9.8. Kleur en bedrijfsstatus herkennen
Op het bedieningsscherm worden kleuren gebruikt om de status van
functies mee aan te duiden. De precieze betekenis verschilt telkens iets,
afhankelijk van de werktuigen, opties en functies die zijn gekozen bij het
instellen.
In het algemeen:
De kleur rood geeft aan dat de functie niet gebruikt kan worden.
l
Controleer of alle benodigde items zijn geactiveerd en op de juiste
wijze zijn ingesteld.
Wit geeft aan dat de functie gereed is voor gebruik.
l
De kleur geel en/of groen geeft aan dat de functie momenteel actief
l
is.
Hoofdstuk 9 – Basisprincipes bediening
151