Download Print deze pagina

Advertenties

SNELHEIDSBEGRENZER
4
1
3
Het rijden
Wanneer een maximumsnelheid is ingesteld
maar nog niet is bereikt, gaat het rijden zoals
bij een auto zonder de functie snelheidsbe-
grenzer.
Zodra u de ingestelde snelheid bereikt, over-
schrijdt de auto de ingestelde snelheid niet,
ook niet als u het gaspedaal verder indrukt,
behalve indien nodig (raadpleeg de para-
graaf "Overschrijding van de maximumsnel-
heid").
(2/4)
6

Inschakelen

Druk op de schakelaar 1.
Het waarschuwingslampje 6 wordt grijs
weergegeven.
Het bericht "Begrenzer Ingeschakeld" ver-
schijnt op het instrumentenpaneel, tezamen
met streepjes om aan te geven dat de func-
tie snelheidsbegrenzer werkt en wacht tot
een maximumsnelheid wordt opgeslagen.
Als u de huidige snelheid wilt opslaan, drukt
u op de schakelaar 4 (RES/+) of de schake-
laar 3 (SET/-): de streepjes worden door de
maximumsnelheid vervangen. Afhankelijk
van de auto brandt het waarschuwings-
lampje 6 wit.
De minimum te registreren snelheid is
30 km/u.
2.95

Advertenties

loading