Geactiveerd alarm uitschakelen
–
Druk op de ontgrendelingstoets op de
transpondersleutel of steek de transpon-
dersleutel in het contactslot.
Gerelateerde informatie
•
Alarmindicatie (p. 191)
•
Alarmsysteem - automatische herinscha-
keling (p. 191)
•
Alarmsysteem - transpondersleutel defect
(p. 192)
Alarmindicatie
De alarmindicatie geeft de status aan van het
alarmsysteem (p. 190).
Een rode led op het instrumentenpaneel geeft
de status van het alarmsysteem aan:
•
De led is uit – het alarm is uitgeschakeld
•
De led licht om de twee seconden een-
maal op – het alarm is ingeschakeld
•
De led knippert snel vanaf het moment
van uitschakelen van het alarm (tot aan
het moment dat u de transpondersleutel
in het contactslot steekt en sleutelstand I
wordt bereikt) – het alarm is afgegaan.
06 Sloten en alarm
Alarmsysteem - automatische
herinschakeling
De automatische herinschakeling van het
alarm voorkomt dat u de auto verlaat zonder
het alarmsysteem (p. 190) uit te schakelen.
Als u geen van de portieren noch de achter-
klep binnen twee minuten na uitschakeling
van het alarm opent wanneer de auto met de
transpondersleutel ontgrendeld (en het alarm
gedeactiveerd) werd, wordt het alarm auto-
matisch opnieuw ingeschakeld. De auto
wordt bovendien opnieuw vergrendeld.
Gerelateerde informatie
•
Beperkt alarmniveau (p. 192)
06
191