier/ Elektr.
Pagina 205 06 Onderhoud en specificaties Zekeringen Laadruimte Posities Module B (wit). Functie Module A (zwart). Functie Verwarming voorstoel Bedieningspaneel passagierszijde* bestuurdersportier Achterbankverwarming rechts* Bedieningspaneel Regelmodule AWD passagiersportier Achterbankverwarming links* Bedieningspaneel achterportier links Reservepositie Bedieningspaneel achterportier Elektrisch bedienbare rechts passagiersstoel Reservepositie Keyless drive* 12V-aansluiting laadruimte, Elektrische parkeerrem* links koelkast*...
Pagina 206: Wielen Verwisselen
06 Onderhoud en specificaties Wielen en banden Algemene informatie Wielen verwisselen Banden zijn van grote invloed op de rijeigen- N.B. Verwijderen schappen van de auto. Zowel het type, de Let erop dat de banden op beide assen van maat, de bandenspanning als de snel- hetzelfde type zijn, dezelfde afmeting heb- heidsaanduiding zijn belangrijk voor het rijge- ben en van hetzelfde merk zijn.
Pagina 207 06 Onderhoud en specificaties Wielen en banden 3. Plaats wielblokken voor en achter de Aanbrengen wielen die op de grond blijven staan. 1. Reinig de contactvlakken op het wiel en de Gebruik daarvoor grote houten blokken WAARSCHUWING naaf. of grote stenen. Kruip nooit onder de auto als deze op de 2.
Pagina 208: Onderhoud Van Banden
Neem contact op met een erkende Volvo-werkplaats als u niet zeker bent van de profieldiepte. Bewaar de wielen hangend of liggend. Laat ze nooit rechtop staan.
Pagina 209 Gebruik alleen velgen die getest en goedge- den daardoor overmatig slijten. Maak nooit keurd zijn door Volvo en deel uitmaken van de N.B. gebruik van sneeuwkettingen met zogeheten originele accessoires van Volvo. Controleer...
Pagina 210 06 Onderhoud en specificaties Wielen en banden Gereedschap Reservewiel* Reservewiel erbij nemen 1. Pak de vloermat aan de achterzijde beet en Het compacte reservewiel (Temporary Spare) klap deze naar voren toe op. is alleen bestemd voor tijdelijk gebruik. Ver- 2. Draai de bevestigingsbout los. vang het zo spoedig mogelijk door een nor- maal wiel.
Pagina 211 06 Onderhoud en specificaties Wielen en banden Provisorische bandenreparatie* Bandenreparatieset erbij nemen Zet een gevarendriehoek op bij werkzaamhe- den langs een drukke weg. De bandenrepara- Algemene informatie tieset zit onder de vloer in de laadruimte. De bandenreparatieset wordt gebruikt om een lek te dichten alsook om de bandenspanning 1.
Pagina 212 06 Onderhoud en specificaties Wielen en banden Overzicht Fles met afdichtmiddel het drukreduceerventiel, als de banden- spanning te hoog is). Manometer Handschoenen BELANGRIJK Er bestaat gevaar voor oververhitting. Band oppompen De compressor mag niet langer dan De compressor is berekend op het oppompen 10 minuten achtereen werken.
Pagina 213: Lekke Band Repareren
Beëindig in dat geval de rit. Neem contact op met een erkende Volvo-werkplaats. 5. Draai de oranje beschermdop los evenals de dop op de bus met afdichtmiddel. N.B.
Pagina 214: Fles Met Afdichtmiddel Vervangen
Neem contact op met een ratie hebt gebruikt. Bezoek een erkende erkende Volvo-werkplaats. Volvo-werkplaats om de afgedichte band te Draai de bus niet los. De bus is voorzien van laten controleren (maximale rijafstand een pakking die lekkage tegengaat.
