14.10. Zaailijnen instellen
Horizon-software kan zaailijnen visualiseren bij gebruik van AB-lijnen of
identieke booglijnen. Zaailijnen geven een indicatie weer van waar de
wielen van andere landbouwapparatuur gaan rijden en waar dus niet
moet worden gezaaid.
Opmerking:Zaailijnen zijn alleen een visuele indicatie, ze zijn niet van
invloed op de werking van het werktuig.
Voorafgaand aan het instellen van zaailijnen moet er een veldgrens
worden ingesteld, zie
Er moet ook een actieve geleidingslijn zijn, zie
198. Deze wordt weergegeven in rood.
1. Zorg ervoor dat Zaailijnen worden ingeschakeld via het
instellingsmenu Systeem
2. Selecteer Geleidingslijnmenu
Tussenafstand: De afstand tussen de middellijnen van de
l
zaailijngangen. Doorgaans is dit de breedte van de sproeier.
Baanbreedte: De afstand tussen de buitenzijden van de wielen van
l
het voertuig dat naar de zaailijnen toestuurt.
Een nieuwe veldgrens instellen, pag.
/ Functies
Hoofdstuk 14 – Geleidingslijnmenu
Geleidingslijnmenu, pag.
/ Geleiding
/ Zaailijnen configureren
176.
.
.
219