instrumentenpaneel verandert dan in een cij-
fer dat de ingeschakelde versnelling aangeeft.
Om vervolgens te schakelen:
•
Haal een van de paddles naar achteren –
in de richting van het stuurwiel – en laat
deze weer los.
Beide 'paddles' van het stuurwiel.
'–': Eerstvolgende lagere versnelling
inschakelen.
'+': Eerstvolgende hogere versnelling
inschakelen.
Bij iedere bediening van de paddles wordt er
geschakeld, tenzij het motortoerental buiten
het toelaatbare bereik komt.
Na iedere schakeling geeft het instrumenten-
paneel het cijfer van de ingeschakelde ver-
snelling weer.
9
Alleen bij bepaalde motoren.
Bij een auto met Sport-stand* verschijnt eerst 'S'.
10
N.B.
Automatische deactivering
Als u de stuurpaddles niet gebruikt, wor-
den ze na korte tijd automatisch gedeacti-
veerd. Het instrumentenpaneel geeft dit
aan doordat het cijfer voor de ingescha-
kelde versnelling weer verandert in 'D'.
Dit geldt echter niet bij gebruik van de
motorrem. De paddles blijven in dat geval
actief zolang er op de motor wordt afge-
remd.
Handmatige deactivering
De stuurpaddles zijn ook handmatig te
deactiveren:
•
Haal beide paddles in de richting van
het stuur en houd ze in deze stand
vast, totdat op het instrumentenpaneel
het cijfer voor de ingeschakelde ver-
snelling verandert in 'D'.
U kunt de paddles ook gebruiken, wanneer
de keuzehendel in de Sport-stand* staat – de
paddles blijven dan continu actief.
08 Starten en rijden
Geartronic - Sport-stand* (S)
De sportstand levert een sportiever
rijgedrag op en maakt het mogelijk
om hogere toeren te maken in de
versnellingen. De motor reageert
bovendien sneller op de commando's die u
met het gaspedaal geeft. Bij inschakeling van
de sportstand wordt tevens de voorkeur
gegeven aan de lagere versnellingen, zodat er
met enige vertraging wordt opgeschakeld.
Om de Sport-stand te activeren:
•
Duw de hendel vanuit stand D zijwaarts
tot aan de aanslag in stand '+S–'. Op het
instrumentenpaneel verandert het teken
D
in
S
.
De sportstand kan op elk moment tijdens het
rijden ingeschakeld worden.
Geartronic - Winterstand
Om bij gladheid gemakkelijker weg te kunnen
komen is het soms beter handmatig de 3e
versnelling in te schakelen.
1. Bedien het rempedaal en haal de keuze-
hendel vanuit stand D helemaal naar
stand '+S–'. Het symbool
mentenpaneel verandert in het cijfer
2. Schakel op naar de 3e versnelling door
de hendel twee keer naar voren naar de +
*
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
9
D
op het instru-
1
10
.
08
}}
279