SLEUTEL, FM-AFSTANDSBEDIENING:
3
3
2
1
2
1
5
1 Vergrendelen van alle portieren
2 Ontgrendelen van alle portieren
3 Contactsleutel en sleutel van het bestuur-
dersportier.
5 Alleen de achterklep ontvergrendelen
Afstandsbediening met inklapbaar inzet-
stuk:
4 Vergrendelen/ontgrendelen van het in-
zetstuk van de sleutel. Om het inzetstuk
vrij te maken van zijn houder, drukt u op
de knop 4, het komt vanzelf naar buiten.
Druk op de knop 4 en begeleid het in-
zetstuk tot in zijn houder.
algemeen (1/2)
4
5
Advies
Stel de afstandsbediening niet bloot aan
warmte, koude of vocht.
Gebruik de sleutel alleen waarvoor deze
bedoeld is (en niet bijvoorbeeld als fles-
opener, enz.).
Verantwoordelijkheid van
de bestuurder tijdens het
parkeren of stoppen van de
auto
Laat nooit, zelfs niet eventjes, een kind,
een afhankelijke volwassene of een dier
in de auto achter als u deze verlaat.
Het kan zichzelf of anderen in gevaar
brengen door bijvoorbeeld de motor te
starten, door organen te bedienen zoals
de ruitbediening, of de portieren te ver-
grendelen, enz..
Bovendien kan bij warm en/of zonnig
weer de temperatuur in het interieur heel
erg snel oplopen.
LEVENSGEVAAR OF GEVAAR VAN
ERNSTIG LETSEL.
1.11