Transpondersleutel met PCC*( Personal Car
Communicator).
Informatie
Functietoetsen
Vergrendelen – Vergrendelt de portieren
en de achterklep en activeert het alarm.
Bij lang indrukken worden alle zijruiten en het
schuifdak* tegelijkertijd gesloten. Voor meer
informatie, zie Doorluchtfunctie (p. 184).
WAARSCHUWING
Als schuifdak en ruiten met de transpon-
dersleutel worden gesloten, moet u con-
troleren of er geen handen bekneld raken.
Ontgrendelen – Ontgrendelt de portie-
ren en de achterklep en deactiveert het alarm.
Bij lang indrukken worden alle zijruiten tegelij-
kertijd geopend. Voor meer informatie, zie
Doorluchtfunctie (p. 184).
De gelijktijdige ontgrendeling van alle portie-
ren is dusdanig te wijzigen dat bij eenmaal
indrukken van de knop eerst het bestuurders-
portier ontgrendeld wordt en bij de tweede
maal indrukken – één en ander binnen tien
seconden – de resterende portieren te ont-
grendelen.
U kunt de functie wijzigen in het menusys-
teem MY CAR. Voor een beschrijving van het
menusysteem, zie MY CAR (p. 114).
Duur naderingslicht – Bestemd om de
verlichting van de auto op afstand in te scha-
kelen. Voor meer informatie, zie Approach-
verlichting (p. 97).
Achterklep – Ontgrendelt alleen de ach-
terklep en deactiveert de alarmfunctie voor de
achterklep. Voor meer informatie, zie Vergren-
delen/ontgrendelen - achterklep (p. 185). Bij
auto's met elektrische achterklepbediening
(p. 186)* wordt de klep geopend bij lang
indrukken.
Paniekfunctie – bestemd om in noodge-
vallen de aandacht van anderen te trekken.
Als u de toets ten minste 3 seconden lang
ingedrukt houdt of tweemaal achtereen bin-
nen 3 seconden indrukt, worden de richting-
aanwijzers, de interieurverlichting en de cla-
xon geactiveerd.
06 Sloten en alarm
U kunt deze functie met dezelfde toets weer
uitschakelen, als de functie minimaal
5 seconden actief geweest is. Anders wordt
deze functie na ca. 3 minuten automatisch
uitgeschakeld.
Gerelateerde informatie
•
Transpondersleutel (p. 167)
•
Transpondersleutel met PCC* - unieke
functies (p. 172)
•
Vergrendelen/ontgrendelen - vanaf de
buitenkant (p. 183)
*
Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
06
171