Inhoudsopgave
Advertenties
14.11.2. Draailijnlocatie
Draailijnlocatie: Beweegt de locatie waarop de bochten worden
l
uitgevoerd tussen de keerstrook en de veldgrens. (De locatie wordt
aangegeven door de lichtblauwe lijn.) De linkerkant van de
schuifknop is de veldgrens en de rechterkant is de breedte van de
keerstrook (zie
: Afstand vanaf de veldgrens waarbij de bocht zal worden
l
uitgevoerd om te voorkomen dat het werktuig in bochten de
omheining raakt. De marge wordt gemeten vanaf het midden van het
voertuig tot de veldgrens. Dit veld geeft de positie van de schuifknop
voor de Draailijnlocatie weer of in het veld kan een bepaalde afstand
worden ingevoerd.
Opmerking:Als er voor de werktuiggeometrie een inline-offset is
ingevoerd, wordt de positie van waaruit de marge wordt gemeten
mogelijk verplaatst. Zie
: De veldgrensmarge vergroten met de helft van de
l
werktuigbreedte. Deze waarde wordt opgeteld bij de waarde die in
het vorige veld wordt weergegeven.
Tip:
Begin met de voor de werktuigbreedte ingestelde draailocatie om
voor voldoende vrije ruimte vanaf de veldgrens te zorgen. Zodra u
tevreden bent met de manier waarop de bocht wordt uitgevoerd, kunt u
Een bewerkingskeerstrook instellen, pag.
De werktuiggeometrie instellen, pag.
Hoofdstuk 14 – Geleidingslijnmenu
183).
118.
225
Advertenties
Inhoudsopgave