Pagina 215 06 Onderhoud en specificaties Wielen en banden Specificaties De enige uitzondering daarop vormt het Bandenspanning gebruik van winterbanden (zowel banden met Maataanduiding als zonder “spikes”). Bij gebruik van dergelijke Op alle autobanden staat een bepaalde maat- banden mag u niet sneller rijden dan de maxi- aanduiding.
Pagina 216 06 Onderhoud en specificaties Wielen en banden Aanbevolen bandenspanning Belading (1–3 inzittenden) Uitvoering Snelheid Max. belading Bandenmaat (km/h) Voorin (kPa) Achterin (kPa) Voorin (kPa) Achterin (kPa) 6-cil. 225/55 R 16, 225/50 R 17, 0 – 160 245/45 R 17 160 + 245/40 R 18 0 –...
Pagina 217 06 Onderhoud en specificaties Wielen en banden Belading (1–3 inzittenden) Uitvoering Snelheid Max. belading Bandenmaat XC70 (km/h) Voorin (kPa) Achterin (kPa) Voorin (kPa) Achterin (kPa) 6-cil., 5-cil. 215/65 R 16, 235/55 R 17, 0 – 160 235/50 R 18 160 + Alle 0 –...
Pagina 218: Verzorging
• Reinig de wisserbladen met een lauwe zee- gebruiken dat bij de Volvo-werkplaats ver- poplossing of autoshampoo. N.B. krijgbaar is. Volg bij het gebruik van dit reini- •...
Pagina 219 Verwijder asfalt- en teervlekken met Om schade aan het glas te voorkomen dient u Vuil en strooizout kunnen aanleiding geven tot de teerverwijderaar van Volvo of met terpen- voor het verwijderen van ijs alleen een krabber corrosie. Het is daarom belangrijk de auto tine.
Pagina 220 Reinigingsvoorschriften voor leren fraaie uiterlijk te behouden is regelmatige ver- bekleding Gebruik alleen reinigingsmiddelen en autover- zorging van het leer vereist. Volvo biedt een 1. Breng een weinig van het leerreinigingspro- zorgingsproducten die door universeel leerverzorgingsproduct waarmee duct op een vochtige spons aan en knijp Volvo geadviseerd worden.
Pagina 221 1. Plak een stuk afplaktape over het bescha- gebruiken dat verkrijgbaar is bij de erkende digde gebied heen. Trek de tape weer van Volvo-werkplaats. de lak af om zoveel mogelijk lakresten te verwijderen. Matten en laadruimte 2.
Pagina 222: Positie Van Stickers En Plaatjes
06 Onderhoud en specificaties Type-aanduidingen Positie van stickers en plaatjes Wanneer u contact opneemt met een erkende Volvo-werkplaats of vervangende onderdelen of accessoires wilt bestellen, kan het handig zijn om de type-aanduiding, het chassisnum- mer en het motornummer bij de hand te heb- ben.
Pagina 223: Specificaties
06 Onderhoud en specificaties Specificaties Maten V70 Positie op Maten afbeelding Wielbasis 2816 Lengte 4823 Laadlengte, vloer, 1878 achterbank neergeklapt Laadlengte, vloer 1089 Hoogte 1547 Spoorbreedte vooras 1578 Spoorbreedte achteras 1576 Breedte 1861 Breedte incl. 2106 buitenspiegels...
Pagina 224 06 Onderhoud en specificaties Specificaties Maten XC70 Positie op Maten afbeelding Wielbasis 2815 Lengte 4838 Laadlengte, vloer, 1878 achterbank neergeklapt Laadlengte, vloer 1089 Hoogte 1604 Spoorbreedte vooras 1604 Spoorbreedte achteras 1570 Breedte 1861 Breedte incl. buitenspiegels 2119...
Pagina 225: Gewichten
06 Onderhoud en specificaties Specificaties Gewichten Bij het rijklaar gewicht zijn het gewicht van de bestuurder, dat van de brandstoftank die voor 90% gevuld is en dat van de resterende oliën/ vloeistoffen e.d. inbegrepen. Het gewicht van de passagiers en de gemonteerde accessoi- res zoals een trekhaak (en de kogeldruk daar- van bij gebruik van een aanhanger (zie tabel), lastdragers, skibox e.d.
Pagina 226 06 Onderhoud en specificaties Specificaties Trekgewicht en kogeldruk Aanhangergewicht Model Versnellingsbak Kogeldruk (kg) geremd (kg) Alle Alle 0 – 1200 2.5T Handbak (M66) max. 1800 Automaat (TF–80SC) max. 1800 Automaat (TF–80SC) max. 1800 Automaat (TF–80SC) max. 2000 2.4D Handbak (M66) max.
Pagina 227: Motorspecificaties
06 Onderhoud en specificaties Specificaties Motorspecificaties Specificatie/model 2.5T 2.4D Motoraanduiding B5254T6 B6324S B6304T2 D5244T4 D5244T5 Vermogen (kW bij omw/min) 147/4500 175/6200 210/xx 136/4000 120/4000 Vermogen (pk bij omw/min) 200/4800 238/6200 285/xx 185/4000 163/4000 Motorkoppel (Nm bij omw/min) 300/1500–4500 320/3200 400/1500-xx 400/2000–2750 340/1750-2750 Aantal cilinders...
Pagina 228 10 km) bij lage temperaturen motor, de startgewilligheid, het brandstof- (onder 5 °C). verbruik en de milieu-impact is anders niet uitgesloten. Volvo Car Corporation wijst alle In dergelijke omstandigheden kunnen de olie- garantieclaims af bij gebruik van een temperatuur en het olieverbruik abnormaal motoroliesoort die niet voldoet aan de voor- toenemen.
Pagina 229 06 Onderhoud en specificaties Specificaties Wanneer de nevenstaande sticker in de motorruimte zit, geldt het volgende. Zie pagina 221 voor informatie over de positie van de sticker. Engine oil quality: ACEA A5/B5 Viscosity: SAE 0W-30 Oliekwaliteit: ACEA A5/B5 Viscositeit: SAE 0W–30 Bij te vullen hoeveelheid Motortype Hoeveelheid (liter)
Pagina 230: Hoeveelheid (Liter) Voorgeschreven Kwaliteit
Bij vorst wordt geadviseerd een door Volvo aanbevolen ruitensproeier-antivries aange- lengd met water te gebruiken. Hangt af van het motortype. Neem contact op met een erkende Volvo-werkplaats voor de juiste gegevens. Auto’s zonder koplampsproeiers N.B. Onder normale rijomstandigheden hoeft u de versnellingsbakolie nooit te verversen.
Pagina 231 06 Onderhoud en specificaties Specificaties Verbruik, uitstoot en tankinhoud Uitstoot van Verbruik Tankinhoud kooldioxide Model Motor Versnellingsbak liter/100 km (liter) ) in g/km 2.5T B5254T6 Handbak (M66) Automaat (TF–80SC) 10,2 B6324S Automaat (TF–80SC) 10,5 Automaat (TF–80SC) 11,4 B6304T2 Automaat (TF–80SC) 11,3 D5244T4 Handbak (M66)
Pagina 232 06 Onderhoud en specificaties Specificaties Elektrisch systeem Typegoedkeuring Hierbij verklaart Delphi dat het transponder- afstandsbedieningssysteem sleutelsysteem in overeenstemming is met de essentiële eigenschappen en overige relevante Algemene informatie bepalingen zoals beschreven in de EU-richtlijn Land 12V-systeem met wisselstroomdynamo en 1999/5/EG. spanningsregelaar.
Pagina 233 06 Onderhoud en specificaties...
Pagina 234 06 Onderhoud en specificaties...
Pagina 235 Alfabetisch register Afstandsbedieningssysteem, Anti-botsingsysteem ......... 140 typegoedkeuring ........231 Anti-botsingsysteem met remassistentie* Aanhanger Afstellen stuurwiel ........70 (CWS-systeem) ......... 140 rijden met een aanhanger ....174 Afstemfunctie, automatische ....129 Antislip ............133 Aanpassen, lichtbundel .......76 Airbag ............15 Approach-verlichting ........76 Aanrijding ............25 activeren/deactiveren ......
Pagina 236 Alfabetisch register AUX ...........120, 123 BLIS, Blind Spot Information System ..146 Controlelampjes .......... 60 volume ..........123 Blokkering achteruitversnelling ....91 Cruisecontrol ..........135 Boordcomputer ........130 CWS-systeem Botsing ............25 radarsensor .......... 138 Bagagerolhoes ..........171 Brandstof ..........164 Banden brandstofbesparing ......
Pagina 237 Alfabetisch register Elektrisch inklapbare buitenspiegels ...84 Geluid groot licht ..........190 instapverlichting ........193 Elektrisch systeem ........231 volume ..........123 kentekenplaatverlichting ...... 193 volume, externe geluidsbron ....123 Elektrische aansluiting koplampen ........... 189 Geluidssterkte achterin ..........151 laadruimteverlichting ......194 telefoon/mediaspeler ......155 laadruimte ..........152 make-upspiegel ........
Pagina 238 Alfabetisch register Hoofdtelefoonaansluiting ......121 Interieurcomfort ........149 Knippersignalen, PCC ......... 40 Hulpverwarming ........119 Interieurfilter ..........110 Koelvloeistofpeil ........187 Interieurverlichting ........75 Kogeldruk ..........225 Interior Air Quality System ......115 Kompas ............. 132 IAQS – Interior Air Quality System ....110 Inzittendenbeveiliging .........
Pagina 239 ....8 Erkende Volvo-werkplaatsen en het EHBO-tas ..........152 schakelaar voor activering/deactivering 18 milieu ............8 gevarendriehoek ........173 Paniekfunctie ..........40 milieubeleid van Volvo Car Corporation ..8 Nummer-informatie ........126 Park Assist ..........143 schone lucht in passagiersruimte ....8...
Pagina 240 Alfabetisch register PCC – Personal Car Communicator Recirculatie ..........114 Roestwering ..........218 bereik .............41 REG – regionale radioprogramma’s ..129 Roetfilter dieselmotor ........89 functies ..........39 Regensensor ..........80 Roetfilter vol ..........89 PCC – Personal Car Communicator Rem- en koppelingsvloeistof ....188 Ruggedeelte functies ..........39 Remlichten ..........
Pagina 241 Alfabetisch register ventilatiestand ........86 Spiegels geheugenfunctie ........67 zonnescherm .........87 handmatig verstellen ......66 buiten- ........... 84 Serviceprogramma ........184 rugleuning voorstoel omklappen ... 66 Spin Control ..........133 sleutelgeheugen ........67 Signaalingang, externe ......120 Sproeiers Stoel en achterbank Simkaart ............157 koplampen ..........
Pagina 242 Alfabetisch register tankvulklep, elektrisch openen ....163 Trekhaak ........... 175 Ventilatie ........... 111 Tankinhoud ..........230 Trekinrichting ..........175 Ventilator ........... 113 Telefoon ............153 Trillingsdemper ......... 176 Verkeersinformatie ........128 bellen via telefoonboek ......155 Type-aanduidingen ........221 Verlichting geïntegreerde, overzicht ......153 Typegoedkeuring, afstandsbedieningssys- Actieve Bi-Xenonkoplampen, ABL ..
Pagina 243 Alfabetisch register laadruimteverlichting ......194 Waarschuwingslampjes ......60 Wisserbladen make-upspiegel ........194 airbags, SRS ......... 62 schoonmaken ......195, 196 mistlampen vóór ........192 dynamo laadt niet bij ......62 servicestand ........195 parkeerlichten vóór ......191 gordelwaarschuwing ......62 vervangen ..........195 richtingaanwijzers ........191 lage oliedruk ..........

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Xc70 2007

Volvo V70 2007 Instructieboekje

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave

Quick Links

Hoofdstukken

Gerelateerde Handleidingen voor Volvo V70 2007

Samenvatting van Inhoud voor Volvo V70 2007

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Inhoudsopgave